Handelingen 19:1–7
De gave van de Heilige Geest ontvangen
Een van de grootste gaven die onze hemelse Vader verbondsdiscipelen van Jezus Christus aanbiedt, is de gave van de Heilige Geest. Paulus was dan ook verbaasd toen hij discipelen in Efeze tegenkwam die zeiden dat ze gedoopt waren maar nog nooit van de Heilige Geest hadden gehoord. Het bleek dat ze wel gedoopt waren, maar niet in de naam van Jezus Christus. Na hun doop in ‘de Naam van de Heere Jezus’ legde Paulus hun de handen op en gaf hij ze ‘de gave van de Heilige Geest’ (Handelingen 19:5). In deze les leer je hoe je de zegeningen kunt ontvangen die onze hemelse Vader en Jezus Christus je door de gave van de Heilige Geest willen geven.
Joseph Smiths raad aan de kerk
Na de martelaarsdood van Joseph Smith had Brigham Young als volgende profeet van de kerk veel vragen en zorgen. Op een gegeven moment verscheen Joseph Smith in een droom aan Brigham Young en gaf hem de volgende raad: ‘Zeg tegen de mensen dat zij moeten .’ (Saints: The Story of the Church of Jesus Christ in the Latter Days, deel 2, No Unhallowed Hand, 1846–1893 [2020], 49.)
-
Welke raad zou Joseph Smith hebben gegeven om de leden van de kerk te helpen?
Joseph gaf Brigham Young de volgende raad: ‘Zeg tegen de mensen dat ze vooral de Geest van de Heer bij zich moeten houden en die volgen, want die zal hen op het goede pad leiden.’ (Saints, deel 2, 49.)
-
Joseph Smith had allerlei raad aan Brigham Young kunnen geven. Waarom zou hij juist de nadruk hebben gelegd op streven naar het gezelschap van de Heilige Geest?
Noteer in je dagboek redenen waarom Joseph Smiths boodschap aan de kerk nog steeds nodig is in onze tijd, en in jouw leven. Bedenk bij je studie van deze les hoe onze hemelse Vader en Jezus Christus je door de gave van de Heilige Geest tot zegen kunnen zijn.
De gave van de Heilige Geest
Paulus ging op zijn derde zendingsreis eerst naar Galatië en Frygië. Vervolgens reisde hij naar Efeze. (Zie Bijbelkaarten, nr. 13, ‘De zendingsreizen van de apostel Paulus’.) Daar ontmoette en onderwees hij discipelen die nog nooit van de Heilige Geest hadden gehoord. Deze mensen waren eerder gedoopt door iemand die niet het juiste gezag had. (Zie Joseph Smith, ‘Baptism’, Times and Seasons, 1 september 1842, 904, josephsmithpapers.org.)
Lees Handelingen 19:1–7 en ga na hoe Paulus deze discipelen hielp.
-
Waarom zou Paulus zijn onderwijs op Jezus Christus hebben gericht voordat hij de discipelen opnieuw doopte?
-
Hoe zou je aan deze mensen uitleggen hoe belangrijk het is om na de doop de gave van de Heilige Geest te ontvangen?
-
Welke leringen uit dit verhaal kun je bespreken met iemand die eerder al in een ander geloof is gedoopt?
Een van de leringen die we uit deze gebeurtenis kunnen trekken, is dat de doop, om volledig te zijn, gepaard moet gaan met het ontvangen van de Heilige Geest.
Neem een paar minuten de tijd om te bedenken waarom onze hemelse Vader en Jezus Christus willen dat je de Heilige Geest bij je hebt. Denk daarover na terwijl je de volgende Schriftteksten leest:
1. Beantwoord de volgende vragen in je studiedagboek:
-
Waarom zouden onze hemelse Vader en Jezus Christus willen dat de Heilige Geest je altijd vergezelt?
-
Op welke manieren heeft de Heilige Geest je geholpen? Waarom?
Om een beter beeld te krijgen van de noodzaak om je voor te bereiden leiding van de Heilige Geest te ontvangen, doe je de volgende activiteit of stel je je voor dat je die doet.
Zet drie lege bekertjes in een gootsteen of in een schaal die water kan bevatten. Bedek de bovenkant van een van de bekertjes helemaal met een stuk papier of een deksel. Doe een voorwerp (zoals een steen) in een ander bekertje, zodat het daardoor vrijwel helemaal gevuld wordt. Probeer vervolgens elk van de drie bekertjes met water te vullen.
-
Als de bekertjes ons voorstellen en het water de Heilige Geest, waarvoor staan dan het stuk papier (of het deksel) en de steen (of ander voorwerp) in iemands leven?
Lees deze twee citaten van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen over de Heilige Geest.
