Hoofdstuk 3: Les 3

Het evangelie van Jezus Christus

Vragen waar sommige mensen mee zitten

• Wie is Jezus Christus? Hoe kan Hij mij en mijn gezin helpen?

• Wat betekent het om geloof in Jezus Christus te hebben? Hoe kan geloof in Hem mij tot zegen zijn?

• Wat houdt bekering in?

• Hoe kan ik Gods vrede en vergeving voelen als ik verkeerde keuzes heb gemaakt?

• Wat is het doel van de doop?

• Wat is de gave van de Heilige Geest?

• Wat houdt het in om tot het einde toe te volharden?

Door het evangelie van Jezus Christus kunnen we tot Christus komen. Het is zo eenvoudig dat zelfs een kind het kan begrijpen. Deze les gaat over het evangelie en de leer van Christus. Geloof in Jezus Christus, bekering, de doop, de gave van de Heilige Geest en volharden tot het einde komen aan bod. De les benadrukt ook dat het evangelie al Gods kinderen tot zegen is.

Het woord evangelie betekent letterlijk ‘goed nieuws’. Het evangelie van Jezus Christus is goed nieuws omdat het ons de leer – de eeuwige waarheid – biedt die we nodig hebben om tot Hem te komen en gered te worden (zie 1 Nephi 15:14). Het evangelie maakt ons duidelijk hoe we een goed, zinvol leven kunnen leiden. Het goede nieuws van het evangelie verschaft ons de manier waarop we vergeving van onze zonden kunnen ontvangen, geheiligd worden en in Gods tegenwoordigheid terugkeren.

Onderwijsinzicht: het evangelie van Christus en de leer van Christus

Het evangelie van Jezus Christus omvat alle leerstellingen, beginselen, wetten, geboden, verordeningen en verbonden die voor ons heil en onze verhoging nodig zijn.

De evangelieboodschap is dat we toegang tot de reddende, verlossende macht van Jezus Christus kunnen krijgen. Dat doen we door geloof in Hem te oefenen, ons te bekeren, ons te laten dopen, de gave van de Heilige Geest te ontvangen en tot het einde toe te volharden (zie Geloofsartikelen 1:4).

Dat wordt ook wel de leer van Christus genoemd. We komen tot Christus en worden verlost als we die leer naleven (zie 1 Nephi 15:14). Dat wordt op krachtige wijze in het Boek van Mormon uitgelegd (zie 2 Nephi 31; 32:1–6; 3 Nephi 11:31–40; 27:13–22). Het is jouw doel om mensen dichter tot Christus te brengen door hen zijn leer te helpen naleven.

Zie Gids bij de Schriften, ‘Evangelie’, ‘Leer van Christus’; Gospel Topics, ‘Gospel’.

Lessuggesties

Dit is een voorbeeld van een lesschema waarmee je je kunt voorbereiden. Er staan ook voorbeelden in van vragen en uitnodigingen die je kunt gebruiken.

Overweeg bij je lesvoorbereiding onder gebed de situatie en geestelijke behoeften van elke persoon. Stel vast wat het nuttigst is om te bespreken. Bereid je voor om termen uit te leggen die mensen misschien niet begrijpen. Stel een lesplan op aan de hand van de beschikbare tijd en denk eraan om de lessen kort te houden.

Kies Schriftteksten uit om bij de les te gebruiken. In de paragraaf ‘Leerstellig fundament’ van de les staan nuttige teksten.

Overweeg welke vragen je tijdens de les gaat stellen. Bedenk vooraf hoe je elke persoon kunt aanmoedigen om te handelen.

Benadruk Gods beloofde zegeningen en getuig van wat je onderwijst.

Wat je in 15 à 25 minuten kunt onderwijzen

Kies een of meer van de volgende beginselen om in te onderwijzen. Het leerstellig fundament voor elk beginsel volgt na dit schema.

De goddelijke zending van Jezus Christus

• God heeft zijn geliefde Zoon, Jezus Christus, naar de aarde gezonden om ons van zonde en de dood te verlossen.

• Dankzij het zoenoffer van Jezus kunnen wij van onze zonden gereinigd en geheiligd worden als we ons bekeren.

• Nadat Jezus was gekruisigd, stond Hij uit de dood op. Dankzij zijn opstanding zullen wij na onze dood allemaal opstaan. Dit houdt in dat de geest en het lichaam van elke persoon herenigd worden en dat wij eeuwig zullen leven in een vervolmaakt, herrezen lichaam.

Geloof in Jezus Christus

• Geloof is het eerste beginsel van het evangelie van Jezus Christus.

• Geloof in Jezus Christus omvat het vertrouwen dat Hij de Zoon van God en onze Heiland en Verlosser is.

• Geloof in Jezus Christus is een handelings- en machtsbeginsel.

• We vergroten ons geloof door te bidden, de Schriften te bestuderen en de geboden te onderhouden.

Bekering

• Geloof in Jezus Christus leidt tot bekering. Bekering is het proces waarbij we ons tot God wenden en van zonde afkeren. Wanneer we ons bekeren, veranderen onze daden, verlangens en gedachten zodat die meer in overeenstemming zijn met Gods wil.

