Training leerplan
Training in toepassing of aanpassing van het seminarieleerplan


‘Training in toepassing of aanpassing van het seminarieleerplan’, Training seminarieleerplan (2025)

studerende vrouw

Training in toepassing of aanpassing van het seminarieleerplan

Er zijn veel doeltreffende manieren om ons op onderwijs in het evangelie van Jezus Christus voor te bereiden. Deze voorbereiding houdt altijd in dat u gebedsvol het woord van God bestudeert en u openstelt voor de leiding van de Heilige Geest. Zo weet u hoe u de jongeren het beste kunt helpen, zodat ze hun bekering tot Jezus Christus en zijn evangelie kunnen verdiepen.

Het seminarieleerplan is een hulpbron om uw les voor te bereiden en ware leer te onderwijzen. Probeer bij het gebruik van dit materiaal op de eerste plaats het leerplan toe te passen. Overweeg vervolgens of u ideeën in het leerplan naar aanleiding van de behoeften van uw cursisten en de leiding van de Heilige Geest dient aan te passen.

Overdenk de volgende raad van president Dallin H. Oaks van het Eerste Presidium over het gebruik van het leerplan bij het voorbereiden van de seminarielessen:

President Dallin H. Oaks

We passen eerst toe, en passen daarna aan. Als we de voorgeschreven les die we moeten geven grondig beheersen, kunnen we de Geest volgen om die les aan te passen. Maar deze flexibiliteit werkt de verleiding in de hand om eerst aan te passen in plaats van toe te passen. Het gaat om evenwicht. Het is een voortdurende uitdaging. Maar het ons eerst eigen maken en daarna pas aanpassen is een goede gewoonte om op veilig terrein te blijven. (‘A Panel Discussion with Elder Dallin H. Oaks’ [satellietuitzending Seminarie en instituut voor godsdienstonderwijs, 7 augustus 2012], broadcasts.ChurchofJesusChrist.org.)

  • Waarom denkt u dat het belangrijk is om eerst toe te passen wat er in het leerplan staat voordat u de les aanpast?

Het leerplan toepassen

Het doel van het Seminarie en instituut voor godsdienstonderwijs is ‘dat jongeren en jongvolwassenen hun bekering tot Jezus Christus en zijn herstelde evangelie verdiepen’. In het doel staat het volgende over het verdiepen van de bekering van de cursisten:

Wij stellen bij elke leerervaring Jezus Christus en zijn voorbeeld, eigenschappen en verlossende macht centraal. Wij onderwijzen cursisten in het herstelde evangelie van Jezus Christus zoals dat in de Schriften en in de woorden van de profeten vervat is. Wij helpen de cursisten om aan hun eigen leerproces bij te dragen. Wij streven ernaar de Heilige Geest bij elke leerervaring uit te nodigen om zijn rol te vervullen.

Het seminarieleerplan is zorgvuldig ontworpen om de cursisten deze leerervaring te bieden. In elke les staat Jezus Christus centraal (Christus als middelpunt), leren de cursisten het evangelie uit de Schriften en de woorden van de profeten (op de Schriften gebaseerd), en krijgen de cursisten de gelegenheid om aan hun eigen leerproces bij te dragen (op de cursist gericht). Door deze drie belangrijke elementen van het doel te combineren, nodigen we de Heilige Geest uit om zijn rol in de leerervaring te vervullen. In Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland staat: ‘De Geest is de enige echte leraar en de ware bron van bekering.’ De cursisten kunnen hun bekering tot de Heiland alleen verdiepen als de Geest aanwezig is.

Leerervaring onder leiding van de Geest (illustratie)

Dit schema illustreert een leerervaring met Christus als middelpunt, die op de Schriften gebaseerd en op de cursist gericht is, waarbij de Heilige Geest wordt uitgenodigd om zijn rol te vervullen. De gele lijnen geven aan in welke mate de Heilige Geest bij het leren wordt uitgenodigd. In het midden van dit schema leidt de Geest de leerervaring en verdiepen de cursisten hun bekering tot Jezus Christus en zijn herstelde evangelie. Door het seminarieleerplan toe te passen, vergroten we de kans dat cursisten in het seminarie een door de Geest gestuurde leerervaring hebben. Het seminarieleerplan is ook zorgvuldig herzien en gecoördineerd om u te helpen:

  • leerstellige juistheid te waarborgen;

  • de bedoeling van de geïnspireerde schrijver over te brengen;

  • evenwichtig de beginselen van christelijk onderwijs in Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland toe te passen;

  • de cursisten de kans te geven te vertellen en laten zien wat ze leren;

  • verschillende onderwijsmethoden te gebruiken.

