Door studie en door geloof
Moge u de vreugde en vrede voelen die u krijgt, omdat u weet dat u met uw onderwijs iemand geraakt hebt en u een van de kinderen van onze hemelse Vader op de weg terug naar zijn tegenwoordigheid gesterkt hebt.
In een instructiebijeenkomst voor algemene autoriteiten heeft president Gordon B. Hinckley (1910–2008) het volgende over het onderwijzen in kerkleer gezegd: ‘We kunnen niet voorzichtig genoeg zijn. We moeten opletten dat we niet [van het pad] afdwalen. In onze inspanningen om origineel, vernieuwend en anders te zijn, onderwijzen wij misschien zaken die niet helemaal overeenstemmen met de basisleer van deze herstelde Kerk van Jezus Christus. […] We doen er goed aan om waakzamer te zijn. […] We moeten wachters op de toren zijn.’1
Nu het kerkelijk onderwijs zich in deze 21e eeuw uitbreidt, dienen onze leerkrachten te overwegen hoe ze zich anders op hun onderwijs moeten voorbereiden, hoe ze moeten onderwijzen en wat ze moeten onderwijzen als zij onwankelbaar geloof in onze dierbare jongeren willen aankweken.
De tijd ligt achter ons dat een cursist een oprechte vraag stelde en de leerkracht antwoordde: ‘Maak je daar maar geen zorgen over!’ De tijd ligt achter ons dat een cursist een oprechte zorg uitte en de leerkracht als antwoord daarop zijn of haar getuigenis gaf om de kwestie te ontwijken. De tijd ligt achter ons dat cursisten afgeschermd werden tegen mensen die de kerk aanvielen.
Gelukkig heeft de Heer leerkrachten deze tijdige en tijdloze raad gegeven: ‘En omdat niet allen geloof hebben, moet gij ijverig woorden van wijsheid zoeken en ze elkaar leren; ja, put woorden van wijsheid uit de beste boeken; zoek kennis, ja, door studie en ook door geloof’ (LV 88:118).
Dit is vandaag de dag bijzonder toepasselijk, want niet al onze cursisten hebben het noodzakelijke geloof om de komende moeilijkheden het hoofd te bieden. Bovendien zijn velen van hen door het internet al blootgesteld aan de ondermijnende krachten van een in toenemende mate geseculariseerde wereld die tegen geloof, gezin en evangelienormen gekant is. Het internet is inmiddels wereldwijd tot in vrijwel elk huis en in de handen en gedachten van vele cursisten doorgedrongen.
U kunt de cursisten helpen door ze te leren wat het inhoudt om studie en geloof in hun leerproces te combineren. Onderwijs ze door deze vaardigheid en aanpak in de klas te tonen.
President Harold B. Lee (1899–1973) heeft gezegd:
‘Wij herinneren u eraan dat kennis opdoen door geloof geen gemakkelijke leerweg is. Er zijn zware inspanningen voor nodig en een voortdurend streven door geloof. […]
‘Leren door geloof is geen taak voor een lui mens. Iemand heeft gezegd dat zo’n proces de overgave van de hele ziel vereist, de diepste gedachten en gevoelens blootlegt en met God verbindt — de juiste verbinding moet tot stand worden gebracht. Alleen dan komt “kennis door geloof” tot stand.’2
Kennis door geloof brengt een zuiver getuigenis voort en een zuiver getuigenis heeft de kracht om iemand te veranderen. De volgende drie korte verhalen tonen dat aan.
Drie verhalen
Phoebe Carter verliet in de jaren 1830 haar huis in Maine (VS) om zich bij de heiligen in Ohio (VS) aan te sluiten. Zij vertelde: ‘Mijn vriendinnen waren verbaasd over mijn besluit, net als ik, maar iets in mij zette me ertoe aan om te vertrekken. Toen ik van huis ging, was mijn moeders verdriet bijna ondraaglijk, en zonder de Geest die ik voelde, zou ik nog geaarzeld hebben.’3
Phoebe volgde de profeet Joseph Smith en sloot zich bij de heiligen in Ohio (VS) aan. Later trok ze naar Utah (VS), waar ze als trouwe heilige der laatste dagen is gestorven. Ze was de vrouw van kerkpresident Wilford Woodruff (1807–1898).
Toen Marion G. Romney (1897–1988) studeerde, had hij besloten dat hij niet op zending kon gaan vanwege de financiële situatie thuis. Op een gegeven moment hoorde hij echter ouderling Melvin J. Ballard (1873–1939) spreken. In een biografie staat vermeld: ‘[Marion] had er geen idee van hoezeer de loop van zijn leven, in dat korte ogenblik, volledig zou veranderen.’