• Als we ons oprecht bekeren, vergeeft God ons. Vergeving is mogelijk doordat Jezus Christus verzoening voor onze zonden heeft gebracht.

• Als we ons bekeren, ervaren we gemoedsrust en worden onze gevoelens van schuld en berouw weggenomen.

• Bekering is een levenslang proces. God verwelkomt ons elke keer dat we ons bekeren met open armen. Hij vindt ons nooit hopeloos.

De doop: ons eerste verbond met God

• Door de doop gaan we voor het eerst een verbondsrelatie met God aan.

• De doop bestaat uit twee onderdelen: de doop met water en met de Geest. Als we ons laten dopen en bevestigen, worden we van onze zonden gereinigd en krijgen we een nieuwe start.

• We worden gedoopt door onderdompeling, net als Jezus.

• Kinderen worden pas gedoopt als ze 8 jaar zijn. Kinderen die vóór die leeftijd overlijden, zijn door de verzoening van Jezus Christus verlost.

• We nemen elke week deel aan het avondmaal om Jezus’ offer te gedenken en onze verbonden met God te hernieuwen.

De gave van de Heilige Geest

• De Heilige Geest is het derde lid van de Godheid.

• Nadat we zijn gedoopt, ontvangen we de gave van de Heilige Geest door de verordening van de bevestiging.

• Als we de gave van de Heilige Geest ontvangen, kunnen we, indien we getrouw zijn, ons hele leven zijn gezelschap hebben.

• De Heilige Geest heiligt, leidt en troost ons, en helpt ons om de waarheid te leren kennen.

Tot het einde toe volharden

• Volharden tot het einde houdt in dat we elke dag geloof in Christus oefenen. We blijven onze verbonden met God nakomen, ons bekeren, naar het gezelschap van de Heilige Geest streven en aan het avondmaal deelnemen.

• Als we er getrouw naar streven Jezus Christus te volgen, belooft God ons het eeuwige leven.

Het evangelie van Jezus Christus is al Gods kinderen tot zegen

• Het evangelie naleven geeft ons meer vreugde, heeft invloed op ons handelen en verrijkt onze relaties.

• Onze kans op geluk, individueel en als gezin, is het grootst als we naar de leringen van Jezus Christus leven.

• Door het evangelie van Jezus Christus worden gezinnen op aarde gezegend en kunnen ze voor eeuwig verenigd worden en samen bij God wonen.

Vragen die je kunt stellen

Hieronder staan voorbeelden van vragen die je aan mensen kunt stellen. Deze vragen kunnen je helpen om zinvolle gesprekken te voeren en iemands behoeften en perspectief te begrijpen.

• Wat weet u over Jezus Christus?

• Wat betekent het voor u om in Jezus Christus te geloven?

• Welke veranderingen wilt u in uw leven aanbrengen?

• Hoe ziet u bekering?

• Hoe ziet u de doop? Wat kunt u nu doen om u op de doop voor te bereiden?

• Hoe zou de Heilige Geest u kunnen helpen op uw reis terug naar Gods tegenwoordigheid?

• Voor welke moeilijkheden staat u of uw gezin? Mogen we vertellen hoe het evangelie van Jezus Christus u daarbij kan helpen?

Uitnodigingen die je kunt geven

• Gaat u God in gebed vragen om erachter te komen of wat wij u verteld hebben waar is? (Zie ‘Onderwijsinzichten: Gebed’ in de laatste paragraaf van les 1.)

• Komt u aanstaande zondag naar de kerk om meer te weten te komen over wat wij hebben verteld?

• Gaat u het Boek van Mormon lezen en bidden om te weten te komen dat het het woord van God is? (Je kunt specifieke hoofdstukken of verzen voorstellen.)

• Gaat u het voorbeeld van Jezus volgen en u laten dopen? (Zie ‘De uitnodiging om zich te laten dopen en bevestigen’, vlak voor les 1.)

• Kunnen we een afspraak voor de volgende les maken?

Leerstellig fundament

Hieronder staan leringen en Schriftteksten die je kunt bestuderen om je kennis en getuigenis van het evangelie te vergroten en je te helpen met onderwijzen.

De goddelijke zending van Jezus Christus

Onze hemelse Vader heeft zijn geliefde Zoon, Jezus Christus, naar de aarde gezonden om het voor ons allemaal mogelijk te maken vreugde in dit leven en het eeuwige leven in de toekomende wereld te ontvangen. ‘En dit is het evangelie, de blijde tijdingen, […] dat [Jezus Christus] in de wereld is gekomen [om] de zonden van de wereld te dragen, en de wereld te heiligen en van alle ongerechtigheid te reinigen; dat door Hem allen behouden zouden worden’ (Leer en Verbonden 76:40–42).

Als stervelingen zondigen en sterven wij allemaal. Zonde en de dood staan tussen ons en het eeuwige leven met God in, tenzij we een Verlosser hebben (zie 2 Nephi 9). Voordat de wereld werd geschapen, koos onze hemelse Vader Jezus Christus uit om ons te verlossen. Als ultieme uiting van liefde kwam Jezus naar de aarde om deze goddelijke zending te vervullen. Hij heeft het voor ons mogelijk gemaakt om van onze zonden verlost te worden. Hij heeft er ook voor gezorgd dat wij na onze dood allemaal zullen opstaan.

