Digitaal thema-artikel
Ik vond vreugde in indexeren hoewel de documenten moeilijk te lezen waren
De auteur woont in Utah (VS).
Toen ik het handschrift in de oude documenten maar moeilijk kon lezen, hielp een les uit de kerkgeschiedenis me om door te gaan.
Ik was nooit erg toegewijd geweest aan indexeren. Ik ben dol op tempelwerk en heb FamilySearch.org gebruikt om naar namen van familieleden te zoeken die ik mee naar de tempel kon nemen. Ik geloof dat de Heer technologische ontwikkelingen heeft geïnspireerd om zijn werk te bevorderen en te bespoedigen. En ik begrijp dat indexeren cruciaal is om documenten doorzoekbaar te maken. Maar ik had mij maar af en toe en met weinig enthousiasme voor indexeringswerk ingezet.
Toen kwam COVID-19 en sloten de tempels. In de algemene aprilconferentie van 2020 zei president Russell M. Nelson: ‘Nu tempelbezoek enige tijd niet mogelijk is, vraag ik u om aan uw familiegeschiedenis te werken, met inbegrip van familiehistorisch onderzoek en indexering. Ik beloof dat de extra tijd die u aan tempelwerk en familiegeschiedenis besteedt, uw vermogen om Hem te horen ten goede zal komen.’1 Vlak nadat hij deze uitnodiging had gegeven, moest ik in quarantaine omdat ik met iemand met COVID-19 in contact was gekomen. Ik besloot die tijd te gebruiken om opnieuw te proberen te indexeren.
In het begin ging het net zoals bij mijn eerdere pogingen: traag en frustrerend. Ik vind het moeilijk om handschriften van anderen en de opmaak van verschillende documenten te begrijpen. Toen dacht ik aan wat ik had gelezen in Heiligen, deel 1, over Joseph Smith toen hij het Boek van Mormon vertaalde: Hij ‘moest nederig zijn en geloof oefenen terwijl hij de tekens bestudeerde’.2 In diezelfde tijd was Oliver Cowdery niet in staat om te vertalen, deels omdat hij ‘niet verder dacht dan alleen […] te vragen’ (Leer en Verbonden 9:7). Ik wilde niet dezelfde fout als Oliver maken, dus heb ik mezelf met meer enthousiasme en toewijding ingezet.
Sindsdien kijk ik niet meer tegen moeilijke indexeringsprojecten op en vermijd ik ze niet meer. Ik vind het juist fijn om samen met de Heer namen te indexeren, zodat overledenen een stap dichter bij de tempelverordeningen kunnen komen. Als ik de details van de documenten in mijn gedachten uitvors, heb ik meer geduld om de documenten te onderzoeken. Ik herken de hand van de Heer wanneer ik meer begrip ontvang. Ik heb de vervulling van president Nelsons belofte gevoeld: ik ben steeds beter in staat om de Heer te horen.
Ik ben dankbaar dat ik aan het werk van heil en verhoging mag deelnemen! Indexeren is een geweldige gelegenheid om de profeet Joseph Smith na te volgen. We zetten ons namelijk in om iets te begrijpen wat eerst onbegrijpelijk is, maar wat ons door de gave en macht van God duidelijk wordt gemaakt.