Seminarie
Alma 9: Wees de zegeningen van de Heer indachtig


‘Alma 9: ‘Wees de zegeningen van de Heer indachtig’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024)

‘Alma 9’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek

Alma 9

Wees de zegeningen van de Heer indachtig

Alma en Amulek

Hoe heeft de Heer jou gezegend? Wat verwacht Hij dat je doet na deze zegeningen te hebben ontvangen? Alma en Amulek roepen het volk van Ammonihah tot bekering, maar het volk verwerpt hun leringen. Alma predikt dat de Heer van hen verwacht dat ze rechtvaardiger zijn dan de Lamanieten, die niet in de waarheid onderwezen zijn. Hij spoort het volk aan om de zegeningen van de Heer indachtig te zijn. Deze les is bedoeld om je te helpen de zegeningen te herkennen en indachtig te zijn die de Heer je heeft gegeven.

Stel vragen waardoor de cursisten door de Heilige Geest gaan leren. Enkele zorgvuldig gekozen woorden kunnen een vraag doeltreffender maken. Een goed geformuleerde vraag zal het verstand en het hart van uw cursisten raken en de Heilige Geest de kans geven om te onderwijzen.

Voorbereiding van de cursist: Laat de cursisten enkele zegeningen opschrijven die ze van onze hemelse Vader en Jezus Christus hebben ontvangen.

Mogelijke leeractiviteiten

De zegeningen van de Heer voor jou

Noteer in je studiedagboek de zegeningen die je zoal van je hemelse Vader en Jezus Christus hebt ontvangen. (Denk ook aan zegeningen die je als lid van de kerk van Christus hebt.)

Laat enkele cursisten een of twee zegeningen of gaven die ze hebben ontvangen op het bord zetten. Vraag de cursisten wat ze van die gaven vinden en waarom. U kunt ook zegeningen toevoegen waar u zelf aan dacht.

  • Wat voor invloed heeft het indachtig zijn van deze zegeningen en gaven op je?

  • Hoe vaak sta je stil bij die zegeningen? Is er iets wat je kunt doen om je er meer van bewust te zijn?

Terwijl je vandaag studeert, krijg je de kans om je lijst uit te breiden. Zoek de leiding van je hemelse Vader om zijn zegeningen voor jou te herkennen en te weten hoe je ze je hele leven indachtig kunt zijn.

Alma en Amulek prediken tot het volk van Ammonihah

Toen Alma en Amulek het woord van God tot het volk van Ammonihah predikten, waren de mensen verstokt van hart.

Lees de woorden die Alma in Alma 9:8–11, 20–22 tot hen sprak. Let daarbij op woorden en zinsneden die aangeven welke zegeningen de Heer deze mensen had gegeven die ze vergeten waren.

  • Wat zijn je bevindingen?

  • Welke eigenschappen van de Heer benadrukt Alma in vers 11? (Overweeg deze eigenschappen in je Schriften te markeren.)

Het is wellicht nuttig om te weten dat de term lankmoedigheid verwijst naar het geduld en de zelfbeheersing van de Heer terwijl er reden tot boosheid is.

Sta eens stil bij de manieren waarop de Heer jou geduld heeft getoond. Voeg die voorbeelden desgewenst aan je lijst met zegeningen toe.

Vraag enkele cursisten naar hun gedachten.

Alma getuigt later van andere eigenschappen van de Heer waardoor we Alma’s boodschap beter kunnen begrijpen. Lees Alma 9:26 en markeer die eigenschappen eventueel. Het kan nuttig zijn om te weten dat het woord billijkheid in de Schriften ‘eerlijk’ of ‘rechtvaardig’ betekent.

Alma blijft prediken en benadrukt dat Jezus Christus vol genade, billijkheid, waarheid, geduld, barmhartigheid en lankmoedigheid is. Bedenk waarom Alma wil dat het volk van Ammonihah deze eigenschappen van de Heiland begrijpt.

