‘Aäron onderwijst de koning’, Vriend, juli 2024, 26–27.
Verhalen uit de Schriften
Aäron onderwijst de koning
Aäron was een zoon van Mosiah. Hij was een zendeling. Hij onderwees de koning van alle Lamanieten.
Aäron vroeg de koning of hij in God geloofde. De koning zei dat hij zou geloven als Aäron hem vertelde dat God echt bestond. Hij vroeg Aäron om hem meer over God te vertellen.
Aäron las de koning voor uit de Schriften. Hij sprak over de schepping van de aarde. Hij legde Gods plan uit. Hij vertelde de koning over Jezus Christus.
Daarna bad de koning. Hij vroeg God of Aäron de waarheid sprak. De koning kreeg het antwoord dat hij de waarheid sprak!
De koning geloofde wat Aäron had verteld. Iedereen in zijn huishouden geloofde erin. Ze lieten zich dopen en kozen ervoor om Jezus Christus te volgen.