Bij uw lesvoorbereiding moet u met veel belangrijke dingen rekening houden. Door het leerplan toe te passen, kunt u bepalen wat en hoe u onderwijst. Het kan u ook een stevig leerstellig fundament bieden.

U kunt het leerplan onder andere als volgt toepassen:

  • Lees aandachtig het lesdoel. Het lesdoel staat op de overzichtspagina en in de laatste zin van de inleiding van elke les. Al het lesmateriaal en alle activiteiten sluiten aan bij dit doel of leerresultaat.

  • Lees het lesmateriaal. Ga na hoe de Schriftteksten die de cursisten zullen lezen, de vetgedrukte waarheden, citaten en activiteiten aansluiten bij het doel van de les en de cursisten een leerervaring bieden met Christus als middelpunt, die op de Schriften gebaseerd en op de cursist gericht is. Besteed aandacht aan de leeractiviteit aan het eind van de les, waarin de cursisten kunnen laten zien dat het lesdoel behaald is.

  • U kunt de vragen beantwoorden en de activiteiten doen alsof u cursist bent. Zo kunt u door de Geest leren en opgebouwd en beter voorbereid aan de les beginnen. U kunt de cursisten dan een vergelijkbare ervaring bieden.

  • Probeer alle soorten lessen in het leerplan te begrijpen en te geven, zelfs als ze nieuw voor u zijn. (Er zijn onder andere lessen over de Schriften, lessen oefening kerkleerbeheersing, lessen ‘Test je kennis’ en lessen levensvoorbereiding.) Al deze leerervaringen dragen op unieke wijze bij tot diepere bekering van de cursisten tot Jezus Christus en zijn evangelie.

Toepassing van het leerplan kan vooral bij de lessen levensvoorbereiding van belang zijn. Deze lessen zijn gericht op verschillende belangrijke onderwerpen voor cursisten. Ze zijn met behulp van verschillende afdelingen van de kerk en andere deskundigen samengesteld. Sommige leerkrachten voelen zich misschien niet geschikt om bepaalde onderwerpen in de lessen levensvoorbereiding te onderwijzen, maar hebben wel veel kennis van andere onderwerpen. In beide gevallen is het verstandig om het leerplan toe te passen voordat u het aanpast. (Zie de onderstaande praktijkvoorbeelden van broeder Alvarez en zuster Sato.)

Praktijkvoorbeelden toepassing van het leerplan

Broeder Alvarez – een leerkracht die zich ongeschikt voelt om een bepaalde les levensvoorbereiding te geven

Broeder Alvarez is een bekeerling en is niet op zending geweest. Hij voelt zich daarom ongeschikt om over zendingsvoorbereiding te onderwijzen en overweegt om het onderdeel zendingsvoorbereiding van de lessen levensvoorbereiding over te slaan. Maar wanneer hij de lessen doorneemt, merkt hij dat ze zijn gericht op Christus als volmaakte voorbeeld van het evangelie delen, en dat ze niet van zijn eigen ervaringen afhangen. Ze bevatten leerzame Schriftteksten en interessante activiteiten om zijn cursisten op een zending voor de Heer voor te bereiden. Hij beseft dat de lessen in het leerplan zijn cursisten een geweldige ervaring kunnen bieden, ook al heeft hij zelf weinig ervaring met zendingsvoorbereiding.

