Onderwijs uit Voor de kracht van de jeugd
Nette taal
We kunnen met onze woorden van Christus getuigen, mensen troosten, vrienden complimenteren of onze liefde voor familieleden uitspreken. Maar we kunnen met onze woorden ook emotionele schade aanrichten, roddelen, vloeken en anderen kleineren. Als u uw kinderen aanleert om nette taal te gebruiken, heerst er bij u thuis een geest van vrede en bemoediging. In de uitgave van deze maand, op pp. 60–61, bespreekt Larry M. Gibson van het algemeen jongevrouwenpresidium hoe belangrijk het is om gepaste taal te gebruiken:
‘We denken aan wat we in ons hart voelen, en we spreken over datgene waar we aan denken. Daarom weerspiegelen onze woorden wat we in ons hart voelen en wie we werkelijk zijn. […]
‘Ieder van ons kan altijd met de aanwezigheid van de Geest worden gezegend, zoals dat bij deelname aan het avondmaal op de sabbatdag beloofd wordt. Het hangt van ons af — van hoe wij handelen, wat wij doen, en ja, zelfs van wat wij zeggen.’
Suggesties voor lesgeven aan jongeren
-
U kunt het gedeelte over taalgebruik lezen in Voor de kracht van de jeugd (pp. 20–21). Bespreek wat je kunt doen als anderen om je heen ongepaste taal uitslaan.
-
Lees het artikel van broeder Gibson op pp. 60–61. Stel naar aanleiding van dit artikel doelen om elkaar te helpen nette taal te gebruiken.
-
Bestudeer en bespreek de teksten die aan de rechterkant staan.
-
Lees ‘Ervoor kiezen om niet te roddelen’ op p. 59 van deze uitgave en bespreek de gevaren van roddel. Bespreek waarom mensen roddelen en hoe we het kunnen vermijden.
-
Bekijk video’s en lees artikelen voor jongeren over de kracht van taalgebruik. Ga naar youth.lds.org en klik op de tab ‘For the Strength of Youth’ [Voor de kracht van de jeugd]. Klik op ‘Language’ [taalgebruik]. Aan de rechterkant staat een gedeelte dat ‘Related’ [gerelateerd] heet. Daar staan video’s, zoals ‘No Cussing Club’ [de niet-vloeken-club] en artikelen voor jongeren over anderen niet neerhalen.
Suggesties voor lesgeven aan kinderen
-
‘Onze woorden’ (Rosemary M. Wixom, Liahona, mei 2013, p. 81); ‘Die woorden’ (Liahona, december 2011, p. 60); of ‘Een zacht antwoord’ (Liahona, juni 2011, p. 70). Bespreek hoe we ons voelen als we aardige dingen tegen elkaar zeggen.
-
Bespreek wat je thuis niet mag zeggen. Stel doelen om vaker ‘alsjeblieft’ en ‘dankjewel’ te zeggen en complimenten te geven.
-
Vertel dat iedereen gelukkiger is als we aardige dingen tegen elkaar zeggen. Zing ‘Ik wil zo graag lief zijn’ (Kinderliedjes p. 83) of een ander liedje over vriendelijkheid.