Jezus leidde een zondeloos leven. Aan het einde van zijn aardse bediening nam Hij onze zonden op Zich door zijn lijden in Gethsémané en aan het kruis (zie 1 Nephi 11:33). Jezus’ lijden was zo zwaar dat het Hem ‘van pijn deed sidderen en uit iedere porie bloeden’ (Leer en Verbonden 19:18). Na zijn kruisiging stond Jezus op en overwon daarmee de dood. Al deze gebeurtenissen samen vormen de verzoening van Jezus Christus.

Onze zonden maken ons geestelijk onrein, en ‘niets wat onrein is, kan bij God wonen’ (1 Nephi 10:21). Daarnaast verbindt de wet van gerechtigheid gevolgen aan onze zonden.

Door Jezus’ zoenoffer kunnen wij gereinigd van onze zonden en geheiligd worden als wij ons bekeren. Dit offer zorgt er ook voor dat de eisen van de gerechtigheid bevredigd worden (zie Alma 42:15, 23–24). De Heiland heeft gezegd: ‘Ik […] heb deze dingen voor allen geleden, opdat zij niet behoeven te lijden als zij zich bekeren; maar als zij zich niet bekeren, moeten zij lijden zoals Ik’ (Leer en Verbonden 19:16–17). Zonder Jezus Christus zou zonde alle hoop op een toekomstig leven met onze hemelse Vader wegnemen.

Door Zichzelf voor ons op te offeren, heeft Jezus niet onze eigen verantwoordelijkheid weggenomen. We moeten in Hem geloven, ons bekeren en ernaar streven de geboden te onderhouden. Als wij ons bekeren, maakt Jezus voor ons bij zijn Vader aanspraak op zijn recht op barmhartigheid (zie Moroni 7:27–28). Door de bemiddeling van de Heiland vergeeft onze hemelse Vader ons en neemt Hij de lasten en de schuld van onze zonden weg (zie Mosiah 15:7–9). We worden dan geestelijk gereinigd en uiteindelijk in Gods tegenwoordigheid verwelkomd.

Als onderdeel van Jezus’ goddelijke zending heeft Hij ons ook van de dood gered. Omdat Hij is opgestaan, zullen wij na onze dood allemaal opstaan. Dit houdt in dat de geest en het lichaam van elke persoon herenigd worden en dat wij eeuwig zullen leven in een vervolmaakt, herrezen lichaam. Zonder Jezus Christus zou de dood alle hoop op een toekomstig leven met onze hemelse Vader wegnemen.

Schriftstudie

God heeft zijn Zoon gezonden

• Alma 11:40

• Johannes 3:16–17

Heil door Jezus Christus

• 2 Nephi 2:6–8; 9:21–24

• Alma 34:8–9, 14–16

• Moroni 7:27–28

• Leer en Verbonden 45:3–5

• 1 Korinthe 15:20–22

Meer over dit beginsel

• ‘De levende Christus’

• Gids bij de Schriften: ‘Jezus Christus’

• Gospel Topics: ‘Jesus Christ’

Geloof in Jezus Christus

Het eerste beginsel van het evangelie is geloof in de Heer Jezus Christus. Geloof is het fundament voor alle andere evangeliebeginselen.

Geloof in Jezus Christus omvat het vertrouwen dat Hij de eniggeboren Zoon van God is. We vertrouwen dan op Hem als onze Heiland en Verlosser – de enige manier om naar Gods tegenwoordigheid terug te keren (zie Handelingen 4:10–12; Mosiah 3:17; 4:6–8). Wij worden aangespoord tot ‘onwankelbaar geloof in Hem, [ons] geheel verlatend op de verdiensten van Hem die machtig is om te redden’ (2 Nephi 31:19).

Geloof in Jezus Christus omvat geloven dat Hij met zijn zoenoffer voor onze zonden heeft geleden. Dankzij zijn offer kunnen wij gereinigd en verlost worden als we ons bekeren. Deze reiniging helpt ons om gemoedsrust en hoop in ons aardse leven te vinden. Daardoor kunnen we na onze dood een volheid van vreugde ontvangen.

Geloof in Jezus Christus omvat erop vertrouwen dat we dankzij Hem na onze dood allemaal zullen opstaan. Dit geloof kan ons op momenten van verlies troosten en staande houden. Het verdriet over de dood kan worden verdreven door de belofte van de opstanding.

Geloof in Jezus Christus omvat geloven en erop vertrouwen dat Hij onze benauwingen en zwakheden op Zich heeft genomen (zie Jesaja 53:3–5). Hij weet uit ervaring hoe Hij ons bij onze moeilijkheden barmhartig kan ondersteunen (zie Alma 7:11–12; Leer en Verbonden 122:8). Als we geloof oefenen, helpt Hij ons door onze beproevingen heen.

