Pioniers in elk land
Sam Beazley
Bouwzendeling in Nieuw-Zeeland
De auteurs wonen in Waikato (Nieuw-Zeeland) en Utah (VS).
Sam wist dat hij Gods werk deed.
Sam droeg een stapel planken naar de bouwplaats en legde ze daar neer. Er stonden enkel nog houten balken overeind. Maar uit die planken en balken zou al snel een gebouw verrijzen. Sam kon geen betere manier bedenken waaraan hij zijn zaterdag kon besteden dan aan het bouwen van een gloednieuwe kerk!
Sam vond het fijn om dingen te bouwen. Hoewel het soms best moeilijk voor hem was. Toen hij nog klein was, had hij beide handen bezeerd bij een ongeluk. Zelfs nu, nu Sam al bijna volwassen was, waren zijn vingers nog stijf. Soms was het moeilijk om dingen beet te pakken of gereedschap vast te houden.
Voorzichtig pakte Sam zijn hamer beet. Hij moest er meer moeite voor doen dan de andere werklieden, maar dat vond hij niet erg. Hij wilde gewoon helpen. Hij wist dat hij Gods werk deed. En als hij Gods werk deed, dan zou God hem zeker helpen!
Sam was druk aan het werk toen hij iemand hoorde aankomen. ‘Je doet prima werk’, zei de man.
Sam draaide zich om. Het was ouderling Biesinger! Hij was een kerkleider die de leiding had over de bouwprojecten in Nieuw-Zeeland.
‘Dank je wel’, zei Sam.
Ouderling Biesinger glimlachte. ‘Hoe zou je het vinden om bouwzendeling te worden? Op dit moment bouwen er zendelingen aan een kerkschool voor tieners. We kunnen meer mensen gebruiken en ik denk dat jij er geknipt voor bent.’
‘Heel graag zelfs’, zei Sam. Hij kon niet wachten om de Heer als zendeling te dienen!
Op maandagochtend was Sam al een officiële bouwzendeling. Hij ging beton storten in een fabriek waar zware bouwstenen werden gemaakt. En van die stenen werd de school gebouwd. Sommige werden zelfs gebruikt om de Hamiltontempel in Nieuw-Zeeland te bouwen!
Dag in, dag uit, jaar na jaar, werkte Sam hard. Hij deed altijd zijn best. Uiteindelijk werd Sam bevorderd tot chef van de steenfabriek. Hij gaf leiding aan de andere bouwzendelingen en zag erop toe dat ze goed werk leverden.
Sam had ook plezier! Hij en de andere zendelingen zongen samen liedjes. Soms gaven ze een muziekuitvoering om anderen zover te krijgen dat ze kwamen helpen. Of Sam nu bouwde, zong of mensen beter leerde kennen, God hielp hem zijn werk goed te doen.
Jaren later werd Sam op nog een zending geroepen. Maar deze was anders. Hij hoefde zijn handen niet te gebruiken om dingen te bouwen. In plaats daarvan zou hij ze gebruiken om mensen in de tempel te helpen – dezelfde tempel die hij had helpen bouwen!
Toen Sam in witte kleding in de tempel was, voelde hij zich vredig. Hij was dankbaar voor al het goede wat zijn handen met Gods hulp hadden gemaakt.