‘Alma 56: Tweeduizend jonge soldaten’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024)
‘Alma 56’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek
Alma 56
Tweeduizend jonge soldaten
We kunnen belangrijke lessen leren van het getrouwe voorbeeld van jongeren in de kerk van de Heer. In een tijd van oorlog leidde Helaman tweeduizend dappere jongemannen naar overwinningen, waardoor velen werden gered. In deze les leer je dat de Heer je met zijn macht zal zegenen als je moedig geloof in Jezus Christus oefent.
Besef dat uw cursisten goddelijk potentieel hebben. Bedenk dat iedere cursist een kind van God is. Als de cursisten weten dat u vertrouwen hebt in hun vermogen om meer zoals Jezus Christus te worden, zal hun vertrouwen in hun potentieel groeien. Prijs uw cursisten wanneer ze ernaar streven om gehoorzaam te zijn, vriendelijk voor anderen te zijn en in geloof te handelen.
Voorbereiding van de cursist: Vraag de cursisten aan een jongere of groep jongeren te denken die ondanks moeilijkheden groot geloof in de Heer toonde.
Mogelijke leeractiviteiten
Moedig zijn
Zet de volgende beangstigende of moeilijke taken op het bord. U kunt taken toevoegen of wijzigen zodat ze meer op uw cursisten van toepassing zijn. Andere voorbeelden van taken: je getuigenis geven, een vriend(in) over het evangelie vertellen, je bekeren.
Stel je voor hoe je je zou voelen als je het volgende moest doen en waarom je je zo zou voelen:
-
Een voltijdzending vervullen
-
De geboden onderhouden, zelfs als dat niet populair is
-
Een toespraak houden of lesgeven in de kerk
Laat enkele cursisten een van de taken kiezen en uitleggen hoe ze zich zouden voelen en waarom.
-
Welke twijfels zou je misschien in die situaties hebben?
Maak de cursisten het belang van wat ze gaan bestuderen duidelijk door ze het volgende zorgvuldig te laten doen:
Noteer in je studiedagboek iets wat de Heer wil dat je nu of binnenkort doet en wat je misschien eng of moeilijk vindt. Je kunt ook eventuele twijfels of zorgen noteren. (Hier kom je later in de les nog op terug.)
Bedenk wat je moet weten of begrijpen om deze taak vol vertrouwen te kunnen uitvoeren. Streef bij je studie naar de leiding van de Heer, zodat je waarheden waar je iets aan hebt, kunt vinden en begrijpen.
Helamans brief aan Moroni
Alma 56–58 is een brief die Helaman tijdens de oorlog aan opperbevelhebber Moroni schrijft. Helaman schrijft over een groep Anti-Nephi-Lehitische jongemannen, die bekend staat als de tweeduizend jonge soldaten. Deze jongemannen staan onder leiding van Helaman en voegen zich bij het leger van Antipus. Ze bereiden zich voor om hun land en families tegen de Lamanieten te verdedigen (zie Alma 56:9–12).
Zie erop toe dat de cursisten de gebeurtenissen in Alma 56:30–44 begrijpen. U kunt dit bijvoorbeeld als volgt doen:
-
Zet de volgende koppelactiviteit op het bord of geef de cursisten een kopie van het uitreikblad. De antwoorden voor de koppelactiviteit: 1-a, 2-c, 3-d, 4-b.
-
Laat drie cursisten voor de klas staan en een naamplaatje dragen zodat ze elk leger (de tweeduizend jonge soldaten, het leger van Antipus, het leger van de Lamanieten) vertegenwoordigen. Deze cursisten spelen vervolgens de aanvallen van de legers na, terwijl de overige cursisten de verzen voorlezen.
De situatie waarin de tweeduizend jonge soldaten zich bevonden
Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024) – ‘Alma 56: Tweeduizend jonge soldaten’
Lees de volgende verzen en koppel ze aan de juiste samenvatting om meer over de beangstigende en moeilijke situatie te weten te komen, waarin de zonen van Helaman zich bevonden.
