‘Les 19 Voorbereidend studiemateriaal: De Heer bij de verlossing van de doden helpen’, Jezus Christus en zijn eeuwige evangelie – leerkrachtenmateriaal (2023)
‘Les 19 Voorbereidend studiemateriaal’, Jezus Christus en zijn eeuwige evangelie – leerkrachtenmateriaal
Les 19 Voorbereidend studiemateriaal
De Heer bij de verlossing van de doden helpen
Wat weet je over je voorouders? Of je nu veel of weinig over hen weet, het is belangrijk om te bedenken dat het echte mensen waren. Het zijn allemaal geliefde dochters en zonen van onze hemelse Vader. Bedenk hoeveel van je voorouders en anderen ooit op aarde hebben geleefd en zonder kennis over Jezus Christus zijn gestorven, of de kans niet hebben gehad om de verordeningen van het evangelie te ontvangen. Bedenk bij je studie hoe de bediening van de Heiland in de geestenwereld ertoe heeft bijgedragen dat alle mensen de zegeningen van het evangelie kunnen genieten. Bedenk hoe jij de Heiland kunt helpen om de doden te verlossen.
Sectie 1
Wat leert de bediening van Jezus Christus in de geestenwereld ons over Hem?
Ouderling Spencer J. Condie, destijds lid van de Zeventig, heeft gezegd:
Christelijke genootschappen erkennen de dood en de opstanding van Jezus als essentiële elementen van hun geloof. Maar wat de onsterfelijke geest van Jezus na zijn dood en voor zijn opstanding deed, is een raadsel voor iedereen, behalve voor de heiligen der laatste dagen. (‘Het bezoek van de Heiland aan de geestenwereld’, Liahona, juli 2003, 26.)
De geestenwereld is voor velen een raadsel omdat er in de Bijbel weinig over wordt gezegd. Tijdens zijn aardse bediening profeteerde Jezus Christus dat ‘de doden de stem van de Zoon van God zullen horen, en dat wie hem horen, zullen leven’ (Johannes 5:25, zie ook vers 24, 26–28). Aan het kruis zei Jezus tegen de berouwvolle dief naast Hem: ‘Voorwaar, zeg Ik u, heden zult u met Mij in het paradijs [of de geestenwereld] zijn.’ (Lukas 23:43; zie ook Trouw aan het geloof: evangeliewijzer, ‘Paradijs’, ChurchofJesusChrist.org.) Petrus zei later dat Jezus na zijn dood ‘heenging, [en] aan de geesten in de gevangenis gepredikt heeft’ (1 Petrus 3:19; 4:6).
In 1918 dacht president Joseph F. Smith over deze woorden van Petrus en de verzoening van de Heiland na, waarna hij een opmerkelijk visioen van de geestenwereld kreeg (zie Leer en Verbonden 138:1–11).
Tijdens zijn visioen vroeg president Joseph F. Smith zich af hoe de Heiland alle geesten van de doden in het evangelie kon onderwijzen, omdat Hij er maar zo kort was (zie Leer en Verbonden 138:25–28).
Sectie 2
Hoe kan ik de Heer bij de verlossing van de doden helpen?
Omdat ze oneindig liefdevol en barmhartig zijn, hebben onze hemelse Vader en Jezus Christus een weg bereid zodat alle mensen de noodzakelijke verordeningen voor de verhoging kunnen ontvangen – de doop, bevestiging, ordening tot het Melchizedeks priesterschap (voor mannen), de tempelbegiftiging en de huwelijksverzegeling. Als we het vanuit een eeuwig perspectief bekijken, zien we dat volgelingen van de Heiland aan beide zijden van de sluier met Hem samenwerken voor het heil van alle kinderen van onze hemelse Vader. Het heilswerk voor de doden is een heilige gelegenheid waaraan we nu en de rest van ons leven deel kunnen nemen. We kunnen onder andere bij dit werk helpen door plaatsvervangende verordeningen te verrichten. Dat kan alleen in tempels.
De Heer nodigt alle kerkleden bij monde van zijn profeten uit om hun eigen familiegeschiedenis op te stellen en familieleden te vinden die heilsverordeningen nodig hebben. President Russell M. Nelson heeft gezegd:
Als wij voor anderen doen wat zij niet voor zichzelf kunnen doen, volgen wij het voorbeeld van de Heiland, die de verzoening tot stand bracht om andere mensen tot zegen te zijn. (‘Uw voorbereiding op de tempelzegens’, Liahona, mei 2001, 39.)
Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft over het plaatsvervangende tempelwerk gezegd:
Ons werk voor de doden is een welsprekend getuigenis dat Jezus Christus de Verlosser van de hele mensheid is. Zijn genade en beloften bereiken zelfs hen die Hem in dit leven niet vinden. (‘De verlossing van de doden en het getuigenis van Jezus’, Liahona, november 2000, 13.)
Ouderling Dale G. Renlund van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft een aantal ‘wonderbaarlijke’ zegeningen genoemd die we kunnen ontvangen door familiegeschiedenis en tempelwerk te doen:
Meer begrip van de Heiland en zijn zoenoffer.
Meer invloed van de Heilige Geest, voor kracht en leiding in ons eigen leven.
Meer geloof, zodat onze bekering tot de Heiland blijvender wordt.
Beter en gemotiveerder kunnen leren en ons bekeren, door begrip van wie we zijn, waar we vandaan komen en een heldere visie van waar we heengaan.
Meer louterende, heiligende en temperende invloeden in ons hart.
Meer vreugde omdat we de liefde van de Heer beter kunnen voelen.
Meer zegeningen in ons gezin en onze familie, ongeacht onze huidige, eerdere of toekomstige situatie, of hoe onvolkomen onze stamboom ook is.
Meer liefde en waardering voor onze voorouders en levende familieleden, zodat we ons niet meer alleen voelen.
Beter kunnen onderscheiden waar genezing nodig is en met de hulp van de Heer anderen van dienst kunnen zijn.
Meer bescherming tegen verleidingen en de toenemende invloed van de tegenstander.
Meer hulp en bijstand om verontruste, gebroken of angstige harten te genezen, en de gewonde te helen.
Hebt u om een of meer van deze zegeningen gebeden? Neem dan deel aan familiegeschiedenis en tempelwerk. Als u dat doet, zullen uw gebeden verhoord worden. Wanneer verordeningen voor overledenen worden verricht, vindt genezing van Gods kinderen op aarde plaats. (‘Familiegeschiedenis en tempelwerk: verzegeling en genezing’, Liahona, mei 2018, 47.)