Christus wordt bespot, Carl Heinrich Bloch

26 september–2 oktober

Jesaja 50–57

‘Onze ziekten heeft Hij op Zich genomen, onze smarten heeft Hij gedragen’

In Jesaja 50–57 wordt soms bloemrijke taal gebruikt die de kinderen in uw klas misschien niet begrijpen. Overdenk bij uw lesvoorbereiding de eenvoudige leringen in deze woorden, en hoe u die aan de kinderen overbrengt.

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen stimuleren

Vraag elk kind hoe het weet dat Jezus Christus van hem of haar houdt. Vraag ze hoe ze tonen dat ze van Jezus houden.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Jesaja 53:4

Jezus Christus heeft voor mij geleden omdat Hij van mij houdt.

Door zijn zoenoffer heeft Jezus Christus voor onze zonden geleden, en ‘onze ziekten’ en ‘onze smarten’ op Zich genomen. Hoe gaat u tot de kinderen van de verzoening van de Heiland getuigen?

Mogelijke activiteiten

• Laat afbeeldingen zien van de Heiland die lijdt aan het kruis en in de hof van Gethsémané (zie Evangelieplatenboek, nr. 56, 57, of hoofdstuk 51–53 in Verhalen uit het Nieuwe Testament). Vraag wat de kinderen in de afbeeldingen zien en wat ze weten over wat er gebeurt. Waarom heeft Jezus voor ons geleden?

• Lees uit Jesaja 53:4 voor: ‘Onze ziekten heeft Hij op Zich genomen, onze smarten heeft Hij gedragen.’ Laat de kinderen een zwaar voorwerp zien (of een afbeelding ervan). Laat ze doen alsof ze iets zwaars optillen. Leg uit dat ‘ziekte’ en ‘smarten’ (of verdriet) zwaar en moeilijk te dragen kunnen zijn. Getuig dat Jezus Christus ons helpt om die dingen te dragen, omdat Hij van ons houdt.

Jesaja 55:6

Ik kan de Heer zoeken en aanroepen.

Overweeg hoe u de kinderen kunt stimuleren om Jezus hun hele leven te blijven ‘zoeken’.

Mogelijke activiteiten

• Verberg een plaat van Jezus ergens in het lokaal en laat de kinderen ernaar zoeken. Lees de woorden ‘Zoek de Heere terwijl Hij te vinden is’ voor uit Jesaja 55:6. Vraag op welke manieren de kinderen de Heer zoal kunnen zoeken. Dat houdt in dat ze hun best doen om over Hem te leren en nader tot Hem te komen. Verberg de plaat na elk antwoord van een kind opnieuw en laat het kind ernaar ‘zoeken’.

• Leer de kinderen de woorden van het lied ‘Zoek de Heer’ (Kinderliedjes, p. 67) of een ander lied over nader tot de Heiland komen. Laat de kinderen met behulp van de doe-pagina van deze week iets kiezen waardoor ze de Heer gaan zoeken.

• Lees de woorden ‘roep Hem aan terwijl Hij nabij is’ uit Jesaja 55:6 voor. Hoe roepen we onze hemelse Vader aan? Vraag de kinderen wat ze in hun gebeden zeggen. Getuig dat onze hemelse Vader ze liefheeft en hoort wanneer ze bidden.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Jesaja 51–52

De Heer zegt: ‘Bekleed u met uw kracht.’

In Jesaja 51 en 52 gebruikt de Heer woorden zoals ‘ontwaak’, ‘sta op’ en ‘bekleed u met uw kracht’ om zijn volk te inspireren naar hun goddelijke potentieel te leven. Hoe kunt u de kinderen in uw klas met die woorden inspireren?

Mogelijke activiteiten

• Zet vóór de les enkele zinsneden uit Jesaja 51–52 op het bord die aangeven wat de Heer van zijn volk verlangde, zoals ‘sla uw ogen op’, ‘ontwaak’, ‘sta op’, ‘schud het stof van u af’ en ‘breek uit in gejubel’ (Jesaja 51:6, 17; 52:2, 9). Laat de kinderen om de beurt een van de zinsneden uitbeelden, terwijl de klas raadt waar het om gaat. Toon ze na elke beurt de zinsnede in de Schriften en bespreek de geestelijke betekenis ervan. Wat vraagt de Heer van ons? Hoe kunnen we dat allemaal doen?

