God heeft zijn kinderen lief
Ik noem drie manieren waarop onze hemelse Vader zijn liefde voor ons, zijn kinderen, uit.
Broeders en zusters, ik verheug mij met u in het evangelie van Jezus Christus. Ik breng u de liefde van de veerkrachtige leden in de Filipijnen over, en zeg namens hen mabuhay!
Op deze paasmorgen getuig ik van de levende Christus. Hij is uit de dood opgestaan, en zijn liefde voor ons en voor onze Vader in de hemel is zuiver en eeuwig. Ik wil het vandaag hebben over de liefde van onze hemelse Vader en Jezus Christus voor ons allen, die in de verzoening van Jezus Christus tot uiting komt. ‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft’ (Johannes 3:16).
Toen een engel de profeet Nephi naar zijn kennis van God vroeg, antwoordde Nephi eenvoudigweg: ‘Ik weet dat Hij zijn kinderen liefheeft’ (zie 1 Nephi 11:16–17).
Het volgende vers uit het Boek van Mormon: eveneens een testament aangaande Jezus Christus beschrijft de volmaakte liefde van de Heiland krachtig: ‘En de wereld zal Hem, wegens haar ongerechtigheid, als niets achten; daarom geselen zij Hem, […] zij slaan Hem, […] zij bespuwen Hem, en Hij verdraagt het wegens zijn goedertierenheid en zijn lankmoedigheid jegens de mensenkinderen’ (1 Nephi 19:9). De universele liefde van de Heiland is de motiverende kracht achter alles wat Hij doet. We weten dat onze Vader in de hemel diezelfde liefde voor ons heeft, omdat de Heiland nederig heeft gezegd dat Hij en de Vader één zijn (zie Johannes 10:30; 17:20–23).
Hoe kunnen we hun universele liefde beantwoorden en Hen daarvoor danken? De Heiland heeft het met deze eenvoudige, allesomvattende uitnodiging uitgelegd: ‘Als u Mij liefhebt, neem dan Mijn geboden in acht’ (Johannes 14:15).
President Dallin H. Oaks heeft gezegd dat ‘Gods universele en volmaakte liefde tot uiting komt in alle zegeningen van zijn evangelieplan, en dat zijn voortreffelijkste zegeningen voorbehouden zijn aan hen die zijn wetten gehoorzamen.’1
Ik noem drie manieren waarop onze hemelse Vader zijn liefde voor ons, zijn kinderen, uit.
Ten eerste: onze relaties met God en onze gezinsleden zijn een uiting van zijn liefde
Onze waardevolste relaties zijn die met de Vader en de Zoon en met onze gezinsleden, want onze band met hen is eeuwig. Het grote plan van geluk is een prachtige uiting van Gods liefde voor ons. Met onze blik vast op Gods plan gericht, ruimen we in ons binnenste bereidwillig aarde en stenen weg die zelfzuchtige verlangens ondersteunen. We vervangen ze door een fundering om eeuwige relaties op te bouwen. We zouden dit ‘geestelijk graafwerk’ kunnen noemen. Bij ons geestelijke graafwerk moeten we eerst God zoeken en Hem aanroepen (zie Jeremia 29:12–13).
Als we Hem zoeken en aanroepen, begint het proces. We krijgen dan ruimte om onze eeuwige relaties op te bouwen en te versterken. Onze geestelijke blik wordt daardoor verruimd. We letten meer op wat we kúnnen veranderen, in plaats van op angsten voor zaken waar we geen controle over hebben. Bestuderen we het leven en de bediening van onze Heiland, Jezus Christus, dan kunnen we die andere zorgen vanuit een eeuwig perspectief bekijken.
Afleidingen weerhouden ons er soms van om Gods liefde in onze gezinsrelaties en -activiteiten te voelen. Een moeder die vond dat apparaten haar gezinsrelaties verstoorden, bedacht een oplossing. Aan de eettafel en op andere gezinsmomenten zegt ze eenvoudig: ‘Telefoons aan de kant; tijd voor het gezin.’ Ze zegt dat dit de nieuwe norm voor haar gezin is, en dat hun gezinsband hierdoor hechter wordt. Ze houden nu fijne gezinsgesprekken met behulp van Kom dan en volg Mij.
Ten tweede: Hij uit zijn liefde voor zijn kinderen door profeten te roepen
In de wereld zijn ‘woordenstrijd en botsende meningen’ alomtegenwoordig (Geschiedenis van Joseph Smith 1:10). Paulus heeft gezegd: ‘Er zijn […] zoveel soorten geluiden in de wereld’ (1 Korinthe 14:10). Welke stem klinkt duidelijk en betekenisvol boven het strijdgewoel uit? De stem van Gods profeten, zieners en openbaarders.
Ik weet nog goed dat ik in 2018 na een operatie weer aan het werk ging. Ik bevond mij in de parkeergarage van de hoofdzetel van de kerk. Plots hoorde ik de stem van president Russell M. Nelson: ‘Taniela, Taniela!’ Ik liep naar hem toe. Hij vroeg hoe het met me ging.
Ik zei: ‘Ik ben aan de beterende hand, president Nelson.’
