‘10–16 augustus. Alma 53–63: “Door zijn wonderbare macht […] bewaard”’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: Boek van Mormon 2020 (2020)
‘10–16 augustus. Alma 53–63’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: 2020
10–16 augustus
Alma 53–63
‘Door zijn wonderbare macht […] bewaard’
Denk er bij het lezen van Alma 53–63 over na hoe u de verhalen en evangeliebeginselen in deze hoofdstukken aan de kinderen kunt overbrengen.
Schrijf uw ingevingen op
Meedoen stimuleren
Bereid de kinderen op de les over Alma 53–63 voor door ze te laten vertellen wat ze zich nog over de Anti-Nephi-Lehieten herinneren (zie Alma 23–24). U kunt hun geheugen opfrissen met een afbeelding of ze herinneren aan een activiteit.
Kleine kinderen in de leer onderwijzen
Ik kan net zo trouw zijn aan God als de jonge strijders.
De jonge strijders in het leger van Helaman kunnen een goed voorbeeld voor de kinderen zijn. Moedig de kinderen aan hun voorbeeld te volgen.
Mogelijke activiteiten
-
Laat een kind de afbeelding in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen omhoog houden, en vat het verhaal van Helamans jonge strijders samen. U kunt ook ‘Hoofdstuk 34: Helaman en de tweeduizend jonge strijders’ (Verhalen uit het Boek van Mormon, 93–94) gebruiken. Laat de kinderen vertellen wat ze over de tweeduizend jonge strijders weten en wat ze leuk vinden aan dat verhaal.
-
Laat een meisje en een jongen de rol van de moeders en vaders van de jonge strijders spelen. Lees Alma 56:27 en 47–48 voor, en laat deze kinderen intussen voorwerpen vasthouden die aangeven hoe de moeders en vaders de strijders hielpen. Bijvoorbeeld: een zakje eten om de ‘rantsoenen’ voor te stellen die de vaders hun stuurden, en een exemplaar van de Schriften om voor te stellen wat de moeders hun hadden geleerd. Laat de kinderen vertellen hoe hun ouders voor hen zorgen of wat ze hun leren.
-
Lees Alma 53:20–21. Zorg ervoor dat de kinderen begrijpen wat de woorden heldhaftig, moed, kracht en oprechtheid betekenen. Vertel hoe de jonge strijders een voorbeeld van deze eigenschappen waren. Maak voor de kinderen naamplaatjes waarop staat: ‘Als ik ben, ben ik zoals de jonge strijders!’ Laat de kinderen de lege plekken invullen met een eigenschap in Alma 53:20–21.
-
Help de kinderen met de doe-pagina van deze week. Bedenk samen hoe ze als het leger van Helaman kunnen zijn. Zing met de klas ‘Wij leren de wereld zijn woord’, (Kinderliedjes, 92–93).
Als ik mij zorgen maak, kan ik op God vertrouwen.
Toen Helaman en zijn leger het moeilijk hadden, vertrouwde hij op de Heer. Wat kunnen de kinderen van zijn voorbeeld leren?
Mogelijke activiteiten
-
Teken een somber gezichtje op het bord, en vertel dat Helaman zich zorgen maakte omdat zijn leger niet genoeg te eten had en te weinig soldaten had (zie Alma 58:32–41). Vraag de kinderen wanneer ze zich weleens zorgen hebben gemaakt. Lees Alma 58:37 of laat een kind het vers voorlezen. Verander samen het sombere gezichtje in een blij gezichtje om te laten zien hoe Helaman zich voelde toen hij op God vertrouwde. Wat kunnen wij doen als we ons zorgen maken? Zing met de klas ‘Een boos gezichtje’, (Kinderliedjes, 128).
-
Schrijf een paar dingen waarover kinderen zich zorgen zouden kunnen maken op strookjes papier. Laat de kinderen beurtelings een strookje uitkiezen. Lees wat erop staat, en laat de kinderen vertellen hoe God hen in dat geval kan helpen. Vertel over een situatie waarin God u heeft geholpen toen u zich zorgen maakte.
Grote kinderen in de leer onderwijzen
Alma 56:45–48; 57:21, 25–27; 58:39–40
Ik kan net zo trouw zijn aan God als de jonge strijders.
Welke les uit het verhaal van Helamans jonge strijders kunnen de kinderen in hun eigen leven toepassen?
Mogelijke activiteiten
-
Vraag de kinderen wat ze van de jonge strijders weten. U kunt ook ‘Hoofdstuk 34: Helaman en de tweeduizend jonge strijders’ (Verhalen uit het Boek van Mormon, 93–94) gebruiken. Vraag de kinderen wat ze in de strijders bewonderen.
-
Lees samen Alma 56:45–48; 57:21, 25–27 en 58:39–40. Laat de kinderen in deze verzen op zoek gaan naar woorden en zinsneden die de jonge strijders beschrijven. Wat betekenen die woorden en zinsneden? Hoe kunnen wij net als de jonge strijders zijn?
-
Lees Alma 56:46–48 voor. Laat de kinderen letten op wat de moeders van de jonge strijders hun kinderen over geloof leerden. Hoe leren ouders hun kinderen tegenwoordig om geloof te hebben? Waarom is het belangrijk dat kinderen de rechtschapen leringen van hun ouders en kerkleiders ‘nauwgezet’ volgen? (Alma 57:21)
Ik kan mijn verbonden nakomen.
De jonge strijders en hun ouders hadden verbonden gesloten waar ze zich trouw aan hielden. Dit is een goede gelegenheid om de kinderen het belang van verbonden bij te brengen.
Mogelijke activiteiten
-
Verdeel de klas in drie groepen: een groep speelt de rol van Helaman, een andere groep stelt het volk van Ammon voor, en de derde groep stelt de zonen van het volk van Ammon voor. Lees samen Alma 53:10–17 voor. Laat de groepen vertellen hoe de mensen die ze voorstellen verbonden sloten en naleefden. Getuig dat onze hemelse Vader ons zegent als wij onze verbonden naleven.
-
Schrijf zinsneden uit Mosiah 18:8–10 of Leer en Verbonden 20:37 die beschrijven welke verbonden we bij onze doop sluiten op het bord. Schrijf ook enkele zinsneden op die niets met verbonden te maken hebben. Laat de kinderen omcirkelen waartoe we ons verbinden. Laat ze zo nodig de Schriften gebruiken. Hoe worden we gezegend als we onze verbonden naleven? Laat de kinderen opschrijven waartoe ze zich jegens God hebben verbonden, en moedig ze aan dat lijstje op te hangen waar ze het vaak zullen zien.
-
Laat een kind Alma 56:27 voorlezen. Hoe steunden de vaders hun zonen zonder hun verbond te breken en toch te vechten? Wie steunt ons in het naleven van onze verbonden?
Ik kan ervoor kiezen om niet boos te worden.
Pahoran werd valselijk door Moroni beschuldigd, maar in plaats van kwaad te worden, zei hij: ‘Ik […] verheug mij over de grootheid van uw hart’ (Alma 61:9).
Mogelijke activiteiten
-
Vraag de kinderen of ze weleens werden beschuldigd van iets wat ze niet hadden gedaan. Vertel dat dit Pahoran overkwam (zie Alma 60–61). U kunt ‘Hoofdstuk 35: Opperbevelhebber Moroni en Pahoran’ (Verhalen uit het Boek van Mormon, 95–97) gebruiken. Laat de kinderen beurtelings een vers uit Alma 61:3–14 voorlezen en opzoeken hoe Pahoran reageerde. Wat deed Pahoran toen Moroni hem beschuldigde? Wat kunnen wij uit het voorbeeld van Pahoran over vergeving leren? Hoe kunnen we zoals hij worden?
-
Schrijf op het bord: Wat kan ik doen als iemand kwaad op mij is? Laat de kinderen hun antwoorden op het bord zetten. Hoe zou Pahoran die vraag beantwoorden? Laat de kinderen de antwoorden in een brief aan zichzelf schrijven, zodat ze die kunnen lezen als iemand kwaad op hen is.
Thuisstudie stimuleren
Moedig de kinderen aan om thuis te vertellen wat ze willen doen om meer op de jonge strijders te lijken. Ze kunnen ook hun ouders bedanken omdat ze hen hebben onderwezen, net als de moeders van de jonge strijders.