‘Les 194 – Vaardigheden en capaciteiten ontwikkelen: Met de hulp van de Heer vooruitgang maken’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht (2025)
‘Vaardigheden en capaciteiten ontwikkelen’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht
Wanneer wij ons deel doen, kan de Heiland ons helpen met het ontwikkelen van onze vaardigheden en capaciteiten, waarmee we ons op toekomstige taken kunnen voorbereiden en ons potentieel als kinderen van God kunnen bereiken. Deze les kan de cursisten vaardigheden en capaciteiten helpen ontwikkelen waarmee ze zich op een toekomstige baan en andere taken voorbereiden.
Mogelijke leeractiviteiten
Deze les is het doeltreffendst als u eerst de les ‘Je sterke kanten en capaciteiten ontdekken ’ behandelt. Als u die les niet kon geven, kunt u enkele activiteiten uit die les gebruiken.
Je op je doel concentreren
U kunt de les beginnen door de volgende afbeeldingen te tonen of soortgelijke op het bord te tekenen. U kunt naar de eerste afbeelding wijzen als u de eerste jonge vrouw in het onderstaande scenario beschrijft, en vervolgens naar de tweede afbeelding wijzen als u de tweede tiener beschrijft.
Stel je voor dat je twee jonge mensen kent die heel anders ten opzichte van hun vaardigheden en capaciteiten staan. De eerste heeft duidelijk veel talenten, terwijl de tweede soms het gevoel heeft dat hij of zij niet de talenten heeft die nodig zijn voor succes.
Laat de volgende afbeelding zien en vraag de cursisten wat ze zien. Ze kunnen geestelijke lessen noemen die ze van het diagram in de afbeelding kunnen leren.
Voordat u het citaat van ouderling Clark G. Gilbert van de Zeventig voorleest, kunt u uitleggen dat de hellingsgraad naar een opwaartse of neerwaartse lijn verwijst.
Ouderling Clark G. Gilbert van de Zeventig heeft gezegd hoe belangrijk het is om je te concentreren op de koers van het leven en niet op waar je begint:
10:1
Onze toekomst wordt veel minder door ons beginpunt bepaald dan door onze hellingsgraad. Jezus Christus ziet goddelijk potentieel in ons, waar we ook beginnen. […] Christus neemt in aanmerking wat we doen met wat we ontvangen. Terwijl de wereld naar ons snijpunt kijkt, kijkt God naar onze hellingsgraad. In de algebra van de Heer doet Hij al wat Hij kan om ons te helpen onze helling in de richting van de hemel te laten wijzen. (Clark G. Gilbert, ‘Eén worden in Christus: de gelijkenis van de hellingsgraad ’, Liahona , november 2021, 20.)
Wat heb je van de woorden van ouderling Gilbert over Jezus Christus geleerd?
Wat heb je in dit citaat gevonden dat je hoop en bemoediging kan bieden als je jouw talenten, vaardigheden of capaciteiten ontwikkelt?
Leg uit dat deze les zich op het ontwikkelen van vaardigheden en capaciteiten richt, waarmee we ons op werk of andere taken kunnen voorbereiden.
Laat de cursisten over vaardigheden of capaciteiten nadenken die ze willen ontwikkelen om zich beter op hun toekomstige taken of werk voor te bereiden. Ze kunnen die in hun dagboek noteren. Het is nuttig om de cursisten naar notities te verwijzen die ze tijdens de les ‘Je sterke kanten en capaciteiten ontdekken ’ hebben gemaakt.
Moedig de cursisten aan om bij hun studie op de inspiratie van de Heilige Geest te letten, waardoor ze beter gaan begrijpen hoe ze met de hulp van de Heer hun talenten, vaardigheden of capaciteiten kunnen ontwikkelen.
Vaardigheden en capaciteiten ontwikkelen
Voordat u de cursisten voor de volgende studieactiviteit uitnodigt, kunt u ze laten brainstormen over manieren waarop de Heer hen kan helpen om hun vaardigheden en capaciteiten te ontwikkelen.
Verdeel de cursisten vervolgens in groepjes om beginselen uit de Schriften op te zoeken. U kunt elk groepje een ander vers laten lezen en bespreken, en ze vervolgens een waarheid of beginsel op het bord laten schrijven dat op die tekst gebaseerd is.
Lees de volgende verzen en zoek beginselen op. Bedenk hoe die beginselen je kunnen helpen bij het ontwikkelen van vaardigheden en capaciteiten.
Leer en Verbonden 4:7 ; 46:8–9 ; 75:3, 29 ; 1 Nephi 7:12
Laat de cursisten vertellen wat ze ontdekt hebben. Ze noemen mogelijk beginselen als de volgende:
Als we God om hulp vragen, verhoort Hij onze gebeden (zie Leer en Verbonden 4:7 ).
De Heer gebiedt ons om naar de gaven van de Geest te streven, zodat wij en anderen daar iets aan kunnen hebben (zie Leer en Verbonden 46:8–9 ).
