De gevangenis te Liberty in het voorjaar, Al Rounds

18–24 oktober

Leer en Verbonden 121–123

‘O God, waar bent U?’

Terwijl u Leer en Verbonden 121–123 bestudeert, overweeg dan wat de kinderen in uw klas al weten. Bid om te weten te komen hoe u daarop verder kunt bouwen.

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen stimuleren

Als u de kinderen hebt aangemoedigd om thuis te bespreken wat ze vorige week in de les hebben geleerd, geef ze dan even de tijd om daarover te vertellen.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Leer en Verbonden 121:7–8; 122:7

Tegenspoed en ellende kunnen voor ons bestwil zijn.

Aan de hand van de woorden van de Heer aan Joseph Smith in de gevangenis te Liberty kunnen de kinderen begrijpen dat het leven soms moeilijk is, maar dat onze hemelse Vader en Jezus Christus ons kunnen helpen.

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen op het woord ‘vrede’ letten als u ‘Hoofdstuk 46: Joseph Smith in de gevangenis te Liberty’ (Verhalen uit de Leer en Verbonden, 172–174) of Leer en Verbonden 121:7–8 met ze bespreekt. Laat de kinderen manieren bedenken waarop we net als Joseph op de Heer kunnen vertrouwen en vrede kunnen voelen. Leg uit dat Joseph moeilijke dingen moest doorstaan, maar dat de Heer bij hem was.

• Om de kinderen duidelijk te maken dat onze beproevingen ‘voor [ons] bestwil zullen zijn’ (Leer en Verbonden 122:7), bespreekt u met hen dat onze spieren sterker worden als we iets zwaars dragen. Laat ze doen alsof ze een zwaar voorwerp optillen of hard werken. Leg uit dat onze geest door moeilijke tijden sterker kan worden. Maar dan moeten we wel de hulp van de Heer inroepen. Geef enkele voorbeelden die de kinderen bekend voorkomen. Laat ze deze woorden opzeggen: Al deze dingen zullen voor ons bestwil zijn.

Zie Leer en Verbonden 122:8

Jezus Christus weet hoe ik me voel.

In de gevangenis te Liberty zei Jezus Christus tegen Joseph Smith dat Hij onder alles was neergedaald (zie Leer en Verbonden 122:8). Dat betekent dat Hij weet wat wij doormaken en dat we ons tot Hem kunnen wenden.

Mogelijke activiteiten

• Om de kinderen duidelijk te maken dat ze zich tot de Heer kunnen wenden als ze moeilijkheden hebben, vraagt u ze hoe hun gezicht eruitziet als ze verdriet, pijn of angst hebben. Wie kan ons helpen als we ons zo voelen? Lees Leer en Verbonden 122:8 en leg uit dat dit betekent dat Jezus Christus weet hoe we ons voelen en ons kan helpen.

• Zing ‘Ook Jezus was eens een kindje klein’ (Kinderliedjes, p. 34) en getuig dat Jezus Christus ons kan helpen omdat Hij weet hoe we ons voelen.

  

  Jezus begrijpt ons lijden. Niet Mijn wil, maar de Uwe, Walter Rane

Leer en Verbonden 123:17

God wil dat ik blijmoedig mijn best doe.

Hoewel Joseph Smith in de gevangenis zat en de heiligen uit hun huizen verdreven waren, moedigde hij de heiligen aan om ‘blijmoedig alle dingen [te] doen die binnen ons vermogen liggen’.

Mogelijke activiteiten

• Lees Leer en Verbonden 123:17 voor en laat de kinderen opstaan en juichen als ze het woord ‘blijmoedig’ horen. Laat ze doen alsof ze blijmoedig anderen helpen.

• Zing met de klas een lied over blijmoedig dienstbetoon, zoals ‘And’ren helpen’ (Kinderliedjes, p. 108). Bedenk samen manieren waarop de kinderen familieleden en vriend(inn)en blijmoedig kunnen helpen.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Leer en Verbonden 121:7–9; 122:7–9

Mijn beproevingen kunnen voor mijn bestwil zijn.

Een van de manieren waarop de Heiland Joseph Smith troostte toen hij in de gevangenis te Liberty zat, was hem duidelijk maken dat ‘al deze dingen u ondervinding zullen geven en voor uw bestwil zullen zijn’ (Leer en Verbonden 122:7). Dit beginsel kan de kinderen tot zegen zijn als ze zelf met beproevingen te maken krijgen.