Het verhaal gaat verder: ‘Voor het eerst begreep Marion volledig [hoe] het was om de invloed van inspiratie te ervaren. Een indringend, tintelend gevoel vulde zijn ziel. Hij […] was nog nooit zo geroerd geweest als op dat moment, terwijl hij luisterde naar de woorden van de nieuwste apostel. […]
‘De gloed op het gelaat van de apostel en de oprechtheid van [zijn] getuigenis vulden Marion met een onweerstaanbaar verlangen om op zending te gaan. […] Hij wist dat zijn plannen voor verder onderwijs uitgesteld moesten worden.’4
Kort daarna was Marion op weg naar Australië, waar hij zijn zending trouw vervulde. Later werd hij een geweldige apostel en lid van het Eerste Presidium.
Het laatste verhaal komt van president Boyd K. Packer (1924–2015), president van het Quorum der Twaalf Apostelen, over de invloed van een bejaarde leerkracht op William E. Berrett. De leerkracht, een bekeerling uit Noorwegen, beheerste de Engelse taal maar matig. Ondanks de beperkingen van de leerkracht, herinnerde president Packer zich dat broeder Berrett over deze leerkracht getuigde: ‘We konden onze handen aan het vuur van zijn geloof warmen.’5
William stond later aan het hoofd van de seminaries, instituten en scholen van de kerk.
Voor Phoebe, Marion en William werd het horen van een zuiver getuigenis de katalysator die hun leven voorgoed veranderde. Dat kan ook gelden voor wie u onderwijst. Maar gezien de stand van zaken in de huidige wereld is een zuiver getuigenis niet altijd voldoende. Phoebe, Marion en William waren zuiver en rein en hadden geen last van pornografie en wereldse zaken toen zij aan de voeten van geïnspireerde zendelingen, leerkrachten en leiders onderricht werden. De Geest drong makkelijk tot hun verzachte en reine hart door.
Dat is heden ten dage wel anders. Sommige cursisten van u zijn al lang en breed in aanraking met pornografie en wereldse zaken gekomen voordat ze bij u in de klas komen.
Het is nog maar een generatie geleden dat de informatie die onze jongeren over onze geschiedenis, leer en gebruiken ter beschikking stond, min of meer tot de publicaties van de kerk beperkt was. Er waren maar weinig cursisten die in aanraking kwamen met alternatieve zienswijzen. Onze jongeren leidden in het algemeen een afgeschermd leven.
Ons leerplan in die tijd, hoewel goed bedoeld, bereidde cursisten niet voor op de dag van vandaag — een dag waarin cursisten vrijwel direct toegang hebben tot alle mogelijke standpunten over de kerk. Wat zij in deze tijd op hun mobiele apparaten zien, kan hun geloof waarschijnlijk in even grote mate zowel ondermijnen als versterken. Velen van onze jongeren kennen Google beter dan het evangelie, verlaten zich meer op het internet dan op inspiratie en zijn meer met Facebook dan met geloofszaken bezig.
Kerkleerbeheersing
In het licht van deze uitdagingen heeft de onderwijsraad van de kerk onlangs het seminarie-initiatief kerkleerbeheersing goedgekeurd. Voortbouwend op wat er al met kerntekstenbeheersing is bereikt, spitst dit nieuwe initiatief zich toe op het aankweken en versterken van het geloof van de cursisten in Jezus Christus, zodat ze beter in staat zijn het evangelie na te leven en toe te passen. Met de Schriften en de woorden van de profeten als basis leren zij met geloof in Christus te handelen om zo geestelijke kennis en begrip van zijn evangelie te krijgen. Ook krijgen zij de kans om de leer van Christus en evangeliebeginselen toe te passen op de vragen en uitdagingen die zij elke dag onder hun leeftijdgenoten en op sociale media horen en zien.
Dit is een geïnspireerd initiatief dat op het juiste moment komt. Het zal grote invloed op onze jongeren hebben. Maar het succes van de kerkleerbeheersing, en alle andere lesprogramma’s in de kerkelijke onderwijsinstellingen, hangt voor een groot deel van onze leerkrachten af.
