Goddelijke verbonden leveren sterke christenen op
Naar een toespraak gehouden tijdens de algemene aprilconferentie van 2009: ‘De kracht van verbonden.’
Hoe komt het dat we kracht putten uit het sluiten en nakomen van verbonden met God?
Op 15 augustus 2007 werd Peru door een enorme aardbeving getroffen die de kuststeden Pisco en Chincha vrijwel geheel verwoestte. Net als veel andere kerkleiders en -leden ging Wenceslao Conde, president van de kerkgemeente Balconcito in Chincha, meteen aan de slag om mensen te helpen die schade aan hun huis hadden opgelopen.
Vier dagen na de aardbeving was ouderling Marcus B. Nash van de Zeventig in Chincha om te helpen met het coördineren van de hulpacties van de kerk. Hij sprak met president Conde. Terwijl ze spraken over de verwoesting die had plaatsgevonden en wat er werd gedaan om de slachtoffers te helpen, kwam Pamela, de vrouw van president Conde, eraan met een van hun kleine kinderen op de arm. Ouderling Nash vroeg zuster Conde hoe het met de kinderen ging. Met een glimlach antwoordde ze dat ze dankzij de goedgunstigheid van God veilig en wel waren. Hij vroeg naar het huis van de familie Conde.
‘Dat is er niet meer’, zei ze gewoon.
‘En uw bezittingen dan?’ vroeg hij.
‘Alles ligt onder het puin van ons huis’, antwoordde zuster Conde.
‘En toch glimlacht u als u praat’, merkte ouderling Nash op.
‘Ja,’ zei ze, ‘ik heb gebeden en ben nu rustig. We hebben alles wat we nodig hebben. We hebben elkaar, we hebben onze kinderen, we zijn aan elkaar verzegeld in de tempel, we hebben deze fantastische kerk, en we hebben de Heer. Met de hulp van de Heer kunnen we ons huis herbouwen.’
De kracht van verbonden
Wat is de bron van dergelijke morele en geestelijke kracht, en hoe krijgen we die? De bron is God. Door onze verbonden met Hem krijgen wij toegang tot die kracht. Een verbond is een overeenkomst tussen God en de mens, een akkoord waarvan God de voorwaarden vaststelt.1 In deze goddelijke overeenkomsten verbindt God Zich ertoe om ons te steunen, te heiligen en te verhogen als wij Hem op onze beurt toegewijd dienen en zijn geboden onderhouden.
Hoe komt het toch dat we door verbonden met God te sluiten en die na te komen de kracht krijgen om te glimlachen in ontbering, beproeving om te zetten in overwinning, ‘gedreven voor een goede zaak werkzaam te zijn […] en veel gerechtigheid tot stand te brengen’ (LV 58:27)?
Gesterkt door gaven en zegeningen
Ten eerste ontvangen wij bij gehoorzaamheid aan de beginselen en geboden van het evangelie van Jezus Christus een voortdurende stroom aan zegeningen die God in zijn verbond aan ons heeft beloofd. Die zegeningen zijn de krachtbron die we nodig hebben om zelf te kunnen handelen in plaats van in het leven met ons te laten handelen. Bijvoorbeeld de geboden van de Heer in het woord van wijsheid aangaande de zorg voor ons stoffelijk lichaam zegent ons vooral met ‘wijsheid […] en grote schatten aan kennis, ja, verborgen schatten’ (LV 89:19). Bovendien leiden ze tot een betere algemene gezondheid en vrijheid van vernietigende verslavingen. Gehoorzaamheid geeft ons meer beheersing over ons leven en een groter vermogen om te gaan en komen en te werken en scheppen. Uiteraard eisen leeftijd, ongelukken en ziekten onvermijdelijk hun tol, maar onze gehoorzaamheid aan deze evangeliewet stelt ons beter in staat om met die moeilijkheden om te gaan.
Op het verbondspad vinden we een gestage stroom aan gaven en hulp. ‘De liefde vergaat nimmermeer’ (1 Korintiërs 13:8; Moroni 7:46), liefde verwekt liefde, mededogen verwekt mededogen, deugd verwekt deugd, toewijding verwekt trouw, en dienstbaarheid verwekt vreugde. Wij maken deel uit van een verbondsvolk, een gemeenschap van heiligen die elkaar aanmoedigen, ondersteunen en dienen. Zoals Nephi heeft verklaard: ‘En indien de mensenkinderen de geboden Gods onderhouden, voedt Hij hen en sterkt Hij hen’ (1 Nephi 17:3).
Gesterkt door een groter geloof
En dat brengt ons bij een tweede manier waarop onze verbonden ons kracht geven: ze brengen het geloof voort dat nodig is om te volharden en alles te doen wat goed is in de ogen van de Heer. Onze bereidwilligheid om de naam van Christus op ons te nemen en zijn geboden te onderhouden vereist een zekere mate van geloof, maar als we onze verbonden nakomen, wordt dat geloof vergroot. Ten eerste worden de beloofde vruchten van gehoorzaamheid zichtbaar, wat ons geloof bevestigt. Ten tweede brengt de Geest Gods behagen over en voelen we ons veilig met zijn voortdurende zegeningen en hulp. Ten derde kunnen we, wat er ook gebeurt, het leven onder ogen zien vol hoop en evenwichtigheid, wetend dat we uiteindelijk zullen slagen omdat we Gods belofte aan ons persoonlijk hebben, op naam aan ons gedaan, en wij weten dat Hij niet kan liegen (zie Enos 1:6; Ether 3:12).