De Heilige Geest treedt niet zomaar in werking omdat er handen op ons hoofd worden gelegd en die vier belangrijke woorden [‘Ontvang de Heilige Geest’] worden uitgesproken.
(David A. Bednar, ‘Ontvang de Heilige Geest’, Liahona, november 2010, 95.)
Als iets wat wij denken, zien, horen of doen ons vervreemdt van de Heilige Geest dan moeten we ophouden met dat te denken, zien, horen of doen. Als er bijvoorbeeld iets is dat voor amusement moet doorgaan, maar dat ons vervreemdt van de Heilige Geest, dan is die vorm van amusement stellig niets voor ons. Daar de Geest zich niet inlaat met vulgaire, grove of onfatsoenlijke zaken kunnen wij ons daar absoluut niet mee inlaten.
(David A. Bednar, ‘Opdat wij zijn Geest altijd bij ons mogen hebben’, Liahona, mei 2006, 30.)
2. Beantwoord ten minste een van de volgende vragen in je studiedagboek:
-
Wat zouden jongeren in deze tijd vooral uit dit onderwijs moeten begrijpen? Waarom?
-
Hoe herken je dat de Heilige Geest bij je is? Wanneer heb je onlangs zijn invloed herkend?
-
Welke beslissingen heb je genomen waardoor de Heilige Geest vaker bij je is? Hoe heeft je hemelse Vader je door deze gave gezegend?
Stel een plan op om de invloed van de Heilige Geest intenser en vaker in je leven te ontvangen. Vraag je hemelse Vader om je met je plan te helpen en je zo te zegenen dat je zijn invloed door de Heilige Geest kunt herkennen terwijl je eraan werkt.
Facultatief: Wil je meer weten?
Waarom is het belangrijk om de invloed van de Heilige Geest in mijn leven te ontvangen?
President Russell M. Nelson heeft ieder van ons de volgende uitnodiging gegeven.
In de komende tijd kunnen wij geestelijk niet overleven zonder de leidende, troostende en voortdurende invloed van de Heilige Geest.
Mijn geliefde broeders en zusters, ik smeek u om uw geestelijk vermogen om openbaring te ontvangen te vergroten. Laat deze [dag] van doorslaggevende betekenis voor uw leven zijn. Besluit het geestelijk werk te verzetten dat nodig is om de gave van de Heilige Geest te genieten en de stem van de Geest vaker en duidelijker te horen.
(Russell M. Nelson,‘Openbaring voor de kerk, openbaring voor onszelf’, Liahona, mei 2018, 96.)
President Boyd K. Packer (1924–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft in de video ‘Vijandelijk gebied’ (3:38) over een belevenis uit zijn jeugd verteld waaruit blijkt hoe belangrijk het is om naar de Geest te luisteren. Deze video staat op ChurchofJesusChrist.org.
Vijandelijk gebied
President Boyd K. Packer vertelt dat hij tijdens de Tweede Wereldoorlog werd beschermd door naar een ingeving van de Geest te luisteren. Hij belooft de jongeren dat zij beschermd zullen worden als ze naar de ingevingen van de Heilige Geest luisteren
Hoe kan ik vaker het gezelschap van de Heilige Geest hebben?
President Henry B. Eyring van het Eerste Presidium heeft gezegd:
Om vele redenen hebben we het constante gezelschap van de Heilige Geest nodig. We verlangen er wel naar, maar weten uit ervaring dat we Hem gemakkelijk kunnen verliezen. We denken, zeggen en doen allemaal dingen in ons dagelijks leven die de Geest kunnen verdrijven. De Heer heeft gezegd dat de Heilige Geest onze constante metgezel zal zijn als ons hart vol naastenliefde is en als deugd onze gedachten onophoudelijk siert [zie Leer en Verbonden 121:45]. […]
De waardevolste inspiratie voor u is te weten wat God wil dat u doet. Als dat het betalen van tiende is, of bij een verdrietige vriend langsgaan, dan moet u dat doen. Doe het, wat het ook is. Als u hebt laten zien dat u bereid bent om te gehoorzamen, zal de Geest u meer indrukken geven van wat God u vraagt voor Hem te doen.
Als u blijft gehoorzamen, zullen de indrukken van de Geest zich vaker aandienen en zult u Hem steeds meer gaan voelen als uw constante metgezel.
(Henry B. Eyring, ‘De Heilige Geest als uw metgezel’, Liahona, november 2015, 105.)
In zijn toespraak ‘Ontvang de Heilige Geest’ (Liahona, november 2010, 95–97) vertelde ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen ook hoe we het gezelschap van de Heilige Geest kunnen uitnodigen.
Receive the Holy Ghost
These four words—“Receive the Holy Ghost"—are not a passive pronouncement; rather, they constitute a priesthood injunction—an authoritative admonition to act and not simply to be acted upon.