• Laat de kinderen Jesaja 51:1, 4, 7 lezen, en vaststellen tot wie de Heer spreekt en wat Hij van ze verlangt. Wat houdt luisteren naar of acht slaan op de Heer in? Vraag ter illustratie een van de kinderen om eenvoudige instructies te geven die de anderen moeten volgen. Waarom is het soms moeilijk om gehoorzaam naar de Heer te luisteren? Hoe kunnen we de Heer tonen dat we naar Hem luisteren?

Uit liefde, beeldhouwster Angela Johnson

Jesaja 53:3–9

Jezus Christus heeft mijn zonden en smarten op Zich genomen.

Hoe kunt u de kinderen met de woorden van Jesaja meer begrip bijbrengen van wat de Heiland voor ze heeft gedaan?

Mogelijke activiteiten

• Laat verschillende platen zien waarop het lijden en de dood van Jezus Christus worden afgebeeld (zie bijvoorbeeld Evangelieplatenboek, nr. 56, 57, 58). Lees met de klas Jesaja 53:3–6, 9 en laat de kinderen letten op zinsneden die de gebeurtenissen in de afbeeldingen beschrijven. Getuig dat profeten zoals Jesaja honderden jaren voordat Jezus Christus voor ons zou lijden over die belangrijke gebeurtenissen spraken. Waarom zou het belangrijk zijn dat mensen die dingen al zo lang van tevoren wisten? (Zie Alma 39:15–19.)

• Laat de kinderen in Jesaja 53:4–7 letten op woorden die beschrijven wat de Heiland voor ons heeft geleden. Laat ze die woorden op het bord schrijven. Waarom heeft Hij voor onze ‘ziekten’, onze ‘smarten’ en onze ‘overtredingen’ geleden? (Zie ook Alma 7:11–12.) Vertel hoe de Heiland u heeft geholpen om uw ziekten en smarten te dragen. Laat de kinderen hun gevoelens uiten over de Heiland en wat Hij voor hen gedaan heeft.

Jesaja 55:7–9

De wegen van de Heer zijn hoger dan mijn wegen.

Wanneer we inzien dat de gedachten en wegen van de Heer hoger zijn dan de onze, wordt het makkelijker om op Hem te vertrouwen.

Mogelijke activiteiten

• Vraag naar wie de kinderen zouden gaan als ze een lastig probleem hebben. Waarom? Lees met de klas Jesaja 55:8–9 en laat ze nagaan waarom we leiding van de Heer moeten zoeken als we hulp nodig hebben.

• Teken de lucht en de grond op het bord. Noem ze Hemel en Aarde. Laat de kinderen in Jesaja 55:9 lezen waarmee de Heer de hemel en de aarde vergeleek. Laat ze die woorden aan de tekeningen toevoegen. Wat houdt het in dat de wegen en gedachten van de Heer ‘hoger’ zijn dan de onze? Waarom is het belangrijk om dat te weten?

• Bespreek met de kinderen enkele wegen van de Heer die hoger zijn dan onze wegen. Hoe gaat Hij bijvoorbeeld met zondaars om? (Zie Markus 2:15–17.) Hoe leidt Hij anderen? (Zie Mattheüs 20:25–28.) In welke opzichten verschillen zijn wegen van de wegen van anderen? Vertel hoe u de hogere wegen en gedachten van de Heer hebt leren vertrouwen.

Thuisstudie stimuleren

Stimuleer de kinderen zich een doel te stellen waardoor ze nader tot Jezus Christus komen, naar aanleiding van iets wat ze vandaag in de les hebben geleerd. Vraag ze om met een familielid over dat doel te praten.

Ons onderwijs verbeteren

Help kleine kinderen om uit de Schriften te leren. U kunt kleine kinderen helpen om uit de Schriften te leren door hun aandacht op één vers of één zinnetje tegelijk te richten. Soms kunt u een tekst voorlezen en de kinderen steeds laten opstaan of hun hand laten opsteken wanneer ze een bepaald woord of zinnetje horen.