Twee volken met elkaar vergelijken

De Schriften vergelijken vaak ideeën, gebeurtenissen en mensen met elkaar op een manier die evangeliebeginselen verduidelijkt. Op die vergelijkingen of contrasten letten, kan een nuttige Schriftstudievaardigheid zijn. Alma vergelijkt twee groepen mensen die zich in verschillende situaties bevinden – de Lamanieten en het volk van Ammonihah. Vul in je dagboek het volgende schema in. Ga na hoe Alma de eigenschappen van de Heiland beklemtoont.

Zet dit schema op het bord en laat de cursisten het in hun dagboek overnemen. U kunt de klas in twee groepen verdelen en één groep de Lamanieten en de andere groep het volk van Ammonihah laten bestuderen. U kunt de klas ook in kleinere groepjes verdelen en die samen het schema laten invullen.

Wat je over de mensen te weten komt

Hoe de Heer blijk geeft van genade, billijkheid, waarheid, geduld, barmhartigheid of lankmoedigheid jegens deze mensen

De Lamanieten (Alma 9:14–17)

Het volk van Ammonihah (Alma 9:20–25)

Vraag de cursisten als ze klaar zijn naar hun bevindingen. Wijs eventueel op het volgende: hoewel de Heer barmhartig is jegens hen die zijn geboden niet kennen (zie Alma 9:16), zullen zij die bewust tegen het evangelie opstaan en zich niet willen bekeren, onder grotere veroordeling staan (zie vers 23–24). U kunt de cursisten ook een kruisverwijzing tussen Leer en Verbonden 82:3 en deze verzen laten maken. Zorg ervoor dat de cursisten voelen en inzien dat de Heer zijn grote barmhartigheid uitstrekt tot allen die bereid zijn zich te bekeren.

  • Hoe toont de Heer zijn barmhartigheid door Alma en Amulek naar het volk van Ammonihah te sturen om ze te waarschuwen en tot hen te getuigen?

  • Waarom zijn Alma’s leringen over God in Alma 9 belangrijk om in onze tijd in gedachten te houden?

Wat heeft de Heer jou gegeven?

Alma verwondert zich hoe vlug het volk van Ammonihah de zegeningen is vergeten die de Heer ze als volk heeft gegeven (zie Alma 9:8–11). Alma herinnert hen aan de vele zegeningen die ze hebben ontvangen, om ze te helpen zich te bekeren en tot de Heer terug te keren (zie vers 20–24).

  • Wat zijn enkele redenen waarom wij vergeten wat de Heer voor ons heeft gedaan?

Geef de cursisten de tijd om na te denken over de zegeningen die ze zelf van God hebben ontvangen. Moedig ze aan om de lijst die ze aan het begin van de les gemaakt hebben uit te breiden en manieren te bedenken om die zegeningen indachtig te zijn. U kunt de volgende vragen tonen zodat de cursisten erover na kunnen denken.

  • Wat heeft de Heer je ‘bekendgemaakt, volgens [je] verlangens en [je] geloof en [je] gebeden’? (Alma 9:20.)

  • Hoe zijn de genoemde gaven van de Geest in Alma 9:21 je tot zegen geweest?

  • Hoe heeft God je uit beproevingen gered? (Zie Alma 9:22.)

Vraag een paar cursisten naar iets van hun antwoorden.

Neem even de tijd om iets te doen wat je herinnert aan de zegeningen die de Heer je heeft gegeven. Hieronder staan enkele ideeën:

  • Maak een foto van de lijst die je in de les hebt gemaakt. Plaats die ergens waar je hem vaak ziet, zoals de achtergrond op je telefoon.

  • Noteer je gevoelens in je studiedagboek en neem je voor om je zegeningen regelmatig op te schrijven.

  • Stel in je agenda een herinnering in om regelmatig na te denken over wat de Heer voor je heeft gedaan.

Vraag enkele cursisten wat ze hebben gedaan of wat ze gaan doen en wat voor gevoel ze daarbij hebben. U kunt ook over uw eigen voornemens vertellen.

Getuig van de beginselen in deze les en van de liefde van God voor zijn kinderen.