Nieuwe Testament 2023
16–22 oktober. 1 en 2 Thessalonicenzen: ‘Volmaken wat aan uw geloof ontbreekt’


‘16–22 oktober. 1 en 2 Thessalonicenzen: “Volmaken wat aan uw geloof ontbreekt”’, Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen: Nieuwe Testament 2023 (2022)

‘16–22 oktober. 1 en 2 Thessalonicenzen’, Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen: 2023

zendelingzusters spreken met een jongeman

16–22 oktober

1 en 2 Thessalonicenzen

‘Volmaken wat aan uw geloof ontbreekt’

Schrijf de indrukken van de Geest op, anders vergeet u ze misschien. Wat geeft de Geest u in om op te schrijven terwijl u 1 en 2 Thessalonicenzen leest?

Schrijf uw indrukken op

Paulus en Silas werden er in Thessalonica van verdacht dat ze ‘de wereld in rep en roer gebracht’ hadden (Handelingen 17:6). Hun prediking wekte de woede van bepaalde leiders onder de Joden op. Die leiders jutten de mensen tot oproer op (zie Handelingen 17:1–10). Paulus en Silas kregen dan ook het verzoek om uit Thessalonica te vertrekken. Paulus maakte zich zorgen om de nieuwe bekeerlingen onder de Thessalonicenzen en de vervolging die ze te verduren kregen. Maar hij kon ze niet nog eens bezoeken. ‘Omdat ook ik dit verlangen niet langer kon verdragen,’ schreef hij, ‘heb ik [iemand] gestuurd om [meer] ten aanzien van uw geloof te weten te komen.’ Paulus’ assistent Timotheüs, die in Thessalonica gediend had, was daarop teruggekomen ‘en [had] ons de goede boodschap gebracht van uw geloof en liefde’ (1 Thessalonicenzen 3:5–6). De heiligen in Thessalonica stonden als voorbeeld ‘voor alle gelovigen’ bekend (1 Thessalonicenzen 1:7). Het nieuws over hun geloof verspreidde zich naar andere steden. U kunt zich Paulus’ blijdschap en opluchting indenken dat zijn werk onder hen ‘niet tevergeefs is geweest’ (1 Thessalonicenzen 2:1). Maar Paulus wist dat getrouwheid in het verleden geen garantie voor geestelijke overleving in de toekomst biedt. Hij was op zijn hoede voor de invloed van valse leraars onder de heiligen (zie 2 Thessalonicenzen 2:2–3). Zijn boodschap aan hen, en aan ons, is doorgaan ‘om te volmaken wat aan [ons] geloof ontbreekt’ en ‘nog veel meer’ in liefde toe te nemen (zie 1 Thessalonicenzen 3:10; 4:10).

individuele studie (pictogram)

Ideeën voor individuele Schriftstudie

1 Thessalonicenzen 1–2

Discipelen van Christus dienen andere mensen oprecht en liefdevol.

Uit Paulus’ woorden in 1 Thessalonicenzen blijken zowel de zorgen als de blijdschap van iemand die zichzelf helemaal in de dienst van Gods kinderen heeft gegeven. Vooral in de eerste twee hoofdstukken van 1 Thessalonicenzen wordt beschreven hoe een ware discipel van de Heer zich gedraagt. Wat leert u bijvoorbeeld uit 1 Thessalonicenzen 1:5–8; 2:1–13 over de Heer dienen?

Denk aan uw eigen mogelijkheden om God en zijn kinderen te dienen. Wat komt u in deze hoofdstukken tegen dat u inspireert om uw dienstvaardigheid te verbeteren? Overweeg eventueel uzelf vragen te stellen op basis van wat u vindt, zoals ‘Leef ik naar wat ik weet?’ (Zie 1 Thessalonicenzen 1:7.)

1 Thessalonicenzen 3:7–13; 4:1–12

‘Doen toenemen en overvloedig maken in de liefde’.

Paulus verheugde zich in de getrouwheid van de heiligen in Thessalonica (zie 1 Thessalonicenzen 3:7–9). Maar hij wilde ook dat zij ‘nog meer overvloedig’ in getrouwheid werden (1 Thessalonicenzen 4:1). Overdenk terwijl u 1 Thessalonicenzen 3:7–13; 4:1–12 leest manieren waarop u geestelijk ‘nog meer overvloedig’ kunt worden (1 Thessalonicenzen 4:10). Merk bijvoorbeeld op dat Paulus het woord ‘heiliging’ gebruikte. Wat leert u uit de geschriften van Paulus over de betekenis van dat woord? Hoe kan de Heiland u helpen bij uw heiliging?

Zie ook de Gids bij de Schriften, ‘Heilig’, ‘Heiliging’, schriften.ChurchofJesusChrist.org.

