‘20–26 november. 1 en 2 Petrus: “Verheugt u […] met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde”’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Nieuwe Testament 2023 (2021)
‘20–26 november. 1 en 2 Petrus’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2023
20–26 november
1 en 2 Petrus
‘Verheugt u […] met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde’
Denk eraan dat uw doel is mensen te onderwijzen en niet droogweg een les te geven. Denk als u de zendbrieven van Petrus leest aan individuele leerlingen. Welke beginselen dragen bij aan de opbouw van hun geloof?
Meedoen stimuleren
Schrijf de koppen 1 Petrus en 2 Petrus op het bord. Gun de leerlingen enkele minuten de tijd om deze zendbrieven nog eens te bekijken en vraag ze onder deze kopjes betekenisvolle woorden of zinsneden te schrijven. Laat dan mensen aan de hand van deze lijsten hun inzichten bespreken.
In de leer onderwijzen
1 Petrus 1:3–9; 2:19–24; 3:14–17; 4:12–19
In tijden van beproeving en leed kan ik vreugde vinden.
-
Een manier om de raad in 1 Petrus 1:3–9; 2:19–24; 3:14–17; 4:12–19 te bespreken is door de leerlingen te vragen of ze iemand kennen die een beproeving meemaakt. Geef ze tijdens de les de tijd om een brief naar die persoon te schrijven en daar beginselen uit deze verzen in te verwerken om die persoon aan te moedigen (zie ook Leer en Verbonden 121:1–8; 123:17). Daarna kunnen de leerlingen de beginselen bespreken die zij gekozen hebben.
We zijn geroepen ‘Gods volk’ te zijn.
-
De leringen van Petrus in 1 Petrus 1:13–20 en 2:1–12 kunnen een inspirerende herinnering zijn aan hoe de Heer ons, zijn volk, ziet en wat hij van ons verwacht. Vraag de leerlingen in deze verzen te onderzoeken wat het inhoudt om ‘Gods volk’ te zijn (1 Petrus 2:10). Laat ze daarna bespreken wat ze hebben gevonden. Hoe denkt God volgens deze verzen over ons en wat voor leefwijze verwacht Hij van ons?
Het evangelie wordt aan de doden verkondigd zodat zij een rechtvaardig oordeel kunnen krijgen.
-
De eerste brief van Petrus bevat een van de weinige verwijzingen in de Bijbel naar het bezoek van Jezus Christus aan de geestenwereld na zijn dood. Die gebeurtenis is door hedendaagse openbaring beter te begrijpen. Om uw leerlingen meer inzicht over de geestenwereld te geven, kunt u ze vragen de volgende Schriftteksten te lezen en op het bord te schrijven wat ze eruit hebben geleerd: Johannes 5:25; 1 Petrus 3:18–20; 4:6; Alma 40:7–14, 21; Leer en Verbonden 138:11–32. (Zie ook ‘Bijkomende leermiddelen’.) Waarom is het belangrijk dat u weet dat de Heiland de geestenwereld heeft bezocht? Wat heeft die kennis voor invloed op uw gevoelens ten opzichte van God en zijn heilsplan?
Door de macht van Jezus Christus kunnen we onze eigen goddelijke aard ontwikkelen.
-
Om uw leerlingen aan te moedigen in hun streven meer zoals Christus te worden, kunt u ze vragen de christelijke eigenschappen in 2 Petrus 1:1–11 te beschrijven. Schrijf deze eigenschappen op het bord en vraag de leerlingen ze te definiëren. De leerlingen kunnen bespreken hoe één eigenschap ontwikkelen leidt tot de ontwikkeling van de andere eigenschappen. Gun ze de tijd om te bedenken welke eigenschap ze verder willen ontwikkelen.
Bijkomende leermiddelen
Het verlossende werk voor de doden getuigt van de zending van Christus.
Ouderling D. Todd Christofferson heeft gezegd:
‘Wat is de toekomst van de miljarden mensen die geleefd hebben en zijn gestorven zonder kennis van Jezus? Door de herstelling van het evangelie van Jezus Christus zijn we gaan begrijpen hoe de ongedoopte doden worden verlost en hoe God “een volmaakt, rechtvaardig en tevens een barmhartig God” [Alma 42:15] kan zijn.
‘Al tijdens zijn leven profeteerde Jezus dat Hij ook tot de doden zou prediken [zie Johannes 5:25]. Petrus zegt dat dit tussen de kruisiging en de opstanding van de Heer heeft plaatsgevonden [zie 1 Petrus 3:18–19]. President Joseph F. Smith heeft in een visioen gezien dat de Heiland de geestenwereld bezocht [zie Leer en Verbonden 138:30, 33].
‘Ons verlangen om de doden te verlossen, en de tijd en de middelen die we daarin investeren, zijn bovenal een uiting van ons getuigenis van Jezus Christus. Het is een krachtig getuigenis over zijn goddelijke karakter en zending. Het is een getuigenis van ten eerste zijn opstanding; ten tweede de oneindige omvang van zijn verzoening; ten derde dat Hij de enige bron van het eeuwig heil is; ten vierde dat Hij de voorwaarden voor het eeuwig heil heeft vastgesteld; en ten vijfde dat Hij zal wederkomen.’ (‘Waarom laten wij ons dopen voor de doden?’, Liahona, maart 2009, 32.)