Twaalf smileystickers
Zou Antonio de uitdaging kunnen voltooien?
‘Ik heb een uitdaging voor je’, zei Antonio’s jeugdwerkleerkracht. ‘Eén manier om zoals Jezus te worden, is anderen helpen. Probeer deze week dus zoveel mogelijk mensen te helpen.’
Ze gaf iedereen een vel papier en twaalf smileystickers. ‘Elke keer als je iemand helpt, mag je een smiley op je papier plakken. Neem je papier dan volgende week mee naar de les.’
Antonio wilde de uitdaging graag aangaan. Maar het was moeilijker dan het klonk. Het was al gauw donderdag en hij had nog steeds geen stickers op zijn papier. ‘Hemelse Vader, help me alstublieft om iemand te vinden die ik kan helpen’, bad hij.
De volgende ochtend vertelde Antonio mama over de uitdaging. ‘Ik weet niet wie ik moet helpen!’ zei hij.
Net op dat moment begon Antonio’s kleine broertje te huilen. ‘Ik kan wel op Zach letten terwijl je het ontbijt klaarmaakt’, zei Antonio.
Hij trok wat gekke bekken. Al gauw begon Zach te giechelen en te glimlachen.
‘Als dat geen smiley waard is,’ zei mama, ‘dan weet ik het niet meer!’
Na het ontbijt deed Antonio de afwas. Hij haalde een spin weg uit de slaapkamer van zijn zusje. Nog twee smileys!
Na school hielp Antonio papa om buiten hun hond, Radar, te wassen. Toen ze klaar waren, schudde Radar het water uit zijn vacht. Antonio en papa lachten.
Toen zag Antonio meneer Wakefield, de overbuurman, onkruid wieden. ‘Mag ik hem helpen, papa? Hij ziet er erg warm en moe uit.’
‘Dat is een geweldig idee’, zei papa. Toen het laatste sprietje onkruid weg was, glimlachte meneer Wakefield breed.
Op zaterdag had Antonio elf smileys op zijn papier. Hij had er nog maar één nodig om de uitdaging te voltooien! Mama zei dat ze op bezoek gingen bij oudoom Francisco, die in een verpleeghuis woonde. Dat bracht Antonio op een idee! Hij pakte zijn kleurpotloden en maakte een heleboel tekeningen.
Toen ze daar aankwamen, gaf Antonio zijn oom een tekening van een zonsondergang. Oom Francisco glimlachte naar Antonio. Toen gaf Antonio de rest van de tekeningen aan de andere bewoners. Er waren zoveel vrolijk glimlachende gezichten te zien!
Op weg naar huis zei mama: ‘We kunnen langs de winkel gaan om meer smileystickers te halen als je dat wilt.’
‘Ik heb het niet gedaan om meer stickers te krijgen’, zei Antonio. ‘Ik maak mensen graag gelukkig.’
‘En dat maakt onze hemelse Vader en Jezus gelukkig!’ zei papa.
‘Het lijkt erop dat jij ook gelukkig bent’, zei mama. Antonio glimlachte zo breed dat zijn wangen pijn deden.