2011
Een getrouwe priesterschapsman worden
Januari 2011


Een getrouwe priesterschapsman worden

David L. Beck (midden), president; Larry M. Gibson (links), eerste raadgever; en Adrián Ochoa (rechts), tweede raadgever.

Young Men general presidency

Toen jullie nog in het jeugdwerk zaten, hebben velen van jullie het dertiende geloofsartikel uit het hoofd geleerd en ik hoop dat jullie het nog steeds kunnen opzeggen. Als presidium moedigen we jullie aan om dit jaar meer te doen dan uit het hoofd leren en goed te bestuderen wat de profeet Joseph Smith bedoelde toen hij zei dat we de aansporing van Paulus volgen. We vragen van jullie om iedere eigenschap in het dertiende geloofsartikel, het thema van de wekelijkse activiteitenavond dit jaar, aandachtig te bestuderen. We verzoeken jullie om het geleerde in praktijk te brengen. En we moedigen je aan om anderen te vertellen over de vreugde die je ontvangt als je die normen naleeft.

Dit gedragspatroon is hetzelfde als wat je in het nieuwe programma Plicht jegens God gebruikt: leren, handelen en vertellen. Als je die drie eenvoudige stappen volgt, zul je een getrouwe priesterschapsman worden.

In het dertiende geloofsartikel staat: ‘Wij geloven eerlijk te moeten zijn, trouw, kuis, welwillend [en] deugdzaam’ (cursivering toegevoegd). Zijn is meer dan hoe je je gedraagt — het is wie je bent. Eerlijk, trouw, kuis enzovoort zijn, onderscheidt je van de meeste jongemannen van jouw leeftijd. Als anderen jouw goede eigenschappen zien, willen ze hetzelfde wat jij hebt. Als je je priesterschapstaken leert en uitvoert, zul je veranderen. Als je goed doet ‘aan alle mensen’ zul je gezegend worden en zullen mensen veranderen.

Goede voorbeelden

Ben is een groot voorbeeld in het helpen van anderen; hij is ze tot zegen. Hij is aardig voor mensen die niet zo populair zijn of zich buitengesloten voelen. Hij denkt meer aan het welzijn van anderen dan aan zichzelf. Toen Kelon in de wijk van Ben kwam wonen, beschreef Kelon zijn leven als ‘een groot feest’ dat de verkeerde kant op ging. Hij voelde zich leeg van binnen. Maar door het voorbeeld van zijn mormoonse vrienden en vooral door het voorbeeld van zijn beste vriend, Ben, zag hij in dat er een betere levenswijze was. Ben nodigde Kelon uit om aan de activiteiten van de kerk mee te doen. Op die activiteiten merkte Kelon dat de jongemannen daar anders waren. Hij wilde op hen lijken. Hij wist niet zeker waaraan het lag, maar hij wist wel dat hij hetzelfde wilde wat zij hadden. Hij wilde net als zij gelukkig zijn.

Hij bad tot God en wist dat hij lid van de kerk moest worden. Ben doopte zijn beste vriend toen ze zestien waren. Kelon zegt over zijn doop: ‘Ik had eindelijk rust gevonden, en ik voelde de liefdevolle armen van de Heiland toen ik uit de doopvont kwam. Ik ben dankbaar voor goede vrienden die hun overtuiging in praktijk brengen.’

Aäronische-priesterschapsmacht

In Leer en Verbonden 58:27–28 staat: ‘De mensen dienen gedreven voor een goede zaak werkzaam te zijn en vele dingen uit eigen vrije wil te doen [om] veel gerechtigheid tot stand te brengen; want de macht is in hen.’ Jullie hebben die macht. Jullie is de macht van het Aäronisch priesterschap toevertrouwd. We hebben jullie lief, en we weten dat je veel kunt bereiken als je een getrouwe priesterschapsman wordt.