Algemene conferentie
God onder ons
Algemene aprilconferentie 2021


15:44

God onder ons

God is onder ons – en Hij is persoonlijk bij zijn kinderen betrokken, die Hij actief leiding geeft.

Door de eeuwen heen heeft God bij monde van zijn dienstknechten, de profeten, gesproken.1 Vanochtend hebben wij Gods profeet tot de hele wereld horen spreken. We houden van u, president Nelson. Ik raad iedereen aan zijn woorden te bestuderen en in u op te nemen.

Nog voordat ik 12 jaar was, was ons gezin er twee keer toe gedwongen halsoverkop te vluchten, en ergens anders opnieuw te beginnen. In die tijd heerste er chaos, angst en veel onzekerheid, veroorzaakt door oorlog en politieke verdeeldheid. Het was een angstige tijd voor mij, maar mijn dierbare ouders moeten doodsbang zijn geweest.

Mijn ouders spraken weinig over deze zorgen met ons, hun vier kinderen. Zij verdroegen de spanningen en overlast zo goed mogelijk. De angst moet ondraaglijk zijn geweest, hun leven hebben beheerst en hun hoop hebben getemperd.

Deze sombere tijd na de Tweede Wereldoorlog drukte zijn stempel op de wereld. Hij drukte ook zijn stempel op mij.

In die tijd vroeg ik mij in de stilte van mijn eenzaamste uren vaak af of er nog hoop onder de mensen was.

Engelen onder ons

Terwijl ik daar mijn gedachten over liet gaan, moest ik aan onze jonge Amerikaanse zendelingen denken die in die jaren onder ons dienden. Zij hadden de veilige omgeving van hun thuis aan de andere kant van de oceaan verlaten en waren naar Duitsland gereisd – het land dat kort daarvoor nog hun vijand was – om ons volk goddelijke hoop te bieden. Ze uitten geen beschuldigingen, preekten niet en namen ons niets kwalijk. Ze gaven bereidwillig een deel van hun leven op zonder aan aards gewin te denken. Ze wilden slechts de vreugde en vrede doorgeven die zij kenden.

In mijn ogen waren deze jonge mannen en vrouwen volmaakt. Ze zullen ongetwijfeld tekortkomingen hebben gehad, maar ik zag ze niet. Ik zal ze altijd als bovenmenselijk beschouwen – engelen van licht en glorie, brengers van medeleven, goedheid en waarheid.

Terwijl de wereld zwolg in cynisme, verbittering, haat en angst, vervulden het voorbeeld en de leringen van deze jonge mensen mij met hoop. De evangelieboodschap die zij brachten oversteeg politiek, geschiedenis, wrok, rancune en eigen agenda’s. Zij gaf goddelijke antwoorden op belangrijke vragen, vragen die wij onszelf in moeilijke tijden hadden gesteld.

Hun boodschap was dat God leeft en om ons geeft, zelfs in die uren van beroering, verwarring en chaos. Dat Hij warempel in onze tijd was verschenen om waarheid en licht te herstellen – zijn evangelie en zijn kerk. Dat Hij weer tot zijn profeten spreekt; dat God onder ons is – en persoonlijk bij zijn kinderen betrokken is, die Hij actief leiding geeft.

Het is verbazingwekkend wat we kunnen leren als we nauwkeuriger naar het plan van onze hemelse Vader kijken, dat ons heil en onze verhoging bewerkstelligt. Het is zijn plan van geluk voor zijn kinderen. Ingeval we ons onbelangrijk, verworpen en vergeten voelen, leren we dat het zeker is dat God ons niet is vergeten – sterker nog, dat Hij al zijn kinderen iets onvoorstelbaars te bieden heeft: om ‘erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus’ te worden.2

Wat betekent dat?

Dat betekent dat we eeuwig zullen leven, een volheid van vreugde ontvangen,3 en ‘tronen, koninkrijken, prinsdommen en machten [kunnen] beërven’.4

Het stemt mij nederig dat deze schitterende en verheven toekomst mogelijk is – niet om wie wij zijn, maar om wie God is.

Waarom zouden we dan, met dat in het vooruitzicht, morren of verbitterd blijven? Waarom zouden we gebukt door het leven gaan als de Koning der koningen ons uitnodigt om een hoge vlucht te nemen tot een onvoorstelbare toekomst van goddelijk geluk?5

Heil onder ons

Omdat God volmaakt van ons houdt en Jezus Christus het oneindige offer heeft gebracht, kunnen onze zonden, zowel grote als kleine, worden uitgewist, alsof ze nooit gebeurd zijn.6 We kunnen rein, waardig en geheiligd voor Hem staan.

