Troost vinden
‘Help mij alstublieft om me niet meer zo alleen te voelen.’
Molly probeerde haar tranen te bedwingen toen ze haar zus, Macy, gedag zei. ‘Ik hou van je!’ zei Molly. Ze gaf Macy een dikke knuffel.
‘Ik zie je over een paar maanden’, zei Macy. Macy ging van huis om aan de universiteit te studeren. Een van Molly’s broers woonde al in een studentenkamer. Haar andere broer was op zending. Molly zou ze allemaal heel erg missen!
Mama kneep in Molly’s hand. Ze keken toe hoe Macy wegreed. ‘We gaan haar missen’, zei mama. Ze pinkte een traantje weg.
Molly liep naar binnen. Ze ging naar Macy’s lege slaapkamer en deed de deur dicht. Ze ging op Macy’s bed zitten en begon te huilen.
Er klopte iemand op de deur. Mama en papa kwamen binnen. Ze hielden Molly stevig vast. Ze zaten allemaal samen op Macy’s bed tot Molly uitgehuild was.
‘Ik weet dat je Macy mist’, zei papa. ‘Zullen we samen bidden? Dan kunnen we onze hemelse Vader vragen om ons te helpen zodat we ons beter voelen. Wil jij bidden, Molly?’
‘Oké.’ Molly boog haar hoofd. ‘Hemelse Vader, we danken U voor ons gezin – voor Will, Parker, Macy, mij en mama en papa. We danken U dat we een eeuwig gezin zijn. Troost ons alstublieft. En help mij om me niet meer zo alleen te voelen.’
Molly miste haar praatjes met Macy voor het slapengaan. Maar ze wist dat haar hemelse Vader haar gebeden hoorde. Ze wist dat Hij haar zou helpen om zich beter te voelen.
De volgende ochtend was het thuis erg stil! Molly miste het plezier dat ze met Macy had terwijl ze zich klaarmaakten om naar school te gaan. Ze miste hun babbeltjes tijdens het ontbijt. Soms vertelde Macy haar wat ze in het seminarie leerde. Molly voelde zich altijd rustig als ze over het evangelie praatten.
Dat was het! Molly had een idee.
Ze maakte zich klaar om naar school te gaan. Toen ging ze naar mama.
‘Dag, meisje.’ Mama gaf haar een knuffel. ‘Klaar om naar school te gaan?’
‘Kunnen we samen een conferentietoespraak lezen voordat ik vertrek?’ vroeg Molly. ‘Ik denk dat ik me dan beter zal voelen.’
Mama glimlachte. ‘Dat is een fantastisch idee.’
Om de beurt lazen ze een alinea van een conferentietoespraak over troost. Molly vond het fijn om tijd met mama door te brengen. Het voelde goed om samen de toespraak te lezen.
Toen ze klaar waren, had Molly een brede glimlach op haar gezicht. ‘Dit moeten we vaker doen!’
Ze miste Macy, Will en Parker nog steeds. Maar ze voelde zich wat minder alleen. Haar gebed was verhoord! Ze kon tijd met mama en papa doorbrengen. En door de woorden van de profeten kon ze zich rustig voelen.