‘1–7 mei. Lukas 12–17; Johannes 11: “Wees blij met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was”’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Nieuwe Testament 2023 (2022)
‘1–7 mei. Lukas 12–17; Johannes 11’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2023
De verloren zoon, Liz Lemon Swindle
1–7 mei
Lukas 12–17; Johannes 11
‘Wees blij met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was’
Bereid u voor door Lukas 12–17 en Johannes 11 met een gebed in het hart te bestuderen. Aan welke ‘verloren schapen’ in uw klas denkt u? Gebruik Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen en dit lesschema, wanneer u naar de leiding van de Heer streeft om zo goed mogelijk aan de behoeften van uw leerlingen te voldoen, zelfs als ze de lessen niet bijwonen.
Meedoen stimuleren
Iets toepassen is een belangrijk deel van het leerproces, dus vraag de leerlingen hoe zij iets nageleefd hebben wat ze deze week uit de Schriften hebben geleerd.
In de leer onderwijzen
Er bestaat geen geldig excuus om het evangelie te verwerpen.
-
Om de gelijkenis van de grote maaltijd met de klas te bestuderen, kunt u de leerlingen uitnodigen voor een denkbeeldig feestje dat u gaat geven. Laat ze enkele redenen opgeven waarom ze wel of niet kunnen komen. Lees Lukas 14:15–24 klassikaal en bespreek de uitvluchten die de mensen in de gelijkenis gebruikten, toen ze voor een feest werden uitgenodigd dat voor de zegeningen van het evangelie staat. Welke uitvluchten hebben mensen tegenwoordig om de uitnodiging van de Heiland om de zegeningen van onze hemelse Vader te ontvangen af te slaan? Misschien willen enkele leerlingen vertellen hoe zij werden gezegend doordat ze offers brachten om bepaalde evangeliebeginselen na te leven.
We kunnen wie verloren zijn opzoeken en ons samen met onze Vader verheugen als ze terugkeren.
-
Hoe gaat u de leerlingen de kans geven om te vertellen wat ze hebben geleerd over de drie gelijkenissen in Lukas 15? U kunt elke leerling een van de gelijkenissen toewijzen om opnieuw door te nemen. Ze kunnen antwoorden zoeken op de volgende vragen en deze met de rest van de klas delen: Welke woorden in de gelijkenis laten zien hoe onze hemelse Vader denkt over wie verloren is? Hoe kunnen we volgens deze gelijkenissen de hand reiken aan al Gods kinderen? De leerlingen kunnen vertellen hoe de Heiland hen gevonden heeft toen zij zich verloren voelden.
-
Samen ‘Zielslief heeft ’t hart van de Herder’ (Lofzangen, nr. 154) zingen kan een zinvolle aanvulling op de leringen in deze gelijkenissen zijn.
-
Bij het klassikaal bestuderen van de gelijkenis van de verloren zoon kan het zinvol zijn om te focussen op de woorden, handelingen en overtuigingen van elk persoon in de gelijkenis. Wat leren we van elk persoon? Misschien kunnen de leerlingen een ander einde voor de gelijkenis schrijven waarin de oudere broer een andere houding ten opzichte van zijn broer aanneemt. Wat leren we uit de raadgeving van de vader in de gelijkenis? Hoe horen we ons te voelen over wie verloren zijn en over wie naar het evangelie terugkeren? (Bekijk ook het citaat van ouderling Jeffrey R. Holland in de ‘Bijkomende leermiddelen’.) Of u kunt enkele leerlingen vragen zich in te beelden dat zij de vader in de gelijkenis zijn. Welke raad zouden zij hun oudere zoon nog geven, zodat hij zich in de vooruitgang of successen van anderen zou verheugen?
Dankbaarheid voor mijn zegeningen brengt me dichter tot God.
-
Vraag de leerlingen naar hun bevindingen over dankbaarheid door hun studie van Lukas 17:11–19 en de video ‘President Russell M. Nelson on the Healing Power of Gratitude’ (ChurchofJesusChrist.org). Hoe werd de dankbare melaatse gezegend omdat hij Jezus bedankt had? Hoe worden wij gezegend wanneer wij dankbaarheid tonen? De leerlingen kunnen manieren voorstellen waarop wij dankbaarheid kunnen tonen aan God en anderen.
Jezus Christus is de opstanding en het leven.
-
Om Johannes 11:1–46 samen te onderzoeken kunt u de leerlingen vragen beurtelings een vers te lezen en te stoppen zodra ze een bewijs van geloof in Jezus Christus vinden en deze te bespreken. U kunt ook leerlingen vragen om over de zienswijzen van de betrokken personen na te denken: de Heiland, de apostelen, Martha, Maria en Lazarus. Wat kunnen we van ieder van hen leren? Wellicht kunnen leerlingen vertellen over een ervaring waarbij hun geloof in Jezus Christus gedurende een beproeving werd versterkt.
Bijkomende leermiddelen
Van de andere verloren zoon leren.
Ouderling Jeffrey R. Holland heeft over de broer van de verloren zoon gezegd: ‘Deze zoon is niet zozeer boos omdat de ander is thuisgekomen, maar omdat zijn ouders daar zo blij om zijn. […] Hij heeft nog niet het medeleven, de barmhartigheid, de ruimdenkendheid van inzicht ontwikkeld om te beseffen dat dit geen rivaal is die terugkeert. Het is zijn broer. Zijn vader smeekt hem om in te zien dat zijn broer dood was en levend is geworden. Dat hij verloren was en gevonden is.’ (‘De andere verloren zoon’, Liahona, juli 2002, 69.)
Ons onderwijs verbeteren
Die ene de hand reiken. Zoals de herder in de gelijkenis van de Heiland (zie Lukas 15:4), ‘kunt u ook contact opnemen met hen die in uw les ontbreken. Uw kansen om te onderwijzen en leerlingen op te bouwen zodat ze dichter tot Christus naderen, gaan verder dan het leslokaal en verder dan wie deelnemen aan de formele les.’ (Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 8.)