Hij gaf me raad en omhelsde me. Ik voelde dat de profeet ‘die ene’ persoonlijk diende.
President Nelson heeft veel landen aangedaan. Hij dient niet zomaar duizenden, maar duizenden individuen. Zo laat hij ze Gods liefde voor al zijn kinderen voelen.
De inwoners van de Filipijnen hebben onlangs nog kracht en inspiratie uit president Nelsons woorden geput. Net als de rest van de wereld werden de Filipijnen in 2020 zwaar door de COVID-19-pandemie getroffen, maar ook door een vulkaanuitbarsting, aardbevingen, hevige tyfoons en verwoestende overstromingen.
Maar de woorden van de profeet schenen als een lichtkolom door de donkere wolken van angst, eenzaamheid en wanhoop heen. Hij riep de wereld op om te vasten en te bidden, en gaf de raad om ondanks de pandemie door te gaan. Hij vroeg ons om van ons thuis een heiligdom van geloof te maken. Hij spoorde alle heiligen der laatste dagen aan om al Gods kinderen te respecteren en God in ons leven te laten zegevieren.2
President Nelsons recente video over de kracht van dankbaarheid was al even bezielend. En zijn gebed vond overal in de Filipijnen weerklank.3 In de provincie Leyte werd de video tijdens een interkerkelijk evenement afgespeeld, en een priester preekte erover. De liefde van God die we door de woorden van zijn uitverkoren profeet kunnen voelen, is de Filipijnen, en de rest van de wereld, tot zegen.
Ten derde: kastijding kan een uiting van Gods liefde voor zijn kinderen zijn
Soms uit God zijn liefde door ons te kastijden. Zo herinnert Hij ons eraan dat Hij ons liefheeft en kent. Hij heeft gemoedsrust beloofd aan al wie het verbondspad moedig bewandelen en bereid zijn bijsturing te aanvaarden.
Als wij zijn kastijding herkennen en accepteren, ondergaan we een soort geestelijke operatie. Niemand vindt operaties leuk. Maar voor iemand die een ingreep nodig heeft en ermee instemt, kan die zijn leven redden. De Heer kastijdt wie Hij liefheeft. Dat lezen we in de Schriften (zie Hebreeën 12:5–11; Helaman 12:3; Leer en Verbonden 1:27; 95:1). Die kastijding, die geestelijke ingreep, brengt de nodige verandering in ons leven tot stand. We zullen beseffen, broeders en zusters, dat die ons binnenste loutert en zuivert.
Joseph Smith, de profeet van de herstelling, werd ook gekastijd. Toen Joseph de 116 bladzijden van het manuscript van het Boek van Mormon was kwijtgeraakt, bestrafte de Heer hem en toonde Hij tegelijk zijn liefde: ‘U had de mens niet meer moeten vrezen dan God. […] U [had] getrouw moeten zijn. […] Zie, u bent Joseph, en u werd gekozen. […] Bedenk dat God barmhartig is; daarom, bekeer u’ (Leer en Verbonden 3:7–10).
Toen ik in 2016 in Little Rock (Arkansas, VS) op zending was, vroeg ik broeder Cava om een pakketje aan mijn oudere zus in Fiji te bezorgen. Zijn reactie verraste me. ‘President Wakolo,’ verzuchtte hij, ‘uw zus is overleden en is tien dagen geleden begraven.’ Ik had zelfmedelijden en was enigszins boos dat mijn familie me niet eens op de hoogte had gebracht.
Toen mijn vrouw de volgende dag enkele zendelingen toesprak, drong deze gedachte tot in mijn ziel door: ‘Taniela, al deze ervaringen zijn voor je bestwil en groei. Je spreekt en getuigt van de verzoening van Jezus Christus. Leef er ook naar.’ Ik werd eraan herinnerd dat de sterveling die door God gestraft wordt welzalig is; daarom moeten we de bestraffing van de Almachtige niet verwerpen (zie Job 5:17). Het was een geestelijke ingreep die direct resultaat opleverde.
Net toen ik over die ervaring nadacht, was het mijn beurt om te spreken. Ik vertelde onder meer wat ik net had geleerd. Ten eerste: ik was door de Heilige Geest gekastijd en vond dat geweldig omdat ik de enige was die het hoorde. Ten tweede: vanwege het zoenoffer en de losprijs die de Heiland betaald heeft, noem ik mijn moeilijkheden niet meer beproevingen, maar leerervaringen. En ten derde: wegens zijn volmaakte, zondeloze leven noem ik mijn tekortkomingen en gebrek aan vaardigheden niet meer zwakheden, maar ontwikkelingskansen. Ik weet nu dat God ons kastijdt omdat Hij ons liefheeft.
Ik besluit met deze samenvatting: onze eeuwige Vader en zijn Zoon, Jezus Christus, uiten hun liefde door eeuwige relaties met Hen en met onze gezinsleden mogelijk te maken, door hedendaagse profeten te roepen die ons onderwijzen en dienen, en door ons te kastijden zodat we kunnen leren en groeien. ‘God zij dank voor de weergaloze gave van zijn goddelijke Zoon’,4 onze herrezen Heiland, de levende Christus. In de naam van Jezus Christus. Amen.