Door ons geloof in Hem kan Jezus ons lichamelijk en geestelijk genezen. Hij is altijd bereid ons te helpen wanneer we deze aansporing van Hem in gedachte houden: ‘Vertrouw op Mij bij iedere gedachte; twijfel niet, vrees niet’ (Leer en Verbonden 6:36).

Een handelings- en machtsbeginsel

Geloof in Jezus Christus leidt tot actie. We geven uiting aan ons geloof door de geboden te onderhouden en elke dag het goede te doen. We bekeren ons van onze zonden. We zijn trouw aan Hem. We streven ernaar zoals Hij te worden.

Als we geloof oefenen, kunnen we Jezus’ macht in ons dagelijks leven ervaren. Hij zal onze oprechte inzet grootmaken. Hij zal ons helpen te groeien en verleiding te weerstaan.

Ons geloof versterken

De profeet Alma heeft gezegd dat geloof ontwikkelen kan beginnen met een eenvoudig ‘verlangen te geloven’ (Alma 32:27). Daarna vergroten en voeden we ons geloof in Jezus Christus door zijn woorden te bestuderen, zijn leringen toe te passen en zijn geboden te onderhouden. Alma heeft gezegd dat we geduldig en ijverig het woord van God in ons hart moeten verzorgen. Dan ‘zal [het] wortel schieten’ en als ‘een boom zijn die opspruit tot het eeuwige leven’ – waardoor ons geloof wordt versterkt (Alma 32:41; zie vers 26–43).

Schriftstudie

Geloof, macht en eeuwig heil

• 1 Nephi 7:12

• 2 Nephi 9:23; 25:23

• Moroni 7:33–34; 10:7

De leer van geloof

• Alma 32

• Efeze 2:8

Voorbeelden van geloof

• Ether 12

• Hebreeën 11

Werken en gehoorzaamheid

• 1 Nephi 3:7

• Leer en Verbonden 130:20–21

• Jakobus 2:17–26

Geloof tot bekering

• Alma 34

Meer over dit beginsel

• Gids bij de Schriften: ‘Jezus Christus’, ‘Verzoenen, verzoening’, ‘Geloof, geloven’

• Bible Dictionary: ‘Faith’

• Gospel Topics: ‘Jesus Christ’, ‘Atonement of Jesus Christ’, ‘Faith in Jesus Christ’

Bekering

Wat is bekering?

Bekering is het tweede beginsel van het evangelie. Geloof in Jezus Christus en onze liefde voor Hem zetten ons aan tot bekering (zie Helaman 14:13). Bekering is het proces waarbij we ons tot God wenden en van zonde afkeren. Wanneer we ons bekeren, veranderen onze daden, verlangens en gedachten zodat die meer in overeenstemming zijn met Gods wil. Vergeving van zonden is mogelijk dankzij Jezus Christus en zijn zoenoffer.

Bekering is veel meer dan met wilskracht bepaald gedrag veranderen of een zwakheid overwinnen. Bekering houdt in dat we ons oprecht tot Christus wenden. Hij geeft ons de kracht om een ‘machtige verandering’ in ons hart te ondergaan (Alma 5:12–14). Als we deze verandering van hart doormaken, worden we geestelijk wedergeboren (zie Mosiah 27:24–26).

Door bekering krijgen we een nieuwe kijk op God, onszelf en de wereld. We voelen dan opnieuw Gods liefde voor ons als zijn kinderen – en de liefde van onze Heiland voor ons. De mogelijkheid van bekering is een van de grootste zegeningen die God ons door zijn Zoon heeft gegeven.

Bekeringsproces

Als we ons bekeren, erkennen we onze zonden en voelen we berouw. We belijden onze zonden aan God en vragen Hem om vergeving. Ernstige zonden belijden we ook aan de bevoegde kerkleiders, die ons bij onze bekering zullen steunen. We doen ons uiterste best om goed te maken wat we hebben aangericht en de problemen die door ons handelen zijn ontstaan op te lossen. Oprechte bekering komt het best tot uitdrukking door rechtschapen gedrag op de lange termijn.

Bekering is gedurende ons hele leven een dagelijks proces. ‘Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God’ (Romeinen 3:23). We moeten ons voortdurend bekeren en daarbij bedenken: ‘Alle dingen kan ik aan door Christus, Die mij kracht geeft’ (Filippenzen 4:13). De Heer heeft gezegd: ‘Zo vaak als mijn volk zich bekeert, zal Ik hun hun overtredingen jegens Mij vergeven’ (Mosiah 26:30).

Zegeningen van bekering

Bekering is een positief beginsel dat tot vreugde en gemoedsrust leidt. Bekering voert ons ‘tot de macht van de Verlosser, tot redding van [onze] ziel’ (Helaman 5:11).

Als we ons bekeren, zullen onze schuldgevoelens en ons berouw met de tijd helen. We voelen de invloed van de Geest overvloediger. Ons verlangen om God te volgen wordt sterker.

‘Te veel mensen beschouwen bekering als een straf – iets wat we absoluut moeten vermijden. […] Maar dat gevoel komt van Satan. Hij probeert te voorkomen dat we op Jezus Christus vertrouwen die met open armen klaarstaat en ons maar al te graag wil genezen, vergeven, reinigen, sterken en heiligen.’ (Russell M. Nelson, ‘We kunnen meer doen om een beter mens te worden’, Liahona, mei 2019, 67.)