Wat zijn in het licht van deze uitdagingen de mogelijkheden en taken die evangelieleerkrachten in de 21e eeuw hebben? Natuurlijk moet u als leerkracht de Heer, zijn kerk en uw cursisten liefhebben. U moet ook vaak en oprecht een zuiver getuigenis geven. Bovendien is het nu meer dan ooit nodig dat uw cursisten de kans krijgen om door studie en door geloof met de leerstellige en historische inhoud en context vertrouwd te raken, vergezeld van uw zuivere getuigenis, zodat zij een gedegen en blijvende bekering tot het evangelie en een levenslange toewijding aan Jezus Christus kunnen ervaren. Een gedegen en blijvende bekering houdt in dat zij hun hele leven ‘in de boot blijven en zich vasthouden’.6
Als u de leerstellige en historische inhoud en context van de Schriften en de kerkgeschiedenis goed wilt begrijpen, dient u de ‘beste boeken’ te bestuderen, zoals de Heer heeft aangegeven (LV 88:118). De ‘beste boeken’ omvatten de Schriften, de leringen van de hedendaagse profeten en apostelen, en de beste mormoonse wetenschappelijke inzichten die beschikbaar zijn. Door uw ijverige inspanningen om door studie en door geloof te leren, kunt u uw cursisten de vaardigheden en houding laten ontwikkelen die nodig zijn om onderscheid te maken tussen betrouwbare informatie die opbouwend is en de halve waarheden en onjuiste interpretaties van de leer, geschiedenis en gebruiken die ondermijnend zijn.
Bespreek de moeilijkheden waar ze voor komen te staan als zij ervan uitgaan dat het internet hun vragen van eeuwigheidsbelang kan beantwoorden. Wijs ze erop dat Jakobus niet heeft gezegd: ‘Als iemand van u in wijsheid tekortschiet, laat hij die dan googelen!’ (Zie Jakobus 1:5.)
Verstandige mensen verlaten zich niet op het internet voor de diagnose en behandeling van emotionele, mentale en fysieke gezondheidsproblemen, vooral niet als die problemen levensbedreigend zijn. Zij vertrouwen hun gezondheid liever toe aan deskundige artsen en goed opgeleide specialisten. En zelfs dan vragen bedachtzame mensen naar de mening van een tweede deskundige.
Als het verstandig is om zo met emotionele, mentale en fysieke gezondheidsproblemen om te gaan, dan geldt dat dubbel en dwars als het eeuwig leven op het spel staat. Als de kans bestaat dat iets ons geestelijk leven, onze kostbare familiebanden en ons lidmaatschap in het koninkrijk bedreigt, hebben wij de hulp van bedachtzame en trouwe kerkleiders nodig. En zo nodig vragen wij mensen met een geschikte academische opleiding, ervaring en deskundigheid om hulp.
Dat is precies wat ik doe als ik met vragen zit waarop ik zelf geen antwoord heb. Ik leg de kwestie aan mijn broeders in het Quorum der Twaalf en aan anderen met kennis over de kerkgeschiedenis en -leer voor.
Evangelieleerkrachten dienen, buiten het ouderlijk gezin van de cursisten, een van de eersten te zijn die de weg wijzen naar gezaghebbende bronnen over onderwerpen die minder bekend of controversieel zijn, zodat uw cursisten wat zij later horen of zien, kunnen toetsen aan wat ze al geleerd hebben.
Geestelijke vaccinatie
Wij willen dat onze dierbare zendelingen gevaccineerd het zendingsveld ingaan, zodat zij tegen schadelijke ziekten beschermd zijn. Vaccineer als het ware uw cursisten ook voordat u ze de wereld instuurt, door ze een betrouwbare, weloverwogen en juiste interpretatie te geven van de evangelieleer, de Schriften, onze geschiedenis en de onderwerpen die soms verkeerd begrepen worden.
Enkele van die minder bekende of controversiële onderwerpen zijn: meervoudig huwelijk, zienerstenen, verschillende versies van het eerste visioen, het vertaalwerk aan het Boek van Mormon of het boek Abraham, genderkwesties, afstamming en het priesterschap, en een hemelse Moeder.
Onze jongeren vaccineren komt vaak op de schouders van CES-leerkrachten terecht. Maak met dit in gedachten eens tijd vrij om over uw mogelijkheden en taken na te denken.
Onze huidige kerkleiders beseffen heel goed dat informatie onbeperkt toegankelijk is. We spannen ons dan ook enorm in om de leringen van de herstelling in de juiste context te plaatsen en zo goed mogelijk uit te leggen. Een uitstekend voorbeeld daarvan zijn de elf verhandelingen in de sectie Gospel Topics op LDS.org7 die een evenwichtige en betrouwbare interpretatie geven van de feiten over controversiële en minder bekende kerkgerelateerde onderwerpen.