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen vertellen wat ze weten over Joseph Smith in de gevangenis en de heiligen die uit Missouri (VS) verdreven werden. (Zie hoofdstuk 45–47 van Verhalen uit de Leer en Verbonden, 167–175.) Vraag de kinderen hoe zij zich zouden voelen als zij Joseph Smith of een van de heiligen in die tijd waren. Lees samen Leer en Verbonden 121:7–9; 122:7–9 en vraag de kinderen wat ze volgens de Heer vrede had kunnen brengen. In welke opzichten zijn onze beproevingen voor ons ‘bestwil’?

• Laat twee kinderen de eindjes van een draad vasthouden die lang genoeg is om van de ene kant van het lokaal de andere kant te bereiken. Laat een ander kind een stip op de draad aanbrengen. Lees Leer en Verbonden 121:7–8 en leg uit dat de draad de eeuwigheid voorstelt en dat de stip ons aardse leven is. Wat houdt het in dat onze beproevingen op aarde ‘slechts van korte duur zijn’?

• Laat de kinderen zich voorstellen hoe het zou zijn om vier maanden in de gevangenis te Liberty te zitten. Wat zouden we het meest missen? Hoe zouden we onze tijd doorbrengen? Wat leerde Joseph Smith volgens Leer en Verbonden 121:7–9; 122:7–9 zodat hij die beproeving kon doorstaan? Moedig de kinderen aan om een brief te schrijven aan iemand die het moeilijk heeft. Laat ze iets uit Leer en Verbonden 121:7–9; 122:7–9 gebruiken.

Leer en Verbonden 121:34–46

We moeten rechtschapen zijn om ‘de machten van de hemel’ te ontvangen.

Maak de kinderen duidelijk dat we de macht van God alleen kunnen gebruiken als we rechtschapen leven.

Mogelijke activiteiten

• Teken een lijn met de woorden veel macht aan de ene kant en weinig macht aan de andere kant. Teken een pijl die naar het midden van de lijn wijst. Kies verscheidene woorden of zinsneden uit Leer en Verbonden 121:34–46 waaruit blijkt hoe we hemelse macht kunnen verkleinen of vergroten (zoals ‘onze zonden […] bedekken’, ‘hoogmoed’, ‘zachtmoedigheid’ en ‘liefde’). Laat de kinderen om de beurt een woord uitkiezen en besluiten of het woord tot meer of minder macht leidt. Verplaats de pijl dienovereenkomstig. Praat met de kinderen over mensen die zij kennen en die een goed voorbeeld voor anderen zijn omdat ze de raad van de Heer in deze verzen naleven.

• Lees Leer en Verbonden 121:41–42, 45, en vraag de kinderen welke eigenschappen in deze verzen genoemd worden die we van de Heer moeten ontwikkelen. Bespreek zo nodig de woorden die ze niet begrijpen. Wijs aan ieder kind een eigenschap toe en laat ze bedenken hoe ze daar blijk van kunnen geven. Als ze allemaal verteld hebben hoe ze dat kunnen doen, laat u ze de verzen 45–46 doorlezen en de zegeningen opzoeken die ze ontvangen als ze die eigenschappen ontwikkelen.

• Lees gezamenlijk de eerste regel van Leer en Verbonden 121:46. Hoe kan de Heilige Geest onze ‘constante metgezel’ zijn? Zing gezamenlijk ‘De Heilige Geest’ (Kinderliedjes, p. 56) of een ander lied over de Heilige Geest. Waarom moeten we volgens dit lied altijd de Heilige Geest bij ons hebben?

Thuisstudie stimuleren

Laat de kinderen aan iemand denken die het moeilijk heeft. Laat ze iets bedenken wat Joseph Smith in de gevangenis te Liberty heeft geleerd en wat ze met die persoon kunnen bespreken.

Ons onderwijs verbeteren

Thuisstudie stimuleren. ‘Ouders zijn de belangrijkste evangelieleerkrachten van hun kinderen – zij hebben zowel de hoofdverantwoordelijkheid als de grootste macht om hun kinderen te beïnvloeden (zie Deuteronomium 6:6–7). Zoek onder gebed naar manieren om tijdens uw onderwijs van kinderen in de kerk hun ouders in hun fundamentele rol te ondersteunen.’ (Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 25.)