|
1.___Alma 56:30–33 |
a. Antipus geeft Helaman en zijn tweeduizend soldaten het bevel langs Antiparah te marcheren om de Lamanieten uit de stad te lokken. |
|
2.___Alma 56:34–38 |
b. Na drie dagen hebben de tweeduizend soldaten de Lamanieten van zich afgeschud. Ze weten niet of het leger van Antipus de Lamanieten heeft ingehaald of dat de Lamanieten hen in de val proberen te lokken. Helaman vraagt zijn jonge soldaten of ze bereid zijn ten strijde te trekken. |
|
3.___Alma 56:39–42 |
c. De Lamanieten verlaten de stad om de tweeduizend soldaten aan te vallen. Het leger van Antipus achtervolgt de Lamanieten. |
|
4.___Alma 56:43–44 |
d. De Lamanieten vechten niet tegen Antipus, maar achtervolgen het leger van Helaman in de hoop het te doden, voordat Antipus hen van achteren kan aanvallen. |
© 2023 by Intellectual Reserve, Inc. All rights reserved.
Wel of niet vechten
Stel dat je een van de jonge soldaten bent en dat je wordt gevraagd of je bereid bent ten strijde te trekken. Hoe zou je daarop reageren? Waar zou je besluit zoal van afhangen?
Lees Alma 56:45–48 en ga na wat deze jongemannen besloten te doen en waarom.
Vraag de cursisten naar hun bevindingen. Als ze de antwoorden op de volgende vragen niet vanzelf geven, kunt u de volgende vragen stellen.
-
Wat wisten deze jongemannen volgens vers 46?
Moedig de cursisten aan om het antwoord op deze vraag in hun Schriften te onderstrepen.
-
Wie had ze die waarheid onderwezen? (Zie Alma 56:47–48.)
-
Hoe zou deze waarheid hun de moed hebben gegeven om ten strijde te trekken?
Stel je voor hoe God Zich voelde toen deze jongemannen in een beangstigende en moeilijke situatie volledig op Hem vertrouwden.
Beschermd in de strijd
Lees Alma 56:49–56 en ga na wat er gebeurde toen de jonge soldaten moedig ‘niet twijfelden’ (Alma 56:47), of met andere woorden, hun geloof in God oefenden.
-
Wat kom je in deze verzen te weten?
Een van de beginselen die we door de jonge soldaten leren, is dat we kracht van God ontvangen, als we de moed hebben om in geloof te handelen.
Het is belangrijk om te weten dat God, hoewel Hij het gehele leger van Helaman beschermde, de getrouwen niet altijd lichamelijk zal beschermen. Maar Hij zal hen altijd voor het welzijn van hun ziel zegenen (zie Alma 60:12–13).
-
Wat leer je door dit verhaal over God en zijn kracht?
Laat de cursisten een van de volgende activiteiten kiezen, zodat ze het verslag van het leger van Helaman op zichzelf en hun eigen omstandigheden kunnen toepassen. Laat de opties zien, zodat de cursisten er een blik op kunnen werpen terwijl ze een keuze maken en de activiteit doen. Laat de cursisten weten dat ze hun bevindingen met hun klasgenoten zullen bespreken.
Optie A. Praktijksituaties
Noem een situatie waarin jongeren van nu moeten kiezen om net als de trouwe jonge soldaten van Helaman moedig in geloof te handelen. Noteer enkele twijfels die jongeren in die situatie zouden kunnen hebben. Noteer vervolgens een of twee manieren waarop jongeren ondanks twijfels geloof in God kunnen oefenen. Leg uit hoe onze hemelse Vader hen met kracht zal zegenen wanneer ze in geloof handelen.
Optie B. Hun moeders hadden het hun geleerd
Schrijf over je moeder of een andere vrouw die je, net als de moeders van de jonge soldaten, heeft geleerd in God en Jezus Christus te geloven. Noteer wat ze je in woord en daad heeft geleerd, en welke invloed zij op jou heeft gehad. Je kunt ook noteren hoe je haar voorbeeld hebt gevolgd door geloof in de Heer te oefenen en zijn kracht te voelen.
Laat de cursisten aan de klas vertellen wat ze hebben geleerd. Het kan nuttig zijn als u ze eerst hun bevindingen met een klasgenoot laat bespreken die een andere activiteit heeft gekozen.
Bedenk wat de Heer wil dat je nu of binnenkort doet wat je misschien eng of moeilijk vindt. Bedenk ook eventuele twijfels of zorgen. Noteer in je studiedagboek wat je over God weet, wat je door het verhaal van de jonge soldaten over Hem te weten bent gekomen en wat je daar in die situatie aan hebt. Je kunt ook noteren hoe jij je geïnspireerd voelt om geloof in Hem te tonen en hoe Hij jou kan sterken.