Mijn hart loopt over van dankbaarheid jegens mijn hemelse Vader. God heeft zijn kinderen niet tot een sterfelijke struikelpartij gedoemd, zonder hoop op een stralende en eeuwige toekomst. Hij heeft aanwijzingen gegeven die de weg terug naar Hem openbaren. En het middelpunt van dit alles is zijn geliefde Zoon, Jezus Christus,7 en zijn offer voor ons.

De oneindige verzoening van de Heiland verandert onze blik op onze overtredingen en gebreken volkomen. In plaats van erin te blijven hangen en ons reddeloos of hopeloos te voelen, kunnen we ervan leren en ons hoopvol voelen.8 Dankzij de reinigende gave van bekering laten we onze zonden achter ons en verrijst er een nieuwe schepping.9

Dankzij Jezus Christus hoeven onze fouten ons niet te typeren. Ze kunnen ons wél perfectioneren.

Zoals een musicus toonladders oefent, kunnen wij onze misstappen, gebreken en zonden zien als springplank naar een groter zelfbewustzijn, diepere en eerlijkere liefde voor onze medemens, en perfectie door bekering.

Als we ons bekeren, zullen onze fouten ons niet diskwalificeren. Ze maken allemaal deel uit van onze vooruitgang.

Vergeleken met de glorierijke en grootse wezens die we bestemd zijn te worden, zijn we allemaal kleine kinderen. Er is geen sterveling die zonder buitelingen, builen en blauwe plekken leert lopen. Zo leren we het nu eenmaal.

Als we doelbewust blijven oefenen, er altijd naar streven Gods geboden in acht te nemen, en ons vol toewijding bekeren, volharden en toepassen wat we regel op regel leren, verzamelen we licht in onze ziel.10 En hoewel we ons volledige potentieel nu nog niet helemaal bevatten, weten ‘wij dat, als [de Heiland zal verschijnen]’, wij zijn gelaat in ons zullen zien, en ‘Hem [zullen] zien, zoals Hij is’.11

Wat een heerlijke belofte!

Ja, de wereld is in beroering. En ja, we hebben zwakheden. Maar we hoeven ons hoofd niet wanhopig te laten hangen, omdat we op God kunnen vertrouwen, en op zijn Zoon, Jezus Christus, kunnen bouwen. We kunnen de gave van de Geest aanvaarden, die ons op dit pad naar een blij leven en goddelijk geluk zal begeleiden.12

Jezus onder ons

Ik vraag me vaak af wat Jezus zou onderwijzen en doen als Hij nu onder ons zou zijn.

Na zijn opstanding is Hij de belofte nagekomen om zijn ‘andere schapen’ te bezoeken.13

Het Boek van Mormon: eveneens een testament aangaande Jezus Christus vermeldt een dergelijke verschijning aan een volk in Amerika. We hebben deze waardevolle kroniek als een tastbaar bewijs van het werk van de Heiland.

De mensen in het Boek van Mormon woonden aan de andere kant van de aardbol – hun geschiedenissen, culturen en politieke opvattingen verschilden enorm van die in Palestina, waar Jezus vóór zijn opstanding had gepredikt. En toch leerde Hij hun nagenoeg dezelfde dingen die Hij in het Heilige Land had gepredikt.

Waarom deed Hij dat?

De Heiland onderwijst altijd in tijdloze waarheden. Die gelden voor mensen van alle leeftijden en in alle omstandigheden.

Zijn boodschap was en is een boodschap van hoop en saamhorigheid, een getuigenis dat God, onze eeuwige Vader, zijn kinderen niet aan hun lot heeft overgelaten.

Dat God onder ons is!

Tweehonderd jaar geleden is de Heiland weer naar de aarde gekomen. Samen met God de Vader, verscheen Hij aan de 14-jarige Joseph Smith en luidde Hij de herstelling van het evangelie en de Kerk van Jezus Christus in. Vanaf die dag zijn de hemelen geopend en zijn er uit oneindige, glorierijke hoven hemelse boodschappers neergedaald. Licht en kennis stroomden vanaf de celestiale troon omlaag.

De Heer Jezus Christus sprak weer tot de wereld.

Wat heeft Hij gezegd?

Gelukkig voor ons, staan veel van zijn woorden in de Leer en Verbonden. Ze zijn beschikbaar voor iedereen die ze wil lezen en bestuderen. Deze woorden zijn van onschatbare waarde voor ons!