Schriftstudie

Bekering

• Alma 34:8–17; 36:6–21

• Leer en Verbonden 18:10–13; 58:42–43; 61:2

• 2 Korinthe 7:9–10

Verlossing en vergeving

• Helaman 5:10–11

Barmhartigheid voor wie zich bekeren

• Alma 12:32–34; 42:13, 21–24

Meer over dit beginsel

• Gids bij de Schriften: ‘Bekeren (zich), bekering’, ‘Verzoenen, verzoening’

• Bible Dictionary: ‘Repentance’

• Algemeen handboek, 32.1

• Gospel Topics: ‘Repentance’, ‘Atonement of Jesus Christ’

De doop: ons eerste verbond met God

Geloof in Jezus Christus en bekering bereiden ons voor op de verordeningen van de doop en bevestiging. De doop is de eerste heilsverordening van het evangelie van Jezus Christus. Wanneer we deze vreugdevolle, hoopvolle verordening ontvangen, sluiten we ons eerste verbond met God.

Een verordening is een gewijde handeling of ceremonie die met het gezag van het priesterschap wordt verricht. Sommige verordeningen, zoals de doop, zijn noodzakelijk voor ons eeuwig heil.

Door verordeningen sluiten we verbonden met God. Deze verbonden zijn heilige beloften tussen God en ons. Hij belooft ons te zegenen als we onze beloften aan Hem nakomen. We moeten het nakomen van onze beloften aan God hoge prioriteit geven.

God heeft ons verordeningen en verbonden gegeven om ons te helpen tot Hem te komen en het eeuwige leven te ontvangen. Als we priesterschapsverordeningen ontvangen en de bijbehorende verbonden naleven, kunnen we ‘de macht der goddelijkheid’ ervaren (Leer en Verbonden 84:20).

Het doopverbond

De Heiland heeft gezegd dat de doop een vereiste is om het koninkrijk van God te kunnen binnengaan (zie Johannes 3:5). De doop is ook nodig om lid van de Kerk van Jezus Christus te worden. Onze Heiland heeft ons het goede voorbeeld gegeven door Zich te laten dopen (zie Mattheüs 3:13–17).

Als we ons laten dopen en ons verbond nakomen, belooft God ons onze zonden te vergeven (zie Handelingen 22:16; 3 Nephi 12:1–2). Deze grote zegening is mogelijk gemaakt door het zoenoffer van Jezus Christus, die ‘ons heeft liefgehad en ons van onze zonden gewassen heeft in Zijn bloed’ (Openbaring 1:5). God belooft ook ons te zegenen met het gezelschap van de Heilige Geest, zodat we geheiligd, geleid en getroost kunnen worden.

Wat ons deel van het doopverbond betreft, betuigen we dat we gewillig zijn de naam van Jezus Christus op ons te nemen. We beloven ook om Hem altijd indachtig te zijn en zijn geboden te onderhouden. We beloven anderen lief te hebben en te dienen, ‘te treuren met hen die treuren; […] hen te vertroosten die vertroosting nodig hebben, en om te allen tijde en in alle dingen en op alle plaatsen […] als getuige van God op te treden’ (Mosiah 18:9; zie vers 8–10, 13). We tonen onze vastberadenheid om Jezus Christus tot het einde van ons leven te dienen (zie Leer en Verbonden 20:37; Mosiah 2:17).

De verbondsverplichtingen die we bij de doop aangaan, zijn een grote verantwoordelijkheid. Ze zijn ook inspirerend en vreugdevol. Ze scheppen een bijzondere band tussen onze hemelse Vader en ons, waardoor Hij ons voortdurend zijn liefde biedt.

Doop door onderdompeling

Jezus heeft gezegd dat we door onderdompeling gedoopt moeten worden om vergeving van onze zonden te ontvangen (zie Leer en Verbonden 20:72–74). De doop door onderdompeling is een zinnebeeld van de dood, begrafenis en opstanding van Jezus Christus (zie Romeinen 6:3–6).

De symboliek van de doop door onderdompeling is ook voor ons persoonlijk belangrijk. De doop staat voor de dood van ons oude leven, de begrafenis van dat leven en onze geestelijke wedergeboorte. Als we ons laten dopen, beginnen we aan het proces van de wedergeboorte en worden we geestelijke zonen en dochters van Christus (zie Mosiah 5:7–8; Romeinen 8:14–17).

Kinderen

Kinderen worden pas gedoopt wanneer ze de jaren van verantwoordelijkheid bereiken, namelijk 8 jaar (zie Leer en Verbonden 68:27). Kinderen die vóór die leeftijd overlijden, zijn door de verzoening van Jezus Christus verlost (zie Moroni 8:4–24; Leer en Verbonden 137:10). Kinderen moeten vóór hun doop in het evangelie onderwezen worden, zodat ze voorbereid zijn op deze belangrijke stap waarbij ze een verbond met God sluiten.