1 Thessalonicenzen 4:16–18; 5:1–10; 2 Thessalonicenzen 1:4–10

Als ik trouw en waakzaam blijf, ben ik op de wederkomst van de Heiland voorbereid.

Paulus gebruikte diverse metaforen in 1 Thessalonicenzen 5:1–10. Daarmee wilde hij de tijd van Jezus’ terugkeer naar de aarde schetsen. Bestudeer die metaforen en noteer de indrukken die u over de wederkomst van Jezus Christus krijgt:

  • ‘Een dief in de nacht’:

  • ‘De barensweeën [van] een zwangere vrouw’:

  • Andere metaforen:

Welke waarheden komt u nog meer in 1 Thessalonicenzen 4:16–18; 5:1–10; 2 Thessalonicenzen 1:4–10 tegen? Wat gaat u doen om waakzaam te zijn en u op de komst van de Heiland voor te bereiden?

Zie ook D. Todd Christofferson, ‘Ons voorbereiden op de wederkomst van de Heer’, Liahona, mei 2019, 81–84.

2 Thessalonicenzen 2

Er is een geloofsafval voorafgaand aan de wederkomst geprofeteerd.

Veel heiligen in Thessalonica geloofden in die tijd van toenemende vervolging dat de wederkomst van de Heiland wel nabij moest zijn. Maar Paulus wist dat er vóór Jezus terugkeer op aarde eerst een geloofsafval of afvalligheid van de waarheid zou plaatsvinden (zie 2 Thessalonicenzen 2:1–4). U kunt uw begrip van de grote afval verdiepen – en daarmee uw waardering voor de herstelling – door het volgende te overdenken:

  • Schriftteksten die de afval voorzegden: Jesaja 24:5; Amos 8:11–12; Mattheüs 24:4–14; 2 Timotheüs 4:3–4

  • Schriftteksten die aantonen dat de afval al in Paulus’ tijd was begonnen: Handelingen 20:28–30; Galaten 1:6–7; 1 Timotheüs 1:5–7

  • Opmerkingen over de grote afval door christelijke hervormers:

    Maarten Luther: ‘Ik heb er alleen naar gestreefd de kerk in overeenstemming met de heilige Schriften te hervormen. […] Ik verklaar simpelweg dat het christendom niet meer bestaat onder hen die het hadden moeten bewaren.’ (In E.G. Schweibert, Luther and His Times: The Reformation from a New Perspective [1950], 590.)

    Roger Williams: ‘De afval […] heeft iedereen zo verdorven, dat er uit die afval alleen herstel mogelijk is als Christus nieuwe apostelen uitzendt om opnieuw kerken te vestigen.’ (In Philip Schaff, The Creeds of Christendom [1877], 851.)

Zie ook 2 Nephi 28; ‘Afval’ in de Gids bij de Schriften.

studie in gezinsverband (pictogram)

Ideeën voor Schriftstudie in gezinsverband en de thuisavond

1 Thessalonicenzen 3:9–13.Wat viel je aan de gevoelens van Paulus voor zijn vrienden op? Hoe kunnen wij ‘toenemen en overvloedig [worden] in de liefde tot elkaar’ (vers 12)?

1 Thessalonicenzen 4:13–18.Welke zinsneden in deze verzen over de opstanding schenken u troost?

1 Thessalonicenzen 5:14–25.Neem Paulus’ raad in 1 Thessalonicenzen 5:14–25 door. Vraag ieder gezinslid een zinsnede op te zoeken waar het gezin zich op kan richten. Bedenk creatieve manieren om deze zinsneden in uw woning op te hangen als geheugensteuntjes. Ieder gezinslid kan bijvoorbeeld een afbeelding zoeken of een tekening maken die de door hem of haar gekozen zinsnede illustreert.

2 Thessalonicenzen 3:13.Zijn wij wel eens ‘moe goed te doen’ – overstelpt misschien door de eisen van het discipelschap? Wat helpt ons wanneer we ons zo voelen? (Zie Galaten 6:9; Leer en Verbonden 64:33.) Hoe kunnen we elkaar dan steunen?

U vindt meer ideeën voor onderwijs aan kinderen in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk.

Aanbevolen liedje: ‘Ik wil graag als Jezus worden’, Kinderliedjes, p. 40–41.

Uw individuele studie verbeteren

Streef dagelijks naar openbaring. ‘Openbaring komt vaak “regel op regel” (2 Nephi 28:30), en niet alles in één keer. […] Beschouw [evangeliestudie] dus niet als iets waar u tijd voor moet vrijmaken, maar als iets wat u voortdurend aan het doen bent.’ (Zie Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 12.)

Christus in de wolken

De herrezen Christus, Robert T. Barrett