Het is belangrijk dat u de inhoud van deze verhandelingen kent. Als u er vragen over hebt, stel die dan aan iemand die ze bestudeerd heeft en begrijpt. Met andere woorden: ‘Zoek kennis, ja, door studie en ook door geloof’ (LV 88:118) bij het u eigen maken van de inhoud van deze verhandelingen.
U moet ook vertrouwd raken met de Joseph Smith Papers-website8 en de sectie Church History op LDS.org en andere informatiebronnen van getrouwe mormoonse wetenschappers.
De inspanning om het evangelie transparant te maken en voor geestelijke vaccinatie te zorgen door een weloverwogen studie van de leer en kerkgeschiedenis, gekoppeld aan een vurig getuigenis, zijn het beste tegengif dat we hebben waarmee onze cursisten de vragen, twijfels of geloofscrises kunnen mijden en pareren die in dit informatietijdperk op hen af kunnen komen.
Als u, leerkrachten, de moeite neemt om onze geschiedenis, leer en gebruiken beter te begrijpen, beter dan u nu doet, bent u klaar om weloverwogen, bedachtzaam en geïnspireerd antwoord op de vragen van uw cursisten te geven.
Eén manier om te weten welke vragen uw cursisten hebben, is aandachtig naar ze luisteren. Alle goede leerkrachten dienen goede luisteraars te zijn. Luister niet alleen naar uw cursisten, spoor ze ook aan om u in of buiten de klas vragen te stellen. Een van de belangrijkste vragen die een cursist kan stellen, is: ‘Waarom?’ Als ‘Waarom?’ met een oprecht verlangen naar begrip gesteld wordt, is het een geweldige vraag. Het is de vraag die zendelingen graag van hun onderzoekers horen. Waarom zijn we hier? Waarom overkomen goede mensen slechte dingen? Waarom moeten we bidden? Waarom moeten we Christus volgen? Het zijn vaak de waarom-vragen die tot inspiratie en openbaring leiden. Kennis van het heilsplan van onze hemelse Vader helpt bij het beantwoorden van de meeste waarom-vragen.
Nog een afsluitende opmerking over vragen beantwoorden. Hoewel het evangelie antwoord geeft op nagenoeg alle belangrijke levensvragen, is het van belang cursisten te leren dat sommige vragen gewoonweg niet beantwoord kunnen worden, omdat we niet voldoende informatie hebben om het juiste antwoord te geven. In Jakob staat: ‘Zie, groot en wonderlijk zijn de werken van de Heer. Hoe ondoorgrondelijk zijn de diepten van zijn verborgenheden; en het is de mens onmogelijk al zijn wegen te ontdekken. En niemand kent zijn wegen, tenzij die hem worden geopenbaard’ (Jakob 4:8; zie ook LV 101:32–34).
Een woord van waarschuwing
Ik wil ook een woord van waarschuwing laten horen. Het zou zomaar kunnen dat u begint te geloven, zoals velen van uw cursisten dat doen, dat u een expert in de Schriften, leer en geschiedenis bent. Een recent onderzoek heeft aangetoond dat ‘hoe meer mensen denken alles van een onderwerp af te weten, hoe meer zij de schijn wekken dat ze meer weten dan ze in werkelijkheid weten, zozeer zelfs dat ze voorwenden kennis en informatie […] te bezitten die nergens op [is] gebaseerd.’9
Men noemt dit overclaimen, en deze verleiding moet door onze evangelieleerkrachten gemeden worden. Het is volkomen in orde om te zeggen: ‘Ik weet het niet.’ Waarop ik direct laat volgen dat u natuurlijk wel de verantwoordelijkheid hebt om het beste antwoord op de doordachte vragen van uw cursisten uit te zoeken (zie LV 101:32–34).
Ik wil u waarschuwen dat u in uw lessen of in uw reactie op vragen van uw cursisten geen zogenaamde geloofsversterkende of onbevestigde geruchten of verouderde begrippen en verklaringen van onze leer en vroegere gebruiken doorgeeft. Het is altijd verstandig om de woorden van de levende profeten en apostelen te bestuderen. Blijf op de hoogte van actuele kerkelijke kwesties, beleidspunten en verklaringen via mormonnewsroom.org en LDS.org. Raadpleeg de werken van erkende, consciëntieuze, getrouwe mormoonse wetenschappers om er zeker van te zijn dat u niet in iets onderwijst dat onwaar, verouderd, vreemd of eigenaardig is.
