Leer en Verbonden 2021
8–14 maart. Leer en Verbonden 23–26: ‘De kerk versterken’


‘8–14 maart. Leer en Verbonden 23–26: “De kerk versterken”’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: Leer en Verbonden 2021 (2020)

‘8–14 maart. Leer en Verbonden 23–26’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: 2021

Afbeelding
Emma Smith

8–14 maart

Leer en Verbonden 23–26

‘De kerk versterken’

Bekijk bij uw voorbereiding de activiteiten onder de kopjes ‘Kleine kinderen’ en ‘Grote kinderen’.

Schrijf uw ingevingen op

Afbeelding
Meedoen (pictogram)

Meedoen stimuleren

Toon een afbeelding van Emma Smith. (Zie het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen.) Moedig de kinderen aan om te vertellen wat ze over haar weten. Misschien hebben ze de afgelopen week iets in Leer en Verbonden 25 over haar geleerd. U kunt hierbij ‘Hoofdstuk 13: Joseph en Emma’ (Verhalen uit de Leer en Verbonden, 51–55) gebruiken.

Afbeelding
Onderwijs (pictogram)

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Leer en Verbonden 23:6; 26:1

God wil dat ik elke dag bid en uit de Schriften leer.

De Heer gaf de vroegere leiders en vrienden van de kerk de raad om te bidden (zie Leer en Verbonden 23:6) en de Schriften te bestuderen (zie Leer en Verbonden 26:1). Hoe kunt u de kinderen helpen om van gebed en Schriftstudie een gewoonte te maken?

Mogelijke activiteiten

  • Lees Leer en Verbonden 23:6 voor vanaf ‘waarbij u overluid’. Zoek op hoe en waar we volgens de Heer moeten bidden. Laat ze een tekening maken waarop ze op een van die manieren of plekken bidden.

  • Leg zo nodig uit hoe de kinderen moeten bidden. Zing eventueel een liedje over het gebed, zoals ‘Ik bid in geloof’ (De Ster, maart 1991).

  • Lees de volgende woorden uit Leer en Verbonden 26:1 voor: ‘U [zult] uw tijd wijden aan het bestuderen van de Schriften’. Leg uit waarom u de Schriften bestudeert. Bedenk samen manieren waarop de kinderen iets uit de Schriften kunnen leren.

  • Zing met de klas ‘Lees, denk en bid’ (Kinderliedjes, p. 66) of een ander liedje over gebed en Schriftstudie. Zoek samen in het liedje naar beloofde zegeningen. Vertel over geestelijke ervaringen die u bij het bidden en het bestuderen van de Schriften hebt gehad.

Leer en Verbonden 25:11–12

Jezus houdt van ‘het gezang van het hart’.

De Heer heeft gezegd dat heilige muziek Hem ‘aangenaam is’. Maak de kinderen duidelijk dat zingen niet alleen leuk is om te doen, maar ook een manier om Hem te aanbidden.

Mogelijke activiteiten

  • Vraag elk kind naar zijn of haar favoriete lofzang of jeugdwerkliedje, en zing er een paar met de klas. Lees Leer en Verbonden 25:12 voor, en laat de kinderen zich voorstellen hoe onze hemelse Vader en Jezus Zich voelen als ze ons die liedjes horen zingen.

  • Zing samen een liedje over zingen, zoals ‘Zing nu je lied’ (Kinderliedjes, p. 124) of een liedje over Jezus Christus, zoals ‘Hij zond zijn Zoon’ (Kinderliedjes, p. 20–21). Moedig ze aan om die liedjes de komende week thuis te zingen.

    Afbeelding
    zingende kinderen

    Zingen is een manier om God te laten zien dat we van Hem houden.

Leer en Verbonden 25:13, 15

Ik kan mij voorbereiden om heilige verbonden te sluiten.

De kinderen in uw klas bereiden zich erop voor om bij hun doop hun eerste verbond met hun hemelse Vader te sluiten. Hoe kunt u ze duidelijk maken dat onze verbonden waardevol zijn?

Mogelijke activiteiten

  • Lees Leer en Verbonden 25:13 voor. Leg uit dat het woord ‘aankleven’ in dat vers betekent dat we ons stevig aan iets vast moeten houden. Geef ter illustratie iets stevigs door, zoals een steen (of zelfs een metalen staaf), en laat de kinderen zich zo goed mogelijk eraan vasthouden. Leg uit dat ‘verbonden aankleven’ betekent dat we ons stevig vasthouden aan de beloften die we onze hemelse Vader doen en ze niet loslaten. We houden onze beloften en geven nooit op.

  • Leer de kinderen aan de hand van de doe-pagina van deze week welke verbonden we met onze hemelse Vader sluiten. Lees Leer en Verbonden 25:15 en leg uit dat de ‘kroon van gerechtigheid’ verwijst naar de zegening om weer bij God, onze hemelse Koning, te wonen.