Zuster Sato – een leerkracht die veel kennis van een bepaald onderwerp in de lessen levensvoorbereiding heeft

Zuster Sato bereidt een les levensvoorbereiding voor over het beheren van financiën. Ze is financieel planner van beroep en wil graag haar kennis en ervaringen met haar seminarieklas delen. Ze bestudeert gebedsvol het leerplan en ziet in dat het materiaal eenvoudig is en de nadruk op Jezus Christus en de Schriften legt. Ze beseft dat de les in het leerplan het geloof van haar cursisten kan versterken en ze fundamentele financiële beginselen kan bijbrengen waaraan ze in deze levensfase veel hebben. Zuster Sato besluit om geen vergevorderde financiële beginselen te behandelen, maar zich nauw aan de les in het leerplan te houden.

Het leerplan aanpassen

Als seminarieleerkracht hebt u het voorrecht om uw cursisten te helpen tot Jezus Christus te komen. Door regelmatige interactie met uw cursisten leert u ze goed kennen en liefhebben. Als u uw cursisten kent en liefhebt, neemt uw vermogen toe om inspiratie van de Heilige Geest te ontvangen. U weet dan wanneer en hoe u het leerplan kunt aanpassen. Bereid uw les aan de hand van het leerplan voor en begin met een gebed. Uw hemelse Vader zal u door de Heilige Geest inspireren met de eventuele aanpassingen aan de les die nodig zijn om beter bij de behoeften en capaciteiten van uw cursisten aan te sluiten.

U kunt een les onder andere om de volgende redenen aanpassen:

  • De cursisten met actuele kwesties en vragen helpen. (Zie het praktijkvoorbeeld van broeder Jones.)

  • Een deel van de les op basis van de behoeften, capaciteiten of cultuur van uw cursisten, of de beschikbare hulpbronnen, relevanter maken. (Zie de praktijkvoorbeelden van zuster Dube, broeder Reyes en zuster Rodriguez.)

  • Recente citaten, raad of hulpbronnen van kerkleiders gebruiken. (Zie het praktijkvoorbeeld van zuster Schmidt.)

  • Een betere manier vinden om een bepaald onderdeel van de les te geven. U kunt bijvoorbeeld het aanschouwelijk onderwijs aanpassen op een manier dat de cursisten hun verstand en hart nog steeds openstellen om te leren. U kunt ze ook een verhaal uit de Schriften laten naspelen in plaats van er een video over te bekijken. (Zie het praktijkvoorbeeld van broeder Li.)

Voordat u het leerplan aanpast, kunt u uzelf de volgende vragen stellen:

  • Biedt mijn aanpassing nog steeds een leerervaring met Christus als middelpunt, die op de Schriften gebaseerd en op de cursist gericht is?

  • Is mijn aanpassing in overeenstemming met de ingevingen van de Heilige Geest en de beginselen van christelijk onderwijs in Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland?

  • Weerspiegelt de aanpassing de bedoeling van de geïnspireerde schrijver?

  • Is de aanpassing op beginselen van bekering gericht?

  • Begrijp ik wat mijn aanpassing voor toekomstige lessen en toetsen kan betekenen?

Praktijkvoorbeelden aanpassing van het leerplan

Broeder Jones – een les aanpassen aan actuele en tijdgevoelige kwesties

Broeder Jones heeft zich op de vrijdag vóór het weekend van de algemene conferentie ijverig voorbereid om de maandag erna een les over de Schriften te geven. Tot zijn verbazing kondigt de profeet aan dat er in zijn omgeving een nieuwe tempel zal worden gebouwd. Hij weet dat de cursisten het in de les graag over de tempel willen hebben en er veel vragen over zullen hebben.

Broeder Jones voelt zich door de Heilige Geest geïnspireerd om het lesrooster aan te passen en op maandag in plaats van een les over de Schriften, een les tempelvoorbereiding uit de lessen levensvoorbereiding te geven.

Broeder Reyes – een activiteit aanpassen aan de capaciteiten van de cursisten

Tijdens het bestuderen van een les ziet broeder Reyes dat de les veel besprekingen bevat. Broeder Reyes heeft gemerkt dat zijn cursisten vaak erg stil zijn en het moeilijk vinden om dingen te bespreken. Ze vinden het echter erg leuk om in hun dagboek te schrijven. In plaats van een bespreking op gang te brengen, besluit hij twee vragen uit het leerplan op het bord te zetten en de cursisten hun antwoorden op te laten schrijven. Hij wil bereidwillige cursisten laten vertellen wat ze hebben opgeschreven.