Het avondmaal

Onze hemelse Vader wil dat wij onze verbonden met Hem getrouw zijn. Daarom heeft Hij ons geboden vaak bijeen te komen om van het avondmaal te nemen. Het avondmaal is een priesterschapsverordening die Jezus vlak voor zijn verzoening bij zijn apostelen introduceerde.

Deelname aan het avondmaal is het voornaamste doel van de wekelijkse avondmaalsdienst. Brood en water worden gezegend en aan de aanwezigen rondgediend. Het brood staat symbool voor het lichaam van de Heiland, dat Hij voor ons heeft geofferd. Het water staat symbool voor zijn bloed, dat Hij voor ons heeft vergoten.

We nemen van deze zinnebeelden om het offer van de Heiland te gedenken en onze verbonden met God te hernieuwen. We ontvangen opnieuw de belofte dat de Geest bij ons zal zijn.

Vóór de doop

Voordat de mensen die je onderwijst zich laten dopen, moeten ze geloof in Christus hebben ontwikkeld, zich hebben bekeerd en voldoende veranderingen in hun levenswijze hebben aangebracht om te voldoen aan de eisen voor de doop in Leer en Verbonden 20:37. Ze moeten ook het voornemen hebben om de geboden te onderhouden en het evangelie van Jezus Christus na te leven. Als je een doopdatum hebt gepland, maar de betrokkene heeft extra voorbereidingstijd nodig, stel de doop dan uit tot hij of zij er klaar voor is. Zie hoofdstuk 12.

Vóór de doop moet elke persoon:

• alle zendelingenlessen volgen;

• kennismaken met de quorumpresident ouderlingen, de ZHV-presidente en de bisschop;

• verscheidene avondmaalsdiensten bijwonen.

Gezag om te dopen

Sommige mensen die al in een andere kerk gedoopt zijn, vragen zich misschien af waarom ze zich opnieuw moeten laten dopen. De doop en bevestiging moeten worden verricht door een priesterschapsdrager die is geordend om die verordeningen te mogen verrichten (zie Geloofsartikelen 1:5; Handelingen 19:1–6; Hebreeën 5:4).

Schriftstudie

Het voorbeeld van Christus

• 2 Nephi 31:4–18

• Mattheüs 3:13–17

Het doopverbond

• 2 Nephi 31:13

• Mosiah 18:8–10, 13

• Alma 7:15–16

• Leer en Verbonden 20:37

Vereisten voor de doop

• 2 Nephi 9:23

• Mosiah 18:8–10

• Alma 7:14–15

• 3 Nephi 11:23

• Moroni 6:1–3

• Leer en Verbonden 20:37

• Handelingen 2:37–39

Beloofde zegeningen van de doop

• Mosiah 4:11–12

• Moroni 8:25–26

Noodzaak van gezag

• Leer en Verbonden 22

• Mattheüs 28:19–20

• Hebreeën 5:4

Jezus heeft het avondmaal ingesteld

• 3 Nephi 18:1–18

• Lukas 22:15–20

De avondmaalsgebeden

• Moroni 4 en 5

• Leer en Verbonden 20:75–79

Aan het avondmaal deelnemen

• Leer en Verbonden 27:2

• 1 Korinthe 11:23–29

Meer over dit beginsel

• Gids bij de Schriften: ‘Doop, dopen’, ‘Avondmaal van de Heer’

• Gospel Topics: ‘Baptism’, ‘Sacrament’

De gave van de Heilige Geest

De gave van de Heilige Geest ontvangen

De doop bestaat uit twee onderdelen. Jezus heeft gezegd dat we ‘uit water en Geest’ geboren moeten worden om het koninkrijk van God binnen te gaan (Johannes 3:5; cursivering toegevoegd). Joseph Smith heeft gezegd: ‘De doop in water is slechts een halve doop, en stelt niets voor zonder de andere helft – namelijk de doop met de Heilige Geest.’ (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], 103.)

De doop in water moet door de doop met de Geest gevolgd worden, anders is de doop niet volledig. Als we op beide manieren gedoopt worden, worden we van onze zonden gereinigd en geestelijk wedergeboren. We beginnen dan aan een nieuw geestelijk leven als discipel van Christus.

We worden gedoopt met de Geest in een verordening die we de bevestiging noemen. Deze verordening wordt verricht door een of meer priesterschapsdragers die hun handen op ons hoofd leggen. Eerst bevestigen ze ons als lid van de kerk en dan verlenen ze ons de gave van de Heilige Geest. Naar deze verordening wordt ook verwezen in het Nieuwe Testament en het Boek van Mormon (zie Handelingen 8:14–17; 3 Nephi 18:36–37).

De Heilige Geest is het derde lid van de Godheid. Hij werkt in harmonie samen met onze hemelse Vader en Jezus Christus. Als we de gave van de Heilige Geest ontvangen, kunnen we, indien we getrouw zijn, ons hele leven zijn gezelschap hebben.

Hoe de Heilige Geest ons tot zegen is

De gave van de Heilige Geest is een van de grootste gaven van onze hemelse Vader. De Heilige Geest reinigt en heiligt ons. Hij maakt ons dus heiliger, completer en meer zoals God (zie 3 Nephi 27:20). Hij helpt ons te veranderen en geestelijk te groeien als we ernaar streven Gods leringen na te leven.