Afbeelding
Onderwijs (pictogram)

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Leer en Verbonden 23:3–7; 25:7

Jezus wil dat ik de mensen om mij heen versterk.

Toen de kerk pas was opgericht, waren er maar weinig leden. De Heer vroeg de heiligen om de kerk op te bouwen door het evangelie uit te dragen en elkaar te versterken. Wij kunnen nu hetzelfde doen.

Mogelijke activiteiten

  • Laat de kinderen tellen hoe vaak de woorden ‘aan te sporen’ en ‘aansporing’ voorkomen in Leer en Verbonden 23:3–7; 25:7. Formuleer samen een definitie van deze woorden. Hoe kunnen we anderen versterken door ze aan te sporen? Laat de kinderen een rollenspel spelen waarbij ze elkaar op een liefdevolle manier ‘aansporen’.

  • Hoe kunnen wij beter ons best doen om andere leden van de kerk te versterken? Geef een van de kinderen ter illustratie een opdracht waar veel helpende handen voor nodig zijn. Laat andere kinderen vervolgens helpen, en bespreek daarna hoeveel makkelijker de opdracht daardoor was geworden. Vertel over een situatie waarin u door de hulp van een kerklid bent gesterkt.

Leer en Verbonden 24:1, 8

De Heer kan mij ‘uit [mijn] bezoekingen [opheffen]’.

Joseph Smith moest veel beproevingen doorstaan, maar hij was ‘geduldig in benauwingen’ omdat de Heer had beloofd dat Hij altijd bij hem zou zijn.

Mogelijke activiteiten

  • Maak samen op het bord een lijst van de benauwingen of beproevingen waarmee Joseph Smith en andere leden in de begintijd van de kerk te maken kregen. (Zie ‘Hoofdstuk 11: Meer mensen worden lid van de kerk’, Verhalen uit de Leer en Verbonden, 46–47.) Laat de kinderen opzoeken wat de Heer in Leer en Verbonden 24:1, 8 tegen Joseph over zijn benauwingen zei. Hoe kunnen we de Heer om hulp vragen als we het moeilijk hebben?

  • Om de kinderen duidelijk te maken dat we ‘geduldig in [onze] benauwingen’ moeten zijn, kunt u het filmpje ‘Ga voort in geduld’ laten zien (ChurchofJesusChrist.org). Laat de kinderen denken aan iets wat ze dolgraag willen hebben maar waarop ze moeten wachten. Waarom verwacht de Heer soms van ons dat we geduldig zijn als we moeilijke tijden doormaken? Hoe laat Hij ons weten dat Hij ‘met [ons]’ is in onze benauwingen?

Leer en Verbonden 25:13

Ik kan de verbonden die ik heb gesloten ‘aankleven’.

Kort na Emma Smiths doop zei de Heer tegen haar: ‘Kleef de verbonden aan die u hebt gesloten.’ Bespreek in welke opzichten deze raad een zegen voor de kinderen in uw klas kan zijn.

Mogelijke activiteiten

  • Lees samen Leer en Verbonden 25:13, en vraag wat er in dit vers wordt bedoeld met ‘kleef de verbonden aan’ die we hebben gesloten. Geef ter illustratie voorwerpen door die stevig aan elkaar vast zitten, en laat de kinderen proberen ze los te maken. Waarom is ‘aankleven’ een goed woord om te beschrijven wat onze houding tegenover onze verbonden moet zijn?

  • Neem zo nodig met de kinderen door welke verbonden we bij onze doop sluiten (zie Mosiah 18:8–10; Leer en Verbonden 20:37). Wat betekent het om deze verbonden ‘aan te kleven’?

  • Neem samen door wat u over het leven van Emma Smith weet. (Zie ‘Hoofdstuk 13: Joseph en Emma’ [Verhalen uit de Leer en Verbonden, 51–55].) Geef elk kind een of twee verzen uit afdeling 25, en laat ze vertellen hoe de raad en de opdrachten van de Heer Emma zouden hebben geholpen om de verbonden die ze had gesloten ‘aan te kleven’. Hoe kunnen we haar voorbeeld volgen?

Afbeelding
Studie (pictogram)

Thuisstudie stimuleren

Moedig de kinderen aan om uit de besproken teksten een lievelingsvers te kiezen. Laat ze de Schriftverwijzing opschrijven en aan een gezinslid of vriendje geven.

Ons onderwijs verbeteren

Spoor de kinderen tot eerbied aan. Maak ze duidelijk dat aan onze hemelse Vader en Jezus Christus denken een belangrijk aspect van eerbied is. U kunt de kinderen tot eerbied aansporen door zachtjes een liedje te zingen of te neuriën, of door een afbeelding van Jezus te tonen.

Afdrukken