‘15–21 november. Leer en Verbonden 133–134: “Bereid u voor op de komst van de Bruidegom”’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Leer en Verbonden 2021 (2020)
‘15–21 november. Leer en Verbonden 133–134’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2021
De Bruidegom komt, Elizabeth Gibbons
15–21 november
Leer en Verbonden 133–134
‘Bereid u voor op de komst van de Bruidegom’
Welke leringen in Leer en Verbonden 133–134 zullen uw klasleden het meest van nut zijn? Denk bij uw studie deze week onder gebed over hun behoeften na.
Schrijf uw ingevingen op
Meedoen stimuleren
Zet het woord luister op het bord en laat de klasleden er verzen uit Leer en Verbonden 133–134 achter noteren waar we naar hun idee tegenwoordig goed naar moeten luisteren. Wat zijn hun gedachten over die verzen? (Beperk u tot leerstellige beginselen en laat politieke opvattingen achterwege.)
In de leer onderwijzen
Leer en Verbonden 133:1–19; 37–39
De Heer wil dat we ons op zijn wederkomst voorbereiden.
-
Hoe maakt u uw klas duidelijk waarom het belangrijk is dat we ons heiligen, zodat we anderen kunnen bijstaan om zich op de wederkomst van de Heiland voor te bereiden? Laat de klasleden Leer en Verbonden 133:1–19, 37–39 doornemen en twee lijsten maken: een lijst met de raadgevingen van de Heer inzake onze heiliging en een lijst met raadgevingen inzake de voorbereiding van de wereld op de terugkeer van de Heiland. Wat betekent het in geestelijke zin om ‘uit Babylon’ weg te trekken (vers 5) en ‘naar Zion’ te vluchten (vers 12)? Zie ‘Heiliging’ in de Gids bij de Schriften (schriften.ChurchofJesusChrist.org) voor de betekenis van heiliging.
De wederkomst zal voor de rechtvaardigen vreugdevol zijn.
-
De klasleden zijn bij hun Schriftstudie thuis wellicht op veelzeggende passages in deze afdeling gestuit waardoor ze naar de wederkomst van de Heiland uitkijken. Vraag ze naar die passages. Laat de klas eventueel in tweetallen in de verzen 19–53 naar redenen zoeken om naar de wederkomst van Jezus Christus uit te kijken. Vraag ze naar hun bevindingen, met bijzondere aandacht voor hoe de Heiland ‘hen verlost en hen geschraagd en hen gedragen’ heeft (vers 53). Zing samen een lofzang over de verlossende macht van de Heiland, zoals ‘Ik weet dat mijn Verlosser leeft’ (Lofzangen, nr. 92). Welke andere ‘gezangen van eeuwigdurende vreugde’ (vers 33) helpen ons de ‘goedertierenheid van [onze] Heer’ (vers 52) te voelen?
‘Overheden [zijn] door God ingesteld tot nut van de mens.’
-
Stop in verband met Leer en Verbonden 134 vragen als de volgende in een bakje of schrijf ze op het bord: Hoe wil God dat overheden zijn kinderen tot nut zijn? Wat moeten we doen als aardse wetten tegen hemelse wetten indruisen? Wat zijn onze plichten en taken als burger? Laat de klasleden een vraag kiezen en aan de hand van afdeling 134 een antwoord formuleren. Vraag de klasleden om de bespreking van politieke kwesties of standpunten te mijden.
-
De Heer wil dat alle mensen de vrijheid en het recht hebben om te ‘aanbidden hoe, waar of wat zij willen’ (Geloofsartikelen 1:11). Lees samen Leer en Verbonden 134:4, 7, 9 als u het idee hebt dat de klas baat heeft bij een bespreking van het beginsel van godsdienstvrijheid. Wat staat er in deze verzen over de rol van de overheid wat de bescherming van godsdienstvrijheid betreft? Hoe kunnen we godsdienstvrijheid voor anderen en onszelf bevorderen? De klasleden kunnen in de ‘Bijkomende leermiddelen’ inzichten opdoen waarmee ze deze vraag kunnen beantwoorden.
Bijkomende leermiddelen
Hoekstenen van godsdienstvrijheid.
Ouderling Robert D. Hales heeft gezegd:
‘Er zijn vier hoekstenen van godsdienstvrijheid waar wij ons als heiligen der laatste dagen op moeten verlaten en die we moeten beschermen.
‘De eerste is de vrijheid om te geloven. Niemand mag bekritiseerd, vervolgd of aangevallen worden door burgers of de overheid om wat hij of zij met betrekking tot God gelooft. […]
‘De tweede hoeksteen van godsdienstvrijheid is de vrijheid om anderen te vertellen over ons geloof en onze overtuiging. […] Als ouders, voltijdzendelingen en zendingsactieve leden verlaten wij ons op onze godsdienstvrijheid om thuis en in de hele wereld de leer van de Heer te verkondigen.
‘De derde hoeksteen van godsdienstvrijheid is de vrijheid om een godsdienstige organisatie te stichten en in vrede met anderen te aanbidden. Het elfde geloofsartikel luidt: “Wij eisen het goed recht de almachtige God te aanbidden volgens de stem van ons eigen geweten, en kennen alle mensen hetzelfde goed recht toe: laat hen aanbidden hoe, waar of wat zij willen.” […]
‘De vierde hoeksteen van godsdienstvrijheid is de vrijheid om ons geloof na te leven – vrije geloofsuitoefening, niet alleen thuis en in de kerk, maar ook in het openbaar.’ (‘Keuzevrijheid in stand houden en godsdienstvrijheid beschermen’, Liahona, mei 2015, 112.)
Ons onderwijs verbeteren
Leg het ‘waarom’ uit. ‘Als [klasleden] het eeuwige plan van geluk van onze hemelse Vader voor zijn kinderen begrijpen, worden de redenen voor evangeliebeginselen en geboden duidelijker, en zal de motivatie om eraan te gehoorzamen toenemen.’ (Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 20.)