De schrijvers van het onderzoek over overclaimen merkten op dat ‘de neiging tot overclaimen vooral de zelfverklaarde experts ervan weerhoudt om zich juist op die gebieden verder te scholen waarop zij zich als expert beschouwen.’10
Niet alleen dient u uw hele leven te blijven leren, maar u dient ook zo te leven dat de Heilige Geest op u in kan werken. Dat houdt onder meer in dat u dagelijks oprecht bidt, trouw vast, regelmatig de Schriften en de woorden van de levende profeten bestudeert en overdenkt, van de sabbat een verlustiging maakt, nederig aan het avondmaal deelneemt, de Heiland altijd indachtig bent, zo vaak mogelijk naar de tempel gaat en, tot slot, de behoeftigen, de armen en de eenzamen de helpende hand reikt — zowel dicht bij huis als wereldwijd.
Om u goed van uw mogelijkheden en taken te kwijten, moet u zelf doen wat u aan anderen leert!
Wees moedig door om raad en bijsturing te vragen aan wie u vertrouwt: uw huwelijkspartner, priesterschapsleider of toezichthouder. Vraag ze hoe u vooruitgang kunt maken in uw discipelschap. Mijd alles wat de Geest verjaagt.
Ik stel bovendien voor dat u af en toe een persoonlijk gesprek met uzelf houdt en 2 Nephi 26:29–32, Alma 5:14–30 en Leer en Verbonden 121:33–46 bestudeert. Zo onderkent u beter de verleidingsvormen waar we allemaal mee te maken kunnen krijgen. Als u iets in uw leven moet veranderen, doe dat dan.
Vermijd de verleiding om de motieven van uw collega’s in twijfel te trekken. Kijk in plaats daarvan diep in uw eigen hart en neem uw eigen verlangens en motieven onder de loep. Alleen dan kan de Heiland uw hart veranderen en uw verlangens en motieven op die van Hem afstemmen.
De opkomende generatie heeft er behoefte aan dat zij Gods heilsplan kennen, begrijpen, aanvaarden en naleven. Begrip van het plan geeft ze het goddelijke inzicht waardoor ze zichzelf als zoon of dochter van God zien en een lens biedt waarmee ze vrijwel elke leerstelling, elk gebruik en elk beleidspunt van de kerk kunnen begrijpen.
Evangelieleerkrachten in deze tijd dienen de mogelijkheid en taak te aanvaarden om de jongeren van de 21e eeuw de juiste beginselen van het plan te leren, waaronder de goddelijke leerstelling van het huwelijk en de rol van het gezin zoals die in de proclamatie over het gezin zijn omschreven.11
De leer van het eeuwig huwelijk
De leerstelling van het eeuwig huwelijk en het gezin is een cruciaal onderdeel van Gods plan van geluk. Ons eigen in de tempel verzegelde gezin maakt deel van het eeuwige gezin van onze hemelse Vader in het celestiale koninkrijk uit. Daar deze leer rechtstreeks verband houdt met zijn eigen gezin en zijn eigen geestkinderen, staat er in Genesis: ‘mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen’ en dat Hij vader Adam en moeder Eva beval: ‘word talrijk, vervul de aarde’ (zie Genesis 1:27–28).
Er wordt weleens gezegd dat het plan van geluk bij het gezin begint en eindigt. Inderdaad, het gezin is begonnen in het voorsterfelijk bestaan, waar wij deel van het gezin van onze hemelse Ouders uitmaakten. En uiteindelijk zullen gezinsverplichtingen en liefdevolle gezinsbanden niet alleen blijven bestaan, maar zelfs toenemen dankzij het heilige voortplantingsproces (zie LV 131:1–4; 132:19).
De spil die alles verbindt, waar Gods plan en onze eeuwige bestemming op steunen en waarom al het andere draait, is onze Heiland, Jezus Christus. Zijn zoenoffer maakt alles mogelijk, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, een liefdevol, zorgzaam en eeuwig huwelijk en gezin.
De Heer leert ons dat geen enkele alleenstaande persoon, ongeacht zijn of haar rechtschapenheid, alles kan ontvangen wat onze hemelse Vader voor zijn kinderen heeft. Een alleenstaande persoon is de helft van het verhaal, niet bij machte om in de hoogste graad van het celestiale koninkrijk te verblijven (zie 1 Korinthe 11:11; LV 131:1–4).