De Heer gebiedt ons om niet lui te zijn en ijverig te arbeiden (zie Leer en Verbonden 75:3, 29 ).
De Heer kan alles volgens zijn wil voor ons doen als we geloof in Hem oefenen (zie 1 Nephi 7:12 ).
Wat hebben deze beginselen met het ontwikkelen van talenten, vaardigheden of capaciteiten te maken?
Wanneer heb jij of heeft iemand die je kent vaardigheden of capaciteiten ontwikkeld door een of meer van deze beginselen toe te passen?
Nadat de cursisten de vorige vraag hebben beantwoord, kunt u ‘Faith and the Goal ’ (4:40) laten zien, beschikbaar op ChurchofJesusChrist.org . Laat de cursisten voorbeelden opzoeken van de beginselen die ze hebben gevonden.
4:39
Je talenten ontwikkelen en gebruiken
In dit segment van de les kunnen de cursisten aan een persoonlijk plan werken om een talent of vaardigheid te ontwikkelen waarmee ze zich op toekomstige taken of werk kunnen voorbereiden. Moedig de cursisten aan om op de Geest te vertrouwen als ze naar manieren zoeken om te leren en zich te ontwikkelen. U kunt de cursisten eraan herinneren dat sommige talenten natuurlijk zijn, maar dat andere werk en inspanning vergen.
Voordat u de cursisten de tijd geeft om aan hun plan te werken, kunt u ‘Small and Simple ’ (3:31) laten zien, beschikbaar op ChurchofJesusChrist.org . U kunt deze video gebruiken om de cursisten voorbeelden te laten zien van eenvoudige dingen die ze kunnen doen om hun doelen te bereiken.
3:31
Deel de hand-out ‘Vaardigheden en capaciteiten ontwikkelen’ uit. Voordat u de cursisten de tijd geeft om hier aan te werken, kunt u als klas een voorbeeld behandelen. Laat de cursisten een vaardigheid bedenken waarop ze zich kunnen concentreren. Laat ze dan brainstormen over manieren waarop ze de stappen kunnen zetten om die vaardigheid te ontwikkelen.
Als de cursisten zelf aan het plan werken, kan het nuttig zijn ze te herinneren aan de vaardigheid die ze in de les ‘Je sterke kanten en capaciteiten ontdekken ’ wilden ontwikkelen.
Gebruik de volgende stappen om een plan op te stellen voor het ontwikkelen van vaardigheden en capaciteiten die je op toekomstige taken en werk voorbereiden:
Noteer een vaardigheid of capaciteit die je wilt ontwikkelen om je voor te bereiden op werk of een andere taak die je kunt hebben.
Hoe kun je met behulp van deze vaardigheid of capaciteit meer op onze hemelse Vader en Jezus Christus gaan lijken?
Stel een specifiek doel om deze vaardigheid of capaciteit te ontwikkelen. Noteer twee of drie stappen of acties die je gaat ondernemen om dat doel te bereiken.
Welke gewoonte of gewoonten ga je veranderen om je doel te bereiken? Begin klein. Noteer een of twee gewoonten die je dagelijks kunt veranderen of opbouwen. Het mag iets kleins zijn.
Hoe ga je Gods hulp inroepen bij je plan? Je kunt een Schrifttekst opzoeken die beschrijft hoe je dat kunt doen. Mogelijke voorbeelden: Spreuken 3:5–6 ; 2 Nephi 32:3 ; Ether 12:27 ; en Leer en Verbonden 4:7 .
Moedig de cursisten aan om onderdelen van hun plan met elkaar te bespreken, in koppels of in groepjes. Deel de cursisten op in groepjes van twee en geef ze de kans om feedback te geven. U kunt de volgende aanwijzingen laten zien om de feedback te bespreken die de cursisten kunnen geven:
Wat ik heel goed vind in je plan is …
Iets wat me heeft geholpen om mijn doelen te bereiken is …
Een ander idee dat je kunt proberen om te slagen, is …
Moedig de cursisten aan om aan de slag te gaan met de plannen die ze hebben gemaakt. Getuig van het vermogen en de bereidheid van de Heer om hen te helpen als zij hun vaardigheden en capaciteiten ontwikkelen en zich zo op de toekomst voorbereiden.
Ouderling Ronald A. Rasband van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:
Iedereen komt als unieke persoon op aarde. Bepaalde families hebben wel overeenkomstige eigenschappen, maar wij hebben allemaal onze eigen persoonlijkheid. Ouderling Bruce R. McConkie (1915–1985) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft geschreven: ‘Ieder mens is begiftigd met bepaalde talenten en vaardigheden die hij door zijn vooraardse leven heeft verdiend. Sommige mensen hebben door gehoorzaamheid aan de wet bepaalde talenten gekregen, andere mensen weer andere.’
