Hulp van de andere kant van de sluier
Toen ik met veel pijn in het ziekenhuis lag, voelde ik me alleen, totdat ik aan mijn dierbare voorouders dacht.
In 2017 was ik zwanger van ons eerste kind. Mijn man, Lucas, en ik waren enthousiast maar ook zenuwachtig over de geboorte van onze kleine Juan Lionel.
Begin februari 2018 begonnen ’s avonds laat mijn weeën. Ik was nog maar acht maanden zwanger, maar het zag ernaar uit dat de baby vroeg zou komen. We pakten snel mijn tas en gingen op weg naar het ziekenhuis. Ik voelde me nog niet klaar voor de bevalling, maar ik bad en zei tegen God dat ik me ondanks onze angst aan zijn wil zou overgeven.
Toen we in het ziekenhuis aankwamen, kreeg ik te horen dat mijn gynaecoloog op de hoogte was gesteld, maar dat hij pas later zou arriveren. Mijn man belde en sms’te onze ouders, broers en zussen. Maar niemand was wakker. Hij bleef de hele nacht bellen en sms’en, maar niemand reageerde. Daardoor voelde ik me heel erg alleen.
Toen de pijn van mijn weeën steeds erger werd, voelde ik me steeds eenzamer. Maar ineens gebeurde er iets prachtigs. Ik begon aan mijn voorouders te denken – vooral aan mijn grootmoeder aan mijn moeders kant, Rosa Mercado, en haar moeder, Javiera Balmaceda.
Toen ik aan hen dacht, besefte ik met heel mijn wezen dat ze op dat moment allebei bij me waren. Ik voelde hun aanwezigheid op zo’n sterke, warme manier dat ik niet volledig in woorden kan uitdrukken wat ik meemaakte. Ik zag ze niet, maar ik voelde dat ze dichtbij waren. Ze gaven me moed, steun en liefde als moeder en als onderdeel van mijn familie. Ik voelde dat zij dienende engelen in mijn tijd van nood waren.
Jaren eerder hadden mijn ouders, broers en zussen, mijn man en ik plaatsvervangend werk voor hen en andere voorouders verricht. Ik voel dat de moed die ik kreeg en het gevoel dat ik had omdat mijn voorouders nabij waren, een gave door de macht en het gezag van God waren.
Sindsdien heb ik op andere momenten de geest van mijn voorouders gevoeld. Zij hebben me als moeder en echtgenote en in andere belangrijke opzichten geholpen en geleid.
Ik getuig dat God ons op ons levenspad nooit in de steek laat. Als we zijn werk doen, krijgen we hulp van de andere kant van de sluier. Dan krijgen we liefde, kennis, kracht en gemoedsrust ‘die alle begrip te boven gaat’ (Filippenzen 4:7).