2013
Mijn verjaardagswens
januari 2013


Mijn verjaardagswens

Angelica Carbonell Digal (Filipijnen)

Toen ik op achttienjarige leeftijd het evangelie aannam, erkende ik dat ik de zoetste van alle vruchten geproefd had. Ik voelde me heerlijk, maar dacht aan mijn familieleden, die in het duister tastten. Ik vond het heel erg dat ik het enige lid van de kerk in mijn familie was, maar ik wist niet hoe ik ervoor kon zorgen dat anderen open zouden staan voor de waarheid.

Ik probeerde op veel manieren mijn familie over te halen om naar de zendelingen te luisteren. Maar hoe meer ik het probeerde, hoe meer ze gingen aarzelen.

Ik raakte ontmoedigd en dacht erover om niet meer naar de kerk te gaan. Maar toen ik bad, kwam er een tekst in mijn gedachten: ‘[Als] gij Mij daarna verloochent, dan zou het voor u beter zijn geweest Mij niet te hebben gekend’ (2 Nephi 31:14). Ik bad nog meer, las de Schriften, ging naar de kerk en concentreerde me op mijn zegeningen. Het gevolg was dat de droefheid verdween.

Toen mijn verjaardag eraan kwam, voelde ik mij geïnspireerd om thuis een verjaardagsfeestje te vieren en al mijn vrienden in de kerk uit te nodigen, inclusief de voltijdzendelingen. Ik wilde dat mijn familie meer met de leden van de kerk om zou gaan, aangezien mij dat de gelukkigste mensen van de wereld leken te zijn. Ik vond dat het feestje nogal op een gezinsavond leek.

Na die dag veranderde er het een en ander. De zendelingen waren thuis welkom en raakten goed bevriend met mijn familie. Op een dag kondigde mijn vader aan dat hij wilde dat iedereen naar de zendelingen zou luisteren en naar de kerk zou gaan. Ik was stomverbaasd.

Drie jaar na mijn doop liet mijn hele familie zich dopen. Mijn moeder gaf haar getuigenis op de doopdienst en mijn vader bedankte de zendelingen. De leden in de wijk waren onder de indruk van hun bekering.

Hoe was dat nu gebeurd? Alle tranen die ik gelaten had en alle doelen die ik had gesteld, hadden daarbij geholpen. Maar boven alles werd het hart van mijn vader verzacht door de liefde en vriendschap van de zendelingen en de leden in de wijk. Alle leden waren zendelingen omdat ze het evangelie van Jezus Christus naleefden en een goed voorbeeld waren. Ik ben blij met hen en met het plan van mijn hemelse Vader, waardoor gezinnen voor eeuwig bij elkaar kunnen zijn.