27 maart–2 april

Mattheüs 14; Markus 6; Johannes 5–6

‘Wees niet bevreesd’

Let bij uw voorbereiding van de les over Mattheüs 14, Markus 6 en Johannes 5–6 op boodschappen die op de kinderen van toepassing zijn. Hoe kunt u ervoor zorgen dat ze die boodschappen begrijpen? U kunt uit dit lesschema inspiratie opdoen.

Meedoen stimuleren

Toon een afbeelding van Jezus die op het water loopt. (Zie het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen of Evangelieplatenboek, nr. 43.) Vraag de kinderen wat ze van dit verhaal weten.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Johannes 5:1–9

Jezus Christus weet wat ik nodig heb en kan me helpen.

Sta stil bij het verhaal waarin Jezus de man bij het bad van Bethesda geneest. Hoe kunt u de kinderen belangrijke lessen uit dit verhaal over Jezus’ vriendelijkheid, liefde en andere eigenschappen bijbrengen?

Mogelijke activiteiten

• Vertel aan de hand van de afbeelding Christus geneest de zieken in Bethesda (Evangelieplatenboek, nr. 42) het verhaal in Johannes 5:1–9. Of vertoon de video ‘Jesus Heals a Man on the Sabbath’ (ChurchofJesusChrist.org). Laat de kinderen zich inbeelden dat zij de persoon zijn die Jezus geneest. Hoe zouden ze zich voelen als Jezus hen genas?

• Vraag de kinderen wat voor dingen ze moeilijk vinden of wat ze verdrietig maakt. Vertel ze over een moeilijke periode in uw leven waarin de Heiland u geholpen heeft. Getuig dat Jezus al onze problemen kent en dat Hij ons wil helpen.

Mattheüs 14:13–21

Ik volg het voorbeeld van Jezus door vriendelijk voor anderen te zijn.

Jezus toonde zijn liefde bijvoorbeeld door zijn volgelingen eten te geven toen ze honger hadden. Hoe kunt u de kinderen leren om anderen zoals Jezus te dienen?

Mogelijke activiteiten

• Vertel het verhaal in Mattheüs 14:13–21 en toon daarbij een mand met wat brood. Leg uit dat Jezus zich afzonderde omdat Hij alleen wilde zijn, maar dat de mensen Hem toch opzochten. Vertel de kinderen de rest van het verhaal. Vraag wat Jezus uit medeleven en liefde voor ze deed.

• Vraag de kinderen op welke manieren mensen lief voor hen geweest zijn. Laat de kinderen bedenken wat ze deze week kunnen doen om lief voor anderen te zijn. Telkens als ze een antwoord geven, tekent u een brood of vis op het bord. Leg uit dat ze, als ze die dingen doen, het voorbeeld van Jezus volgen toen Hij de vijfduizend mensen die honger hadden eten gaf.

Mattheüs 14:22–33

Door geloof in Jezus Christus kan ik mijn angst overwinnen.

Petrus toonde zijn geloof door op het water naar Jezus toe te lopen. Wat kunnen de kinderen uit dit verhaal leren?

Mogelijke activiteiten

• Toon de afbeelding in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen (zie ook Evangelieplatenboek, nr. 43), terwijl u het verhaal uit Mattheüs 14:22–33 in uw eigen woorden vertelt. Laat de kinderen daarna het verhaal zelf met behulp van de doe-pagina van deze week navertellen. U kunt ook een kommetje water meenemen en de kinderen laten doen alsof ze met hun vingers op het water ‘lopen’.

• Vertoon de video ‘Wherefore Didst Thou Doubt?’ (ChurchofJesusChrist.org) en vraag de kinderen waarom Petrus bang was. Vraag ze vervolgens wanneer zij bang waren en wat hen toen geholpen heeft. Laat ze inzien dat we door geloof in Jezus Christus onze angst kunnen overwinnen.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Johannes 5:17–47

Jezus Christus leert mij over mijn hemelse Vader.

Wat komen de kinderen over onze hemelse Vader te weten door Jezus’ leringen over zijn Vader?

