Door uw levensstijl het evangelie verkondigen
De beste manier om het evangelie te verkondigen, is door het na te leven.
Sommigen van ons vinden het heel gewoon om andere mensen over het evangelie te vertellen. Maar sommigen van ons gaat het niet zo gemakkelijk af. We kunnen het zelfs eng vinden om met vrienden, familieleden of buren over het evangelie te praten, ook al weten we hoe belangrijk dat is.
Daarnaast richten we ons bij de gedachte aan zendingswerk soms teveel op methoden, activiteiten of resultaten in plaats van op mensen helpen. Het probleem is dat als we ons best doen, maar het individu uit het oog verliezen, het dwangmatig en onoprecht overkomt.
Er is een betere manier, en dat is door ons nóg persoonlijker tot het evangelie te bekeren, en dan door ons voorbeeld en vriendelijke communicatie de deur open te doen. Hoe meer we ons bekeren, hoe meer we onze godsdienst waarderen. Op die manier krijgen we een steeds groter verlangen om anderen van de zegeningen van het evangelie te laten genieten. Als dat gebeurt, wordt het vanzelfsprekender om erover te vertellen.
We hebben misschien zelfs niet eens door dat we op die manier anderen het evangelie verkondigen. Als we ons getrouwe discipelschap op een hoger peil brengen, is het voor anderen moeilijk om onze daden, ons taalgebruik en zelfs onze uitstraling over het hoofd te zien. ‘Andere mensen zullen uw goede werken zien’, legt ouderling Russell M. Nelson van het Quorum der Twaalf Apostelen uit. ‘Het licht van de Heer kan uit uw ogen stralen. Met die uitstraling kunt u zich maar beter op vragen voorbereiden.’1
Levende getuigenissen
In Predik mijn evangelie: handleiding voor zendingswerk staat: ‘De Heiland heeft ons de weg gewezen. Hij heeft het volmaakte voorbeeld gegeven, en Hij gebiedt ons te worden zoals Hij is. (Zie 3 Nephi 27:27).’2 Als de leden Hem leren kennen en proberen zijn eigenschappen in hun leven te verweven, kunnen ze door de macht van zijn verzoening meer op Christus gaan lijken en anderen tot Hem leiden.3
Een recente bekeerlinge uit Washington (VS) zegt dat alles wat zij nodig had om belangstelling voor het evangelie te krijgen, was met leden om te gaan. ‘Ik kon niet ontkennen dat ik me gelukkig voelde als ik bij ze was’, zegt ze. ‘Ze gaven me geen preek over God. Het werd gewoon duidelijk uit hun levensstijl, hun keuzen, hun daden en hun antwoorden. Toen ik hen zag, zei ik tegen mezelf: “Zo wil ik ook zijn. Zo wil ik ook in het leven staan.”’
Als we de invloed van het evangelie meer gaan waarderen, wordt het makkelijker om over die invloed te praten, omdat we iets hebben om over te praten en omdat we kunnen vertellen wat de boodschap voor ons betekent.
Miriam Criscuolo uit Italië kwam erachter dat ze, zelfs nadat ze goede vrienden was geworden met haar buurvrouw, nog steeds niet wist hoe ze over het evangelie kon praten. ‘We brachten veel tijd met elkaar door, maar het ontbrak mij aan de moed om met mijn nieuwe vriendin over het evangelie te praten, ook al wist ik dat het mijn plicht was’, zegt ze.
Maar toen het evangelie een keer ter sprake kwam, gebeurde er wat. Miriam weet nog: ‘Mijn dochter maakte mijn vriendin nieuwsgierig toen ze haar een werkstuk uit het jeugdwerk liet zien. ‘Wat is dat, jeugdwerk?’ vroeg ze. Na die vraag kwamen er nog honderd andere. Ik ontdekte dat mijn vriendin al jaren ergens naar op zoek was. Ik vertelde haar dat de gemoedsrust waar ze naar zocht in de kerk te vinden was.
‘Later werd ze lid van de kerk. Mijn gebeden waren verhoord doordat ik op die manier leerde zendingswerk te doen en mijn kinderen kon laten zien hoe je het kunt doen.’
Eerst bevriend raken
Net zoals Miriam voelen we ons soms verplicht om over het evangelie te praten en merken we dat daar geforceerde, ongemakkelijke gesprekken uit ontstaan. Daarnaast kunnen we overweldigd raken door het gevoel dat het onze plicht is om zendingswerk te doen, wat kan verhinderen dat we evangeliebeginselen duidelijk uitleggen.