En het hoeft ons niet te verbazen dat de Heiland wederom de kernboodschap van zijn evangelie predikt: ‘U zult de Heer, uw God, liefhebben met geheel uw hart, met geheel uw macht, verstand en kracht; en u zult Hem dienen in de naam van Jezus Christus.’14 Zijn inspiratie zet ons ertoe aan God te zoeken15 en de leringen na te leven die Hij aan zijn dienstknechten, de profeten, openbaart.16

Hij leert ons elkaar lief te hebben17 en ‘vol naastenliefde [te] zijn jegens alle mensen’.18

Hij nodigt ons uit om zijn handen te zijn en rond te gaan en goed te doen.19 ‘Laten wij niet liefhebben met het woord […], maar met de daad en in waarheid.’20

Hij roept ons op om gehoor te geven aan zijn grote opdracht: zijn evangelie liefhebben en uitdragen, en iedereen voor de kerk uitnodigen.21

Hij gebiedt ons heilige tempels te bouwen, die binnen te gaan en daar te dienen.22

Hij leert ons zijn discipelen te worden – om niet naar macht, rijkdom, acceptatie of status te streven. Hij leert ons ‘de dingen van deze wereld terzijde [te] leggen en naar de dingen van een betere [te] streven’.23

Hij verzoekt ons dringend voorrang te geven aan vreugde, verlichting, vrede, waarheid, geluk,24 en de belofte van onsterfelijkheid en eeuwig leven.25

Laten we nog een stapje verdergaan. Veronderstel dat Jezus vandaag een bezoek aan uw wijk of uw gemeente brengt, of bij u thuis langskomt. Hoe zou dat zijn?

Hij zou u recht in het hart kijken. Uiterlijkheden zouden niet meer van belang zijn. Hij kent u zoals u bent. Hij weet wat er in uw hart omgaat.

De zachtmoedigen en de nederigen zou Hij verheffen.

De zieken zou Hij genezen.

De twijfelaars zou Hij bezielen met de moed om te geloven.

Hij zou ons leren God in ons hart toe te laten en anderen de hand te reiken.

Hij zou eerlijkheid, ootmoed, integriteit, getrouwheid, mededogen en naastenliefde opmerken en prijzen.

Eén blik in zijn ogen en we zouden nooit meer dezelfde zijn. Het zou ons voorgoed veranderen. Het diepe besef dat God inderdaad onder ons is, zou ons hervormen.

Wat moeten we doen?26

Ik denk met genegenheid terug aan de jongeman die ik in mijn tienerjaren was. Als ik terug in de tijd kon gaan, zou ik hem troosten en hem zeggen op het rechte spoor te blijven en te blijven zoeken. En ik zou hem uitnodigen om Jezus Christus in zijn leven uit te nodigen, want God is onder ons!

Aan u, lieve broeders en zusters, geliefde vrienden, en aan allen die op zoek zijn naar antwoorden, waarheid en geluk, geef ik dezelfde raad: blijf in geloof en geduld zoeken.27

Vraag en u zult ontvangen. Klop en u zal worden opengedaan.28 Vertrouw op de Heer.29

In ons dagelijks leven hebben wij de belangrijke taak en aangename gelegenheid om God te ontmoeten.

Als we hoogmoed wegdoen en zijn troon met een gebroken hart en een verslagen geest naderen,30 zal Hij tot ons naderen.31

Als we ernaar streven Jezus Christus regel op regel te volgen en het pad van discipelschap te bewandelen, zal de dag komen dat we die onvoorstelbare gave, die volheid van vreugde, zullen beleven.

Geliefde vrienden, uw hemelse Vader heeft u lief met een volmaakte liefde. Hij heeft zijn liefde op ontelbare manieren bewezen, maar bovenal door zijn eniggeboren Zoon als offer en als gave aan zijn kinderen af te staan, zodat hun terugkeer naar onze hemelse Ouders werkelijkheid kan worden.

Ik getuig dat onze hemelse Vader leeft, dat Jezus Christus zijn kerk leidt, dat president Russell M. Nelson zijn profeet is.

Ik betuig u mijn liefde en geef u in deze blije paastijd mijn zegen. Laat onze Redder en Verlosser in uw hart toe, wat uw omstandigheden, beproevingen, lijden of fouten ook zijn; u kunt weten dat Hij leeft, dat Hij van u houdt, en dat u dankzij Hem nooit alleen zult zijn.

God is onder ons.

Dat getuig ik en bevestig ik in de naam van Jezus Christus. Amen.