Mogelijke activiteiten

• Maak twee identieke stapels kaartjes. Zet er woorden op waarmee Jezus onze hemelse Vader in Johannes 5 beschrijft, zoals heeft lief, leven en werken (zie Johannes 5:20, 26, 36). Leg de kaartjes met de beeldzijde naar beneden. Laat de kinderen setjes identieke kaartjes zoeken door er telkens twee om te draaien. Als ze twee identieke kaartjes gevonden hebben, leest u het vers dat het woord bevat voor. Vraag de kinderen wat we van dat woord over onze hemelse Vader leren.

• Laat de kinderen Johannes 5:30 lezen en deze zin afmaken: ‘Ik zoek niet Mijn wil, maar …’ Hoe deed Jezus Christus de wil van zijn hemelse Vader? Hoe kunnen wij de wil van onze hemelse Vader doen?

Jezus gaf vijfduizend mensen op wonderbaarlijke wijze met vijf broden en twee vissen te eten.

Johannes 6:5–14

Mijn kleine bijdrage kan een groot verschil maken.

Degene die het brood en de vis bij zich had waarmee Jezus vijfduizend mensen te eten gaf, was een jongetje. Hoe kunt u de kinderen duidelijk maken dat ze een bijdrage aan het werk van de Heer kunnen leveren?

Mogelijke activiteiten

• Laat ze zich voorstellen hoe groot een menigte van vijfduizend mensen is. Hoe zou het zijn om zoveel mensen met maar vijf broden en twee vissen te voeden?

• Laat een kind het verhaal van de wonderbare spijziging van vijfduizend mensen in zijn of haar eigen woorden vertellen. Beklemtoon dat degene die het brood en de vis bij zich had waarmee de Heer dit wonder verrichtte, een jongetje was. Hoe kunnen wij als het jongetje in Johannes 6:9 zijn? Laat de kinderen broden en vissen tekenen. Vraag ze om er dingen op te schrijven die ze de Heer kunnen geven om zijn werk te bevorderen.

• Laat de kinderen een kleine puzzel maken. Wat zou er gebeuren als een van de puzzelstukjes ontbrak? Leg uit dat we allemaal als een puzzelstukje zijn. We zijn allemaal belangrijk en hebben elkaar allemaal nodig. Laat de kinderen redenen noemen waarom ze in hun gezin, hun jeugdwerkklas, Gods gezin en andere groepen belangrijk zijn.

Mattheüs 14:22–33

Door geloof in Jezus Christus kan ik mijn angst overwinnen.

Geloof en angst spelen een belangrijke rol in het verhaal van Jezus en Petrus die op het water lopen. Wat kunnen de kinderen uit dit verhaal leren?

Mogelijke activiteiten

• Toon de afbeelding in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen (zie ook Evangelieplatenboek, nr. 43). Laat de kinderen in Mattheüs 14:22–33 zinsneden zoeken die de afbeelding beschrijven.

• Laat de kinderen Mattheüs 14:22–33 lezen en aanwijzingen voor geloof en angst zoeken. U kunt ook de video ‘Wherefore Didst Thou Doubt?’ (ChurchofJesusChrist.org) vertonen. Wat betekent het om geloof in Jezus Christus te hebben? Bedenk samen wanneer het geloof van de kinderen ze geholpen heeft om angst te overwinnen.

• Laat de kinderen zich inbeelden dat ze erbij waren toen Jezus en Petrus op het water liepen, en dat ze een fototoestel hadden. Van welk specifiek moment zouden ze een foto nemen en waarom? Laat ze in Mattheüs 14:22–33 naar ideeën zoeken. Vraag ze dat moment te tekenen. Laat ze hun tekening aan elkaar tonen en uitleggen waarom ze dat moment gekozen hebben.

Thuisstudie stimuleren

Als de kinderen de doe-pagina van deze week gebruikt hebben, vraag ze dan om met behulp van die pagina thuis te vertellen wat ze in de les geleerd hebben. Of geef ze een kopie van de pagina om samen thuis aan te werken.

Ons onderwijs verbeteren

Stimuleer de kinderen om mee te doen. Vraag ze naar hun gedachten, gevoelens en ervaringen. U zult zien dat ze vaak eenvoudige, maar diepzinnige inzichten hebben.