De Heer heeft duidelijk gezegd dat het niet voldoende is eenvoudigweg terug te keren met de talenten die Hij ons heeft gegeven. We moeten onze talenten ontwikkelen en er meerdere aan toevoegen. Hij heeft beloofd dat wij, als we onze talenten vermenigvuldigen, eeuwige vreugde zullen ontvangen.
In hedendaagse openbaring heeft de Heer de beginselen in deze gelijkenis bevestigd: ‘Maar in sommigen heb Ik geen welbehagen, want […] zij verbergen het talent dat Ik hun gegeven heb, uit vrees voor de mensen. […] U zult uw tijd niet verbeuzelen, noch zult u uw talent verbergen, opdat het niet bekend zal zijn’ (Leer en Verbonden 60:2, 13 ). (Ronald A. Rasband, ‘Gelijkenissen van Jezus: De gelijkenis van de talenten ’, Liahona , augustus 2003, 34.)
Ouderling Lawrence E. Corbridge van de Zeventig heeft gezegd:
Voor degenen onder ons die zich tekort gedaan voelen als het om talenten en gaven gaat, is het bemoedigend om te weten dat deze oproep er niet is om anderen te verblinden met wie wij zijn of wat wij weten. Maar ons licht is het Licht van de wereld dat Zich in ons weerspiegelt als we er gewoon naar streven om te doen wat Hij deed. Dat is het. De Heer zegt dat we Hem moeten volgen, ons niet mogen schamen, maar bereid moeten zijn om ons te onderscheiden. Schaam je niet om zijn licht omhoog te houden. Wees niet bang om te schijnen. (Lawrence E. Corbridge, ‘Valiant in the Testimony of Jesus Christ ’, Ensign , september 2011, 36.)
Ouderling L. Tom Perry (1922–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:
We zijn gezegend met veel talenten en vaardigheden. Sommigen kunnen zingen, anderen schilderen, weer anderen zijn welsprekend, sommigen dansen, anderen kunnen mooie dingen maken met hun handen, weer anderen kunnen andere mensen helpen. Sommigen hebben misschien heel veel, anderen weinig talenten. Het komt niet aan op de grootte of de hoeveelheid, maar op de inspanning die we leveren om de talenten en vaardigheden te ontwikkelen die we hebben gekregen. Je wedijvert niet met een ander. Je wedijvert alleen met jezelf om het beste te halen uit wat je gekregen hebt. Er is grote behoefte aan elk ontwikkeld talent en het zal je veel bevrediging en voldoening geven. (Zie L. Tom Perry, ‘De jeugd met een edel geboorterecht ’, De Ster , januari 1999, 87.)
Als u de cursisten laat bespreken hoe zij of anderen met de hulp van de Heer vaardigheden hebben kunnen ontwikkelen, kunt u de volgende voorbeelden gebruiken:
‘Preparation of Heber J. Grant: Persistence and Tenacity ’ (1:59). Laat de cursisten voorbeelden van president Heber J. Grant opzoeken, die zijn zwakheden in sterke punten omzette.
2:3
‘De kracht van een eigen getuigenis ’, vanaf tijdcode 0:57 tot 3:03. Laat de cursisten letten op wat president Dieter F. Uchtdorf motiveerde om Engels te leren als voorbereiding op zijn carrière.
2:3
Leg uit dat een ‘talent’ in de tijd van de Heiland een gewichtseenheid of een grote som geld was. In de Schriften gebruikte de Heiland talenten om ons te leren hoe belangrijk het is om de gaven te gebruiken die God ons heeft gegeven (zie Mattheüs 25:14–30 ). Die gaven kunnen de kennis, gaven of vaardigheden omvatten die Hij ons heeft gegeven.
In onze bedeling verwees de Heiland naar talenten in zijn leringen aan een groep ouderlingen die geroepen waren om het evangelie te prediken. Laat de cursisten Leer en Verbonden 60:1–3, 13 doorlezen en de raad van de Heer opzoeken. Laat ze zich afvragen wat deze raad te maken heeft met de vaardigheden die de Heer ons heeft gegeven.
U kunt de volgende of soortgelijke vragen stellen om de cursisten over hun inzichten te laten vertellen:
Welk waardevolle gave had de Heer deze ouderlingen gegeven die ze niet gebruikten of met anderen deelden? (Maak de cursisten zo nodig duidelijk dat de Heer hun kennis van zijn evangelie had gegeven. De Heer was niet blij met de onwilligheid van de ouderlingen om hun mond open te doen en het evangelie te verkondigen.)
Wat moeten we volgens deze verzen doen met de gaven en zegeningen die God ons heeft gegeven?
De strekking van de antwoorden van de cursisten dient het volgende beginsel te omvatten: De Heer verwacht van ons dat wij de zegeningen gebruiken die Hij ons heeft gegeven.
Hoe zou dit beginsel op onze talenten en vaardigheden van toepassing kunnen zijn?
Wat voor onderscheid maakt de keuze om onze talenten en vaardigheden al dan niet te gebruiken in ons leven en dat van anderen?