Zuster Rodriguez – een les aanpassen aan de plaatselijke cultuur

Zuster Rodriguez bereidt zich voor op een les met Schriftteksten over Maria, de moeder van Jezus. In haar woonplaats heerst een cultuur rond Maria die verschillende opvattingen herbergt en heftige gevoelens losmaakt. Velen aanbidden Maria zelfs vanwege haar rol als de moeder van Jezus Christus. In de les uit het leerplan zoekt zuster Rodriguez naar een geschikt punt om de cursisten te leren wat de Schriften en kerkleiders over Maria zeggen. Ze besluit de les op dat punt aan te passen door de volgende twee vragen aan de vragen in het leerplan toe te voegen:

‘Wat kunnen we uit Alma 7:10 over Maria leren? Het is waar dat we Maria en andere trouwe discipelen in de Schriften eren en liefhebben, maar hoe maakt Alma 7:11–13 duidelijk waarom we alleen onze hemelse Vader en Jezus Christus aanbidden?’

Zuster Dube – een les aanpassen aan beschikbare hulpbronnen

Bij haar lesvoorbereiding ziet zuster Dube dat de cursisten wordt gevraagd om op FamilySearch.org naar hun voorouders te zoeken. Ze weet dat de meeste cursisten geen internettoegang hebben. Ze past de uitnodiging wijselijk aan en laat de cursisten op papier gezinslijsten invullen en met de consulent tempelwerk en familiegeschiedenis van hun wijk spreken. Die kan ze vertellen hoe ze andere familienamen kunnen zoeken.

Zuster Schmidt – een les aanpassen aan recentere uitspraken van kerkleiders

Bij de lesvoorbereiding neemt zuster Schmidt de les van de volgende dag door. Ze leest daarin een citaat van een kerkleider en moet denken aan een recenter citaat dat hetzelfde resultaat kan bereiken. Ze heeft die toespraak onlangs zelf nog bestudeerd, waardoor die nog vers in haar geheugen zit. Ze besluit het recentere citaat in haar les te gebruiken in plaats van het citaat in het leerplan.

Broeder Li – een leeractiviteit aanpassen om het doel beter te bereiken

Broeder Li bereidt een les uit het leerplan voor, waarin de suggestie wordt gedaan om een voetbal naar de les mee te nemen. Het doel van het aanschouwelijk onderwijs is om de cursisten te leren dat de waarde van een voetbal kan worden beïnvloed door meer te weten over de voorgeschiedenis ervan.

Daar hij dit doel op de best mogelijke manier voor zijn cursisten wil bereiken, overdenkt hij welk voorwerp hij mee naar de les kan nemen dat zijn cursisten het meest zal aanspreken. Hij besluit de les aan te passen en een eenvoudige halsketting mee naar de les te nemen. Als de cursisten hebben aangegeven hoeveel de ketting volgens hen waard is, vertelt hij wie de ketting heeft gemaakt en waarom kennis van haar voorgeschiedenis de ketting veel meer waard maakt.

Suggesties voor toepassing en aanpassing

Hoewel al het materiaal in het leerplan kan worden aangepast, geeft het volgende schema weer welke lesonderdelen zich meer of minder voor aanpassing lenen.

Het lesdoel, de context van een tekstblok of de vetgedrukte waarheid zijn misschien minder geschikt voor aanpassing dan het begin van de les of de voorbeelden van een vetgedrukte waarheid. Onderdelen aan de linkerkant kunnen beter worden toegepast, en die aan de rechterkant kunnen meer worden aangepast. Houd in gedachten dat dit suggesties zijn. Leerkrachten hoeven niet alles aan de rechterkant aan te passen, en hoeven ook niet alles aan de linkerkant toe te passen.

Hoe de leerkracht het leerplan kan aanpassen (illustratie)

Tot slot

Uw hemelse Vader zal u door de Heilige Geest leiden als u gebedsvol zijn woord bestudeert en lessen voorbereidt om zijn zoons en dochters tot zegen te zijn. Hij kan u laten inzien hoe u het leerplan kunt toepassen en wanneer u het moet aanpassen om uw cursisten te helpen.