De verloren zoon, Liz Lemon Swindle

1–7 mei

Lukas 12–17; Johannes 11

‘Wees blij met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was’

Lees Lukas 12–17 en Johannes 11 met een gebed in uw hart. Overweeg hoe u de kinderen de beginselen in deze hoofdstukken kunt bijbrengen, en hoe u ze de liefde van onze hemelse Vader kunt laten voelen.

Meedoen stimuleren

Wijs de kinderen op enkele gelijkenissen en verhalen in Lukas 12–17 en Johannes 11. Vraag wat ze over deze verhalen weten.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Lukas 15

Onze hemelse Vader wil dat al zijn kinderen bij Hem terugkeren.

Denk aan de kinderen in uw klas, ook wie niet zo vaak komen. Hoe kunt u ze de liefde van onze hemelse Vader laten voelen? Hoe kunt u de andere kinderen motiveren om samen met u uit liefde contact met ze te houden?

Mogelijke activiteiten

• Geef één kind een munt, een ander kind een afbeelding van een schaap en nog een ander een afbeelding van de verloren zoon. (Zie ChurchofJesusChrist.org of de doe-pagina van deze week.) Vertel de drie gelijkenissen in Lukas 15 en laat de kinderen hun voorwerp omhooghouden wanneer u het noemt. U kunt de kinderen de gelijkenissen in hun eigen woorden laten navertellen.

• Laat de kinderen over een situatie vertellen waarin ze iets verloren hadden. Hoe hebben ze het teruggevonden? Leg uit dat mensen geestelijk verloren kunnen raken als ze onze hemelse Vader niet volgen. Getuig dat God wil dat mensen die verloren zijn geraakt tot Hem komen.En wij kunnen ze helpen.

• Laat de kinderen aan andere kinderen denken die het jeugdwerk niet bijwonen. Help ze om briefjes te schrijven of in te kleuren waarin ze die kinderen voor het jeugdwerk of een jeugdwerkactiviteit uitnodigen. Hoe kunnen we die kinderen de liefde van onze hemelse Vader laten voelen?

Lukas 17:11–19

Ik toon onze hemelse Vader dat ik van Hem houd als ik dankbaar ben voor mijn zegeningen.

Hoe kan het verhaal van de tien melaatsen de kinderen tot dankbaarheid aanzetten?

Mogelijke activiteiten

• Vertel het verhaal van de tien melaatsen die Jezus genas. Toon de afbeelding in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen. Laat de kinderen op hun vingers tot tien tellen. Laat ze vervolgens negen vingers intrekken, zodat alleen de ene melaatse overblijft die Jezus bedankte. Laat de kinderen bedenken wie ze voor een vriendelijke of behulpzame daad kunnen bedanken.

• Vraag ieder kind iets uit te beelden waarvoor het dankbaar is en laat de rest van de klas raden wat het is. Vraag de kinderen hoe we onze hemelse Vader kunnen tonen dat we dankbaar zijn voor onze zegeningen.

Johannes 11:1–46

Wij geloven dat Jezus de Zoon van God is.

Martha, een zus van Lazarus, zei tegen Jezus: ‘Ik geloof dat U de Christus bent, de Zoon van God, Die in de wereld komen zou’ (Johannes 11:27). Het verhaal van Maria, Martha en Lazarus kan de kinderen in hun getuigenis van Jezus Christus sterken.

Mogelijke activiteiten

• Vat het verhaal samen waarin Jezus Lazarus uit de dood opwekt. (Zie ook ‘Hoofdstuk 43: Jezus brengt Lazarus weer tot leven’, in Verhalen uit het Nieuwe Testament, 107–109, of de bijbehorende video op ChurchofJesusChrist.org.) Toon de kinderen een dode tak en een levende plant. Vraag welke dood en welke levend is. Getuig dat de doden dankzij de macht van Jezus Christus zullen opstaan en voor eeuwig zullen leven.

• Help de kinderen de woorden van Jezus aan Martha uit het hoofd te leren: ‘Ik ben de Opstanding en het Leven’ (Johannes 11:25). Leg uit dat we onze overleden dierbaren dankzij de opstanding van de Heiland zullen weerzien.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Lukas 15

Ik kan Jezus zijn verloren schapen helpen vinden.

We kennen allemaal wel iemand die in sommige opzichten op het verloren schaap, de verloren penning of de verloren zoon lijkt. Bedenk hoe u de kinderen kunt inspireren om deze mensen met liefde te benaderen.

Mogelijke activiteiten

• Help de kinderen de gelijkenis van het verloren schaap of de gelijkenis van de verloren penning te lezen (Lukas 15:1–10). Laat ze vertellen wat ze geleerd hebben.

• Zet deze personages op het bord: vader, oudste zoon en jongste zoon. Vertoon de video ‘De verloren zoon’ (ChurchofJesusChrist.org). Onderbreek de video zo nu en dan, zodat de kinderen op het bord kunnen schrijven hoe de personages zich voelen. Wat vinden onze hemelse Vader en Jezus van mensen die gezondigd hebben?

• Laat een kind het lokaal verlaten terwijl de andere kinderen een munt of afbeelding van een schaap verstoppen. Vraag het kind weer binnen te komen en de munt of het schaap te zoeken. Hoe kunnen mensen zich zoals de munt of het schaap ‘verloren’ voelen? Vraag de kinderen hoe ze hun de hand kunnen reiken. Zing samen een passend lied, zoals ‘Zielslief heeft ’t hart van de Herder’ (Lofzangen, nr. 154). Getuig van de vreugde die we voelen als mensen tot God terugkeren.

• Leg uit dat het verloren schaap, de verloren penning en de verloren zoon in Jezus’ gelijkenissen mensen voorstellen die ‘verloren’ zijn omdat ze de zegeningen van het evangelie niet hebben. Laat de kinderen denken aan mensen die ze kennen die deze zegeningen missen. Hoe kunnen ze die mensen de liefde van onze hemelse Vader laten voelen?

Liefdevolle Herder, Yongsung Kim

Lukas 17:11–19

Ik toon onze hemelse Vader dat ik van Hem houd als ik dankbaar ben voor mijn zegeningen.

Het verhaal van de tien melaatsen kan de kinderen inspireren om hun hemelse Vader voor hun zegeningen te bedanken.

Mogelijke activiteiten

• Lees samen het verhaal van de tien melaatsen. Hoe werd de ene melaatse gezegend omdat hij Jezus bedankt had? Waarom is het belangrijk dat we God bedanken voor onze zegeningen?

• Laat de kinderen een lijstje maken van dingen waarvoor ze dankbaar zijn die beginnen met de letters van hun naam.

• Laat de kinderen onze hemelse Vader bedankkaartjes schrijven voor de zegeningen die ze van Hem krijgen. Ze kunnen die boven hun bed hangen, zodat ze tijdens het bidden niet vergeten Hem te bedanken.

Johannes 11:1–46

Wij geloven dat Jezus de Zoon van God is.

Hoe kunt u de kinderen met behulp van het verhaal van Maria, Martha en Lazarus net als Martha laten inzien dat Jezus de Christus is, de Zoon van God? (Zie Johannes 11:27.)

Mogelijke activiteiten

• Zet op het bord uitspraken van mensen in Johannes 11. Laat de kinderen bij elke uitspraak vaststellen wie dat gezegd heeft. Vraag ze hun antwoorden in Johannes 11 te controleren. Hoe zouden ze zich voelen als ze Jezus, Martha, Maria of Lazarus waren? Wat hebben we aan geloof in Jezus als we verdrietig of bang zijn?

• Lees Martha’s getuigenis in Johannes 11:20–27. Laat de kinderen naar woorden en zinsneden zoeken die aantonen dat Martha geloof in Jezus Christus had. Wat kunnen wij doen om geloof in Hem te hebben?

• Help de kinderen om Johannes 11:25 uit het hoofd te leren. Leg uit dat iedereen zal opstaan, maar dat alleen rechtschapen mensen het eeuwige leven zullen ontvangen en weer bij onze hemelse vader en Jezus Christus zullen wonen.

Thuisstudie stimuleren

Geef de kinderen wat papier en laat ze deze week opschrijven of tekenen waarvoor ze dankbaar zijn.

Ons onderwijs verbeteren

Herhaling is in het leerproces erg belangrijk. Kinderen leren meer als ze een evangeliebeginsel regelmatig horen of een activiteit meermaals doen. Probeer activiteiten op verschillende manieren te herhalen.