‘5–11 juni. Johannes 14–17: “Blijf in Mijn liefde”’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Nieuwe Testament 2023 (2022)
‘5–11 juni. Johannes 14–17’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2023
5–11 juni
Johannes 14–17
‘Blijf in Mijn liefde’
Denk bij uw gebedvolle studie van Johannes 14–17 na hoe u het beste liefde aan uw leerlingen kunt tonen. De Heilige Geest geeft u ideeën in terwijl u de Schriften, Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen en dit lesschema bestudeert.
Meedoen stimuleren
Zet de getallen 14 tot en met 17 op het bord. Ze staan voor de hoofdstukken die de leerlingen deze week hebben gelezen. Vraag enkele leden naast elk getal de verwijzing te schrijven van een Schrifttekst die ze dankzij de Heilige Geest beter hebben leren begrijpen of die ze klassikaal willen bespreken.
In de leer onderwijzen
Johannes 14:16–27; 15:26; 16:7–15
De Heilige Geest helpt ons doel als discipelen van Jezus Christus te vervullen.
-
U kunt de klas over de verschillende taken van de Heilige Geest leren door ze uit te nodigen een of meerdere van de volgende Schriftpassages te lezen: Johannes 14:16–27; 15:26; en 16:7–15. Ze kunnen op het bord zetten wat ze door deze Schriftpassages over de Heilige Geest te weten zijn gekomen. Ze kunnen ook inzichten over de Heilige Geest opdoen door middel van de Schriftteksten en citaten in de ‘Bijkomende leermiddelen’. Hoe heeft de Heilige Geest deze taken in ons leven vervuld? U kunt ook voorwerpen of visuele hulpmiddelen naar de les meenemen om de leerlingen sommige van deze taken duidelijk te maken.
-
Vraag eventueel vooraf enkele leerlingen om een van de toespraken van de algemene conferentie over de Heilige Geest die in de ‘Bijkomende leermiddelen’ worden voorgesteld (of een andere conferentietoespraak die ze kennen) te bestuderen. Laat ze kort aan de klas vertellen wat ze hebben geleerd. Hoe vullen deze toespraken aan wat we uit Johannes 14–16 over de Heilige Geest hebben geleerd?
Als we in Christus blijven, brengen we goede vruchten voort en hebben we vreugde.
-
U kunt een plantje meenemen naar de les en het gebruiken om de gelijkenis van de Heiland over de wijnstok en de ranken aanschouwelijk te maken. Nadat u Johannes 15:1–12 klassikaal hebt gelezen, kunt u bespreken wat in Christus blijven betekent (zie Johannes 15:4). U kunt enkele leerlingen vragen hoe zij hebben ontdekt dat Johannes 15:5 waar is. (Zie ook de toespraak van ouderling Jeffrey R. Holland in de ‘Bijkomende leermiddelen’.)
Onze hemelse Vader en Jezus Christus zijn volmaakt verenigd.
-
U zult waarschijnlijk niet de tijd hebben om alle belangrijke leringen uit Johannes 17 in één klassikale bespreking te onderwijzen, maar u kunt ervoor zorgen dat de klas er verschillende verkent. Zet ideeën uit Johannes 17 op het bord, zoals:
-
Onze relatie tot Jezus Christus
-
De relatie van Jezus Christus tot zijn Vader
-
Onze relatie tot de rest van de wereld
-
Onze onderlinge relatie als zijn discipelen
Vraag iedere leerling een idee te kiezen en Johannes 17 te lezen om te zien welke verzen bij dat idee horen. Vraag verschillende leden wat ze hebben ontdekt.
Hoe beïnvloedt onze relatie tot God onze relaties met elkaar? Hoe beïnvloeden onze relaties met elkaar onze relatie tot God?
-
Bijkomende leermiddelen
De Heilige Geest.
-
Handelingen 2:37–38; Galaten 5:22–23; 1 Nephi 10:17–19; 2 Nephi 32:3–5; Mosiah 3:19; 3 Nephi 27:20; Moroni 8:26; Moroni 10:4–5; Leer en Verbonden 8:2–3; Leer en Verbonden 42:17.
-
Henry B. Eyring, ‘Zijn Geest bij u hebben’, Liahona, mei 2018, 86–89.
-
David A. Bednar, ‘Ontvang de Heilige Geest’, Liahona, november 2010, 94–97.
-
Michelle D. Craig, ‘Geestelijk vermogen’, Liahona, november 2019, 19–21.
In Christus blijven.
Ouderling Jeffrey R. Holland merkte op dat het woord blijven de betekenis van permanent in zich draagt en zei:
‘De strekking van dit [woord] is dus: “blijf, maar blijf voorgoed”. […] Kom, maar kom om te blijven. Kom met overtuiging en volharding. […]
‘Jezus heeft gezegd: ‘Zonder Mij kunt u niets doen’ [Johannes 15:5]. Ik getuig dat dit Gods waarheid is. Christus betekent alles voor ons en wij moeten voorgoed, onverzettelijk, standvastig en eeuwig “in Hem blijven”. Want om de vruchten van het evangelie te laten bloeien en ons leven tot zegen te laten zijn, moeten we dicht bij Hem blijven, die de Heiland van ons allen is, en bij zijn kerk die zijn heilige naam draagt. Hij is de wijnstok, de ware bron van kracht en de enige bron van eeuwig leven. In Hem zullen we niet alleen volharden, maar zullen we zegevieren in deze heilige zaak die nooit zal falen.’ (‘Blijft in mij’, Liahona, mei 2004, 32.)