Uw cursisten dienen te begrijpen dat het doel van het sterfelijk leven is om meer zoals God te worden door een lichaam te krijgen, keuzevrijheid uit te oefenen en rollen aan te nemen die voorheen alleen aan hemelse Ouders toebehoorden — de rollen van echtgenoot, echtgenote en ouder.
De profeten laten er geen twijfel over bestaan dat allen die het waardig zijn en die zich op Jezus Christus verlaten maar die niet aan een partner verzegeld zijn of geen kinderen konden krijgen, deze mogelijkheden in de toekomende wereld zullen hebben.
Leer onze jongeren dat er voor allen binnen de kerk van de Heer ruimte is om samen te aanbidden, dienen en groeien als broeders en zusters in het evangelie. Herinner ze aan wat Lehi onderwees, dat het doel van God en de hoop voor al zijn kinderen als volgt kunnen worden samengevat: ‘Adam viel, opdat de mensen zouden zijn; en de mensen zijn, opdat zij vreugde zullen hebben’ (2 Nephi 2:25).
Onze hemelse Vader wil dat wij zijn definitie van het huwelijk aanvaarden en zijn eerste gebod gehoorzamen: ‘word talrijk, vervul de aarde’ (Genesis 1:28) — niet alleen om zijn plan te vervullen, maar ook om de vreugde te ervaren die zijn plan voor zijn zoons en dochters mogelijk maakt.
Help onze jongeren een duidelijk begrip te verkrijgen van Gods plan van geluk. Daaruit komt echte vreugde voor zijn kinderen voort. Zorg ervoor dat ze het kennen, het aanvaarden, het vervullen en er pal voor staan. Met mijn veertig jaar ervaring als algemeen autoriteit ben ik bezorgd over het grote aantal kerkleden, jong en oud, dat gewoonweg het plan voor hun eeuwige en goddelijke bestemming niet begrijpt.
Mijn medeleerkrachten, wij dienen dus reikhalzend uit te kijken naar deze mogelijkheden om, in leerstellig en geestelijk opzicht, uit te leggen waarom wij geloven dat kennis van Gods grote plan van geluk de meeste aan ons gestelde waarom-vragen kan beantwoorden. Het uiten van ons geloof in een voorsterfelijk bestaan waar wij als geestkinderen van een hemelse Vader en een hemelse Moeder leefden, biedt ons de mogelijkheid om uit te leggen waarom deze aarde geschapen werd. Een essentieel doel van dit sterfelijk bestaan is dat wij dat gezinsleven zelf kunnen ervaren, maar deze keer ook als ouder in plaats van alleen als kind. Koester uw basiskennis van de leer en het doel van het plan van onze hemelse Vader voor ons eeuwige geluk. En blijf erin onderwijzen.
Tot besluit
Samenvattend en tot besluit zijn de punten die ik met u gedeeld heb als volgt:
-
Leer cursisten studie en geloof te combineren met een zuiver getuigenis.
-
Leer cursisten in de boot te blijven en vast te houden!
-
Leer cursisten hun mobiele apparaten te beheersen en zich te concentreren op een betere verbinding met de Heilige Geest dan met het internet.
-
Vaccineer cursisten met de waarheden van het heilsplan die in het evangelie van Jezus Christus te vinden zijn.
-
Bedenk dat ‘Waarom?’ een geweldige vraag kan zijn die tot begrip van het evangelie leidt.
-
Raak vertrouwd met de verhandelingen in de sectie Gospel Topics op LDS.org.
-
Overclaim niet en wees niet bang om ‘Ik weet het niet’ te zeggen.
-
Blijf uw leven lang leren.
-
Vraag om raad en bijsturing aan wie u vertrouwt.
-
Houd nu en dan een persoonlijk gesprek met uzelf om uw geestelijke paraatheid, uw ijver en uw doeltreffendheid te evalueren.
-
Leer dat het plan van geluk begint en eindigt met het gezin. Houd het heilsplan steeds in gedachten.
-
Leer dat huwelijk en gezin blijvende vreugde opleveren.
Bedenk dat leren door studie, door geloof en door een zuiver getuigenis oprechte en blijvende bekering teweegbrengt. Bovenal is groot geloof in de verzoening van de Heer Jezus Christus essentieel voor onze geestelijke kracht en groei.
Moge u de vreugde en vrede voelen die u krijgt, omdat u weet dat u met uw onderwijs iemand geraakt hebt en u een van de kinderen van onze hemelse Vader op de weg terug naar zijn tegenwoordigheid gesterkt hebt.