De kerkleiders in het begin van deze bedeling bevestigden dat het getrouw naleven van verbonden ons de zekerheid geeft die we in tijden van beproeving nodig hebben: ‘Het was [de wetenschap dat hun koers in het leven overeenkwam met de wil van God] die de heiligen vanouds in staat stelde om al hun kwellingen en vervolgingen te doorstaan en […] niet alleen de teloorgang van hun goederen en verspilling van hun middelen blijmoedig te slikken, maar zelfs de dood in zijn afschuwelijkste vormen te ondergaan, wetend (en niet alleen gelovend) dat ze na het vergaan van dit aardse huis van hun tabernakel een gebouw van God hadden, een huis dat niet met handen gebouwd was, maar een eeuwig huis in de hemelen. (2 Korintiërs. 5:1).’2
Zij wezen er verder op dat wij, door de offers te brengen die God van ons vraagt, het getuigenis van de Geest krijgen dat onze koers goed is en God behaagt.3 Met die kennis wordt ons geloof grenzeloos, met de verzekering dat God er op zijn tijd voor zal zorgen dat elke kwelling ons ten bate komt. (Zie LV 97:8–9.)
Gesterkt door ‘de macht der goddelijkheid’
We hebben het eerst gehad over de zegeningen die ons kracht geven en daarna over het geloof dat God aan hen geeft die zich aan hun verbonden met Hem houden. Een laatste aspect van kracht opdoen door verbonden dat ik wil noemen, is het verlenen van goddelijke macht. Onze verbondstoewijding aan Hem stelt onze hemelse Vader in staat zijn goddelijke invloed, de ‘macht der goddelijkheid’ (LV 84:20) aan ons toe laten vloeien. Dat kan Hij omdat wij door onze deelname aan priesterschapsverordeningen onze keuzevrijheid gebruiken om die macht te ontvangen. Onze deelname aan die verordeningen geeft ook aan dat wij bereid zijn om de extra verantwoordelijkheid te aanvaarden die meer licht en geestelijke kracht met zich meebrengen.
Bij alle verordeningen, en vooral die van de tempel, worden wij begiftigd met macht van omhoog (zie LV 109:22). De ‘macht der goddelijkheid’ komt tot ons in de Persoon en door de invloed van de Heilige Geest. De gave van de Heilige Geest maakt deel uit van het nieuw en eeuwig verbond. Zij is een onmisbaar onderdeel van onze doop, de doop met de Geest. Ze is de boodschapper van de genade waardoor het bloed van Christus onze zonden wegneemt en ons heiligt (zie 2 Nephi 31:17). Ze is de gave waardoor Adam ‘levend [werd] gemaakt naar de innerlijke mens’ (Mozes 6:65). Het kwam door de Heilige Geest dat de eerste apostelen alles doorstonden wat ze te verduren hadden en dat zij door hun priesterschapssleutels het evangelie aan de hele hen bekende wereld brachten.
Als wij goddelijke verbonden hebben gesloten, is de Heilige Geest onze trooster, onze leidsman en onze metgezel. De vruchten van de Heilige Geest zijn ‘de vredige dingen van de onsterfelijke heerlijkheid; de waarheid van alle dingen; datgene wat alle dingen bezielt, wat alle dingen levend maakt; datgene wat alle dingen weet en alle macht bezit volgens de wijsheid, de barmhartigheid, de waarheid, de gerechtigheid en het oordeel’ (Mozes 6:61). De gaven van de Heilige Geest zijn getuigenis, geloof, kennis, wijsheid, openbaringen, wonderen, genezing en naastenliefde, om er maar een paar te noemen (zie LV 46:13–26).
Het is de Heilige Geest die getuigt van uw woorden wanneer u onderricht en getuigt. Het is de Heilige Geest die u, als u in een vijandige omgeving spreekt, in uw hart ingeeft wat u moet zeggen en de belofte van de Heer vervult dat ‘u […] niet [zult] worden beschaamd tegenover de mensen’ (LV 100:5). Het is de Heilige Geest die u openbaart hoe u de volgende schijnbaar onoverkomelijke hindernis kunt nemen. Het is door de Heilige Geest in u dat anderen de reine liefde van Christus kunnen voelen en de kracht kunnen krijgen om voort te gaan. Het is ook door de Heilige Geest, in zijn rol als de Heilige Geest der belofte, die de geldigheid en de werkzaamheid van uw verbonden bevestigt en Gods zegeningen op u bezegelt (zie LV 88:4–5; 109:14–15).
Onze hemelse Vader zal u kracht schenken
Goddelijke verbonden leveren sterke christenen op. Ik spoor u allen aan om in aanmerking te komen voor alle priesterschapsverordeningen en ze te ontvangen, en u dan trouw te houden aan de beloften die u hebt gedaan door de verbonden te sluiten. Geef uw verbonden in moeilijke tijden de hoogste prioriteit en wees zorgvuldig in uw gehoorzaamheid. Dan kunt u naar uw behoefte in geloof vragen, in geen enkel opzicht twijfelende, en God zal antwoord geven. Hij zal u steunen in uw werk en waken. Op zijn eigen tijd en wijze zal Hij zijn hand uitstrekken en tot u zeggen: ‘Hier ben Ik.’