De jammerklacht van de profeet Jeremia, naar een gravure door de Nazareners

17–23 oktober

Jeremia 30–33; 36; Klaagliederen 1; 3

‘Ik zal hun rouw veranderen in vreugde’

Sta stil bij de ingevingen die u krijgt bij uw studie van Jeremia en Klaagliederen. Welke passages uit deze hoofdstukken zijn volgens u voor uw klasleden van betekenis?

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen stimuleren

Zet uw klasleden ertoe aan om te vertellen wat ze tijdens hun Schriftstudie geleerd hebben. Doe dit door zinsneden zoals Ik heb geleerd dat…, Ik heb een getuigenis van… of Ik heb ervaren… op het bord te schrijven. Laat ze de zinsneden vervolgens met iets uit Jeremia of Klaagliederen aanvullen.

In de leer onderwijzen

Jeremia 30–31; 33; Klaagliederen 1:1–7; 3:1–5

De Heer zal Israël uit ballingschap wegvoeren en vergaderen.

• De boodschappen van hoop in Jeremia’s profetieën kunnen klasleden hoop in hun eigen omstandigheden bieden. Bespreek met de klas welke omstandigheden mensen in deze tijd tot wanhoop kunnen drijven, zoals dat in Jeremia’s tijd het geval was (zie Jeremia 30:5; 31:15; Klaagliederen 1:1–7; 3:1–5; en het citaat in ‘Bijkomende leermiddelen’). Deel de klas vervolgens in drie groepen op. Laat elke groep in Jeremia 30; 31; en 33 letten op boodschappen die mensen tegenwoordig hoop kunnen bieden. Hoe helpt hoop in de Heer ons door moeilijke tijden heen?

Jeremia 31:31–34; 32:37–42

‘Zij zullen Mij tot een volk zijn, en Ik zal hun tot een God zijn.’

• Uw klasleden kunnen aan de hand van Jeremia 31:31–34; 32:37–42 hun verbonden overdenken. Geef ze een paar minuten de tijd om deze verzen door te lezen. Laat ze vervolgens op een strookje papier daar een vraag over schrijven die ze met de klas willen bespreken. Bijvoorbeeld: ‘Wat houdt het in dat Gods wet in ons hart geschreven is?’ (Zie Jeremia 31:33.) Of: ‘Hoe leren we door verbonden de Heer kennen?’ (Zie Jeremia 31:34.) Verzamel de strookjes en kies enkele vragen uit om samen te bespreken. Wat inspireert ons in deze verzen om onze verbonden trouw te blijven?

De Schriften kunnen ons inspireren om ons te bekeren en ons tot de Heer te wenden.

Jeremia 36

De Schriften hebben de macht om ons van het kwade weg te houden.

• Uw klasleden hebben mogelijk inzichten over de Schriften opgedaan bij hun thuisstudie van Jeremia 36. Vraag ze naar hun bevindingen. U kunt klasleden ook de naam van een persoon in het hoofdstuk toewijzen en ze laten lezen wat die persoon met het woord van God deed. Laat ze de woorden en daden bestuderen van de Heer (zie vers 1–3, 27–31); Jeremia (zie vers 4–7, 32); Baruch (zie vers 4, 8–10, 14–18); Jehudi en koning Jojakim (zie vers 20–26); en Elnathan, Delaja en Gemarja (zie vers 25). Hoe laten we in woord en daad merken wat de Schriften voor ons betekenen?

Bijkomende leermiddelen

Er is altijd hoop.

President M. Russell Ballard heeft enkele situaties genoemd waarin mensen de hoop kunnen verliezen. Hij vertelde ook waar we hoop uit kunnen putten:

‘Sommigen van ons gaan gebukt onder allerhande frustraties, teleurstellingen en verdriet. Velen voelen zich radeloos door alle chaos in de wereld. Anderen maken zich grote zorgen om familieleden die meegesleurd worden in een kolkende stroom van afbrokkelende waarden en morele normen. […] Velen hebben zich er zelfs bij neergelegd dat er niets meer aan het kwaad en de wreedheid in de wereld te doen valt. Ze hebben de hoop opgegeven. […]

‘Sommigen onder ons hebben wegens zonde en overtreding alle hoop verloren. Iemand kan zo diep in de wegen van de wereld zijn weggezonken, dat hij geen uitweg meer ziet en alle hoop laat varen. Ik smeek allen die in deze valstrik van de tegenstander terecht zijn gekomen om het nooit op te geven! Hoe hopeloos het leven er nu of later ook lijkt uit te zien, geloof me, er is altijd hoop. Altijd.’ (‘The Joy of Hope Fulfilled’, Ensign, november 1992, 31–32.)

‘Onze enige hoop op geestelijke zekerheid in deze roerige tijden ligt erin om ons hart en onze gedachten op Jezus Christus te richten. […] Geloof in God en zijn Zoon, Jezus Christus, is absoluut noodzakelijk als we in tijden van beproeving en moeilijkheden een evenwichtige kijk willen behouden.’ (‘The Joy of Hope Fulfilled’, 32.)

Ons onderwijs verbeteren

Luister naar de Geest. U kunt niet voorspellen hoe elke les gaat, maar de Geest zal u met zijn ingevingen leiden. Wanneer u geestelijk voorbereid bent, zal u door de Heer, ‘op het moment zelf, worden ingegeven wat u zult zeggen’ (Leer en Verbonden 100:6; zie ook Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 10).