De Heilige Geest helpt ons de waarheid te leren kennen en herkennen (zie Moroni 10:5). Hij bevestigt ook de waarheid in ons hart en ons verstand. Daarnaast helpt de Heilige Geest ons in de waarheid te onderwijzen (zie Leer en Verbonden 42:14). Wanneer we door de macht van de Heilige Geest over de waarheid leren en erin onderwijzen, voert Hij die tot ons hart (zie 2 Nephi 33:1).

Als we nederig naar leiding van de Heilige Geest streven, zal Hij ons de weg wijzen (zie 2 Nephi 32:5). Hij geeft ons onder andere in hoe we anderen kunnen dienen.

De Heilige Geest geeft ons geestelijk kracht om zwakheden te overwinnen. Hij helpt ons verleiding te weerstaan. Hij kan ons voor geestelijk of lichamelijk gevaar waarschuwen.

De Heilige Geest helpt ons door onze moeilijkheden heen. In tijden van beproeving en verdriet biedt Hij ons troost en hoop (zie Moroni 8:26). Door de Heilige Geest kunnen we Gods liefde voor ons voelen.

Leiding van de Heilige Geest

De mensen die je onderwijst, hebben wellicht de invloed van de Heilige Geest gevoeld tijdens jullie afspraken en door hun eigen studie en gebed. Leg uit dat ze deze goede gevoelens kunnen blijven ervaren door in het Boek van Mormon te lezen, te bidden, de avondmaalsdienst bij te wonen en de geboden te onderhouden.

Leg uit dat we door de doop en bevestiging de zegening van voortdurende leiding van de Heilige Geest kunnen ontvangen.

Leer ze zo nodig bidden. Zie ‘Bidden om door de Heilige Geest achter de waarheid te komen’ in les 1 en ‘Vaak bidden’ in les 4 voor ideeën om iemand te leren bidden.

Schriftstudie

Aard van de Heilige Geest

• Leer en Verbonden 8:2–3; 130:22–23

• Lukas 24:31–32

• Johannes 3:5–8

• Galaten 5:22–23

Zegeningen en invloed van de Heilige Geest

• 2 Nephi 32:1–5; 33:1–2

• 3 Nephi 27:13–22 (vers 20)

• Mozes 6:61

• Johannes 14:26

Belang van de gave van de Heilige Geest

• 2 Nephi 31:11–12, 18, 21

• 3 Nephi 18:36–37; 19:13; 27:19–20

• Leer en Verbonden 19:31; 20:38, 41; 33:15

• Handelingen 19:1–6

Meer over dit beginsel

• Gids bij de Schriften: ‘Heilige Geest’, ‘Gave van de Heilige Geest’

• Bible Dictionary: ‘Holy Ghost’

• Gospel Topics: ‘Holy Ghost’, ‘Spiritual Gifts’

Tot het einde toe volharden

Bij onze doop en bevestiging gaan we een verbond met God aan. We beloven onder andere zijn geboden te onderhouden en Hem de rest van ons leven te dienen (zie Mosiah 18:8–10, 13; Leer en Verbonden 20:37).

Nadat we door de doop en bevestiging het evangeliepad hebben betreden, doen we ons uiterste best om daarop te blijven. Wanneer we ook maar een beetje van het pad afwijken, oefenen we geloof in Christus en bekeren we ons. Door de zegening van bekering kunnen we naar het evangeliepad terugkeren en de zegeningen van onze verbonden met God behouden. Als we ons oprecht bekeren, wil God ons altijd vergeven en weer verwelkomen.

Volharden tot het einde houdt in dat we God tot het einde van ons leven trouw blijven – in goede en in moeilijke tijden, in voor- en tegenspoed. We laten ons nederig door Christus vormen, zodat wij meer zoals Hij worden. We zien op naar Christus met geloof, vertrouwen en hoop, wat we ook meemaken.

Volharden tot het einde betekent niet alleen dat we het tot onze dood uithouden. Het betekent dat we ons leven, onze gedachten en onze daden op Jezus Christus richten. Het betekent dat we elke dag geloof in Christus oefenen. We blijven ons bekeren, komen onze verbonden met God na en streven naar het gezelschap van de Heilige Geest.

Om te volharden tot het einde moeten we ‘standvastig in Christus voorwaarts streven, met volmaakt stralende hoop, en liefde voor God en voor alle mensen’. Onze hemelse Vader belooft ons ‘het eeuwige leven’ (2 Nephi 31:20) als we tot het einde toe volharden.

Schriftstudie

Tot het einde toe volharden

• 2 Nephi 31:14–20

• 3 Nephi 27:13–22

• Mattheüs 10:22

Zegeningen voor wie volharden

• 1 Nephi 13:37; 22:31

• 3 Nephi 15:9

• Leer en Verbonden 14:7

Meer over dit beginsel

• Gospel Topics: ‘Adversity’

• Gids bij de Schriften: ‘Volharden’, ‘Tegenspoed’

Het evangelie van Jezus Christus is al Gods kinderen tot zegen

Het evangelie van Jezus Christus is voor al Gods kinderen. In de Schriften staat dat allen voor God gelijk zijn, ongeacht onze achtergrond of situatie. Hij nodigt ‘allen uit om tot Hem te komen en deel te hebben aan zijn goedheid; en Hij verwerpt niemand die tot Hem komt’ (2 Nephi 26:33).

Het evangelie is ons tijdens ons leven hier op aarde en in de eeuwigheid tot zegen. De kans op geluk, individueel en als gezin, is het grootst als we naar de leringen van Jezus Christus leven. (Zie Mosiah 2:41; ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, ChurchofJesusChrist.org.) Het evangelie naleven geeft ons meer vreugde, heeft invloed op ons handelen en verrijkt onze relaties.

Het evangelie van Jezus Christus naleven kan ons ook beschermen tegen het maken van keuzes die ons lichamelijk of geestelijk kunnen schaden. Het biedt ons kracht en troost in tijden van beproeving en verdriet. Het is de weg naar een vreugdevol eeuwig leven.

Een van de mooiste boodschappen van het herstelde evangelie is dat we allemaal deel van Gods gezin uitmaken. Wij zijn zijn geliefde zonen en dochters. Het maakt niet uit hoe onze aardse gezinssituatie eruitziet. We horen allemaal bij het gezin van God.

Een andere geweldige boodschap is dat gezinnen voor eeuwig verenigd kunnen worden. Het gezin is door God ingesteld. Door het plan van geluk van onze hemelse Vader is het mogelijk dat familiebanden ook na de dood blijven bestaan. Door middel van heilige tempelverordeningen en -verbonden kunnen gezinnen eeuwig bij elkaar zijn.

Door het licht van het evangelie kunnen in het gezin misverstanden, onenigheden en problemen worden opgelost. Een gezin dat door onenigheid uiteen wordt gerukt, kan genezen door bekering, vergeving en geloof in de macht van de verzoening van Jezus Christus.

Dankzij het evangelie van Jezus Christus kunnen we een hechtere gezinsband ontwikkelen. Thuis is de beste plek om in de beginselen van het evangelie te onderwijzen en die te leren. Een gezin dat op de beginselen van het evangelie is gegrondvest, is een veilig toevluchtsoord. Hun woning is een plek waar de Geest van de Heer kan vertoeven.

Met tact over gezinnen spreken

Houd er bij het spreken over gezinnen rekening mee dat sommige mensen niet getrouwd zijn, geen kinderen kunnen krijgen, of gespannen relaties met familieleden hebben. Benadruk dat God van hen als lid van zijn gezin houdt. Laat ze inzien dat het evangelie een zegen voor hen persoonlijk is, ongeacht hun gezinssituatie. Als ze trouw zijn, zal God voor hen de weg bereiden zodat ze de zegeningen van een liefdevol gezin in dit leven of in het hiernamaals kunnen ontvangen.

Schriftstudie

• 2 Nephi 25:26

• 3 Nephi 18:21

• Leer en Verbonden 68:25

• Mozes 2:27–28; 5:1

• Abraham 2:11

• Efeze 3:14–15

• Genesis 12:3

Meer over dit beginsel

• Gids bij de Schriften: ‘Evangelie’

• ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’

• Algemeen handboek, hoofdstuk 2 en 16

• Gospel Topics: ‘Gospel’, ‘Family’

Schema voor korte en middellange lessen

Het volgende schema is een voorbeeld van wat je kunt onderwijzen als je maar weinig tijd hebt. Kies een of meer beginselen als je dit schema gebruikt. Het leerstellig fundament voor elk beginsel staat eerder in deze les.

Stel tijdens het lesgeven vragen en luister. Geef uitnodigingen waardoor mensen leren hoe ze dichter tot God kunnen komen. Een belangrijke vraag is om opnieuw met jullie af te spreken. De lengte van de les hangt af van de vragen die je stelt en wat je hoort.

Wat je in 3 à 10 minuten kunt onderwijzen

• God heeft zijn geliefde Zoon, Jezus Christus, naar de aarde gezonden om ons van zonde en de dood te verlossen.

• Geloof in Jezus Christus is een handelings- en machtsbeginsel. Door geloof kunnen wij de versterkende macht van de Heiland ervaren.

• Geloof in Jezus Christus leidt tot bekering. Bekering is het proces waarbij we ons tot God wenden en van zonde afkeren. Wanneer we ons bekeren, veranderen onze daden, verlangens en gedachten zodat die meer in overeenstemming zijn met Gods wil.

• Als we ons bekeren, vergeeft God ons. Vergeving is mogelijk doordat Jezus Christus verzoening voor onze zonden heeft gebracht.

• De doop bestaat uit twee onderdelen: de doop met water en met de Geest. Als we ons laten dopen en bevestigen, worden we van onze zonden gereinigd en krijgen we een nieuwe start.

• Nadat we zijn gedoopt in water, ontvangen we de gave van de Heilige Geest door de verordening van de bevestiging.

• Als we tot het einde van ons leven getrouw het evangeliepad volgen, belooft God ons het eeuwige leven.