Als de leden gewoon goede, trouwe vrienden van niet-leden zijn, duiken er vaak meer mogelijkheden op om met succes zendingswerk te doen. Ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Als wij vanaf het begin openlijk over ons lidmaatschap van de kerk praten, [zullen] vrienden en kennissen […] accepteren dat het een deel van ons leven is.’4
Als we de vrienden die we al hebben over het evangelie vertellen, in plaats van vriendschap met mensen te sluiten om zendingswerk te doen, hebben we meer succes. Eliana Verges de Lerda, een lid van de kerk in Argentinië, kwam haar vriendin Anabel tegen toen ze allebei zes waren. Omdat ze naar dezelfde school gingen, werd hun band sterker. Eliana maakte er geen geheim van dat ze lid van de kerk was.
‘Ik praatte graag met Anabel over het evangelie, ook al hadden we niet hetzelfde geloof’, zegt ze.
Toen ze veertien waren, wilde Anabel wel naar de zendelingen luisteren, maar besloot toch om zich niet te laten dopen.
Eliana was teleurgesteld, maar toch bleven ze goed bevriend en bleef ze met Anabel over het evangelie praten. Een paar jaar later nodigde Eliana Anabel uit om met haar naar het seminarie te gaan. Tijdens de les voelde Anabel heel sterk de Geest. Toen Eliana zich een paar dagen later klaarmaakte om naar de tempel te gaan, zei Anabel tegen haar: ‘Ik beloof dat ik volgende keer meega.’ Anabel liet zich kort daarna dopen.
Er gingen geen dagen maar jaren overheen voordat Anabel lid van de kerk werd. Het proces werd mogelijk gemaakt doordat Eliana in de eerste plaats bevriend met haar was — of Anabel nu het evangelie aan wilde nemen of niet.
Liefdevol luisteren
Een vriendschap als die van Eliana en Anabel ontwikkelt zich vaak als mensen dezelfde interesses, normen of gewoonten hebben. Een dergelijke band wordt hechter naarmate mensen hun ervaringen, emoties en liefde met elkaar delen. De liefde staat natuurlijk centraal in het herstelde evangelie.
Wij, leden van de kerk, kunnen christelijke liefde tonen door tijd met onze vrienden door te brengen — door deelname aan activiteiten, en door te dienen en te communiceren. In feite zijn veel mensen juist naar zo’n vriend op zoek.
Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft over de interactie met anderen gezegd: ‘Luisteren [is] belangrijker dan praten. Deze mensen zijn geen levenloze voorwerpen, vermomd als doopstatistieken. Ze zijn kinderen van God, onze broeders en zusters, en zij hebben nodig wat wij hebben. Wees oprecht. Maak oprecht contact. Vraag deze vrienden wat voor hen het belangrijkste is. […] Luister dan. […] Ik beloof u dat iets van wat ze zeggen altijd betrekking heeft op een evangeliebeginsel waarvan u uw getuigenis kunt geven en waarover u meer kunt zeggen.’5
We hoeven onze vrienden niet te overladen met het evangelie. We moeten gewoon goed bevriend met ze raken en niet bang zijn om opvattingen over het evangelie uit te leggen als zo’n gelegenheid zich voordoet. Satan gebruikt die angst om leden ervan te weerhouden anderen over het evangelie te vertellen. Die krachtige emotie kan ons ernstig belemmeren. President Uchtdorf heeft opgemerkt: ‘Sommigen trekken liever een handkar over de vlakten dan dat zij bij hun vrienden […] godsdienst en geloof als gespreksstof aansnijden. […] Zij maken zich zorgen om wat anderen van hen denken, of menen dat de vriendschap eronder zal lijden.’ Hij gaat verder: ‘Maar zo hoeft dat niet uit te pakken, want we verkondigen een blijde boodschap, een boodschap van vreugde.’6
De profeet Mormon heeft gezegd: ‘De volmaakte liefde drijft alle vrees uit’ (Moroni 8:16). Als we het evangelie steeds beter naleven, kunnen we onze angst overwinnen en naastenliefde — de reine liefde van Christus — aan onze vrienden, familieleden en buren betonen. Door die liefde zijn we meer geneigd anderen over het evangelie te vertellen.7
Uit uzelf anderen over het evangelie vertellen
De kinderen van onze hemelse Vader hebben het perspectief nodig dat het evangelie ons biedt. Als leden het evangelie naleven, getuigen zij door hun voorbeeld van Christus’ liefde. Als leden er ijverig naar streven om zoals Jezus Christus te worden, betekenisvolle vriendschapsbanden te smeden en naastenliefde te ontwikkelen, maken zij andere mensen door hun persoonlijkheid op natuurlijke wijze bekend met het evangelie. Als leden laten zien wie ze zijn, kunnen ze troost en leiding putten uit de woorden van de Heiland tot zijn discipelen: ‘Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet zou bezwijken. En gij, als gij eenmaal tot bekering gekomen zijt, versterk dan uw broederen’ (Lucas 22:32).