Ter gedachtenis, Walter Rane

29 mei–4 juni

Mattheüs 26; Markus 14; Johannes 13

‘Ter gedachtenis’

Let op beginselen die de kinderen ten goede zullen komen als u Mattheüs 26, Markus 14 en Johannes 13 leest.

Meedoen stimuleren

Toon afbeeldingen van de gebeurtenissen in deze hoofdstukken, zoals Evangelieplatenboek, nr. 54–55. Vraag de kinderen wat er op de afbeelding gebeurt.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Mattheüs 26:26–29; Markus 14:22–24

Tijdens het avondmaal denk ik aan Jezus.

Laat de kinderen inzien dat ze tijdens het avondmaal kunnen denken aan wat Jezus voor ons heeft gedaan.

Mogelijke activiteiten

• Vat het verhaal samen waarin Jezus het avondmaal instelt. Gebruik desgewenst ‘Hoofdstuk 49: Het eerste avondmaal’ (in Verhalen uit het Nieuwe Testament, 124–126, of de bijbehorende video op ChurchofJesusChrist.org), of de video ‘Sacrament’ (ChurchofJesusChrist.org). Waarom nemen we deel aan het avondmaal? Maak de kinderen duidelijk dat we tijdens het avondmaal Jezus gedenken.

• Laat ze een stukje brood en een bekertje water zien. Vraag of ze weten wat het avondmaalsbrood en -water voorstellen. Leg uit dat die zinnebeelden ons eraan herinneren dat Jezus voor ons is gestorven en opgestaan.

• Laat de kinderen hun ogen sluiten en denken aan iemand van wie ze houden. Vraag ze vervolgens over die persoon te vertellen. Laat ze hun ogen weer sluiten, aan de Heiland denken, en vertellen wat ze van Hem weten. Spoor ze aan om elke zondag tijdens het avondmaal aan Jezus te denken.

• Vraag de kinderen te laten zien hoe ze tijdens het avondmaal aan Jezus kunnen denken en eerbiedig kunnen zijn. Laat de kinderen volgens de doe-pagina van deze week het boekje maken en met behulp daarvan tijdens het avondmaal aan Jezus denken. Of laat ze in wat kerktijdschriften afbeeldingen van Jezus opzoeken en een collage maken waar ze tijdens de avondmaalsdienst naar kunnen kijken.

Johannes 13:34–35

Ik kan net als Jezus van anderen houden.

Jezus toonde zijn liefde door Zich om de mensen om Hem heen te bekommeren. Wat voor gelegenheden hebben de kinderen om hun liefde voor anderen te tonen?

Mogelijke activiteiten

• Laat afbeeldingen zien van verhalen die de kinderen dit jaar hebben geleerd waarin Jezus zijn liefde voor anderen toonde. (Zie eerdere lesschema’s in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen.) Lees Johannes 13:34–35 voor en laat de kinderen de zin ‘zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar liefhebben’ opzeggen. Hoe kunnen we onze liefde voor onze familie en vrienden tonen?

• Laat een kind een afbeelding van Jezus vasthouden terwijl de klas een liedje over de liefde van de Heiland zingt, zoals ‘Houd van elkander’ (Kinderliedjes, p. 74). Geef elk kind een papieren hart en laat ze daarop tekenen dat ze iemand op de een of andere manier liefde tonen.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Mattheüs 26:26–29; Markus 14:22–24

Tijdens het avondmaal denk ik aan Jezus Christus en zijn zoenoffer voor mij.

Hoe kunt u de kinderen helpen om hun ervaring met het avondmaal meer betekenis te geven?

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen om de beurt een vers lezen in Mattheüs 26:26–29 of Markus 14:22–24. (Zie ook Bijbelvertaling van Joseph Smith, Markus 14:20–24 [in het aanhangsel van de tripelcombinatie]), en Leer en Verbonden 20:75–79.) Welke woorden en ideeën komen in beide Schriftteksten voor?

• Vraag de kinderen wat ze doen om tijdens het avondmaal aan Jezus te denken. Laat ze in de avondmaalslofzangen zoeken naar Schriftteksten of woorden die ze tijdens het avondmaal kunnen lezen. Laat ze die op een kaartje zetten dat ze tijdens het avondmaal kunnen gebruiken. Zing samen enkele avondmaalslofzangen. (Zie Lofzangen, nr. 115–132.)

  

  Tijdens het avondmaal denken we aan Jezus Christus en zijn zoenoffer voor ons.

• Zet belangrijke zinsneden uit de avondmaalsgebeden op het bord. Help de kinderen die uit het hoofd te leren. Wat betekenen die zinsneden? Waarom is het belangrijk dat we elke week ons doopverbond hernieuwen?

• Vraag een Aäronisch-priesterschapsdrager de kinderen iets te vertellen over zijn ervaring met het voorbereiden, zegenen en ronddienen van het avondmaal. Hoe bereidt hij zich daarop voor? Hoe voelt hij zich als hij die taken uitvoert? Hoe herinneren het brood en water hem aan de Heiland?

• Vraag de kinderen die zich hebben laten dopen wat ze nog van hun doop weten. Hoe voelden ze zich? Welke beloften hebben ze gedaan? (Zie Mosiah 18:8–10.) Leg uit dat het is alsof we ons opnieuw laten dopen als we van het avondmaal nemen. We ontvangen dan vergeving van onze zonden en hernieuwen ons verbond.

Johannes 13:1–17

Jezus Christus heeft me laten zien hoe ik anderen moet dienen.

Het verhaal waarin de Heiland de voeten van zijn discipelen wast, kan de kinderen stimuleren om mensen om hen heen liefdevol te dienen.

Mogelijke activiteiten

• Vraag enkele kinderen een paar dagen van tevoren om Johannes 13:4–9 te lezen en het verhaal vanuit Petrus’ perspectief aan de klas te vertellen. Wat probeerde de Heer Petrus en de andere apostelen duidelijk te maken? Laat de kinderen bespreken wat ze uit dit verhaal over Jezus Christus te weten komen. Wat leren we over anderen dienen?

• Lees samen Johannes 13:12–17. Vraag de kinderen iets op te schrijven over een situatie waarin de Heiland iemand diende. Moedig ze aan om er ook bij te vermelden wat ze van zijn voorbeeld leren. Als ze hulp nodig hebben, zijn er in de video ‘Christelijke eigenschappen’ (ChurchofJesusChrist.org) voorbeelden te vinden. Laat ze aan de klas vertellen wat ze hebben opgeschreven.

Johannes 13:34–35

Discipelen van Jezus Christus houden van anderen zoals Hij dat deed.

Bij onze doop sluiten we een verbond om een discipel van Jezus Christus te worden. De Heiland beschrijft in Johannes 13:34–35 hoe we laten zien dat we discipelen van Hem zijn.

Mogelijke activiteiten

• Schrijf op het bord Zoals ik u heb, moet u ook elkaar (Johannes 13:34). Laat de kinderen de tekst opzoeken en de ontbrekende woorden invullen. Hoe kunnen we nog meer tonen dat we discipelen van Christus zijn? Laat de kinderen andere woorden bedenken om de zin op het bord compleet te maken, zoals gediend en dienen, of onderwezen en onderwijzen.

• Laat ze Johannes 13:35 lezen en aan mensen denken die ze als goed voorbeeld van een discipel van Jezus Christus kennen. Vraag hoe die mensen liefde voor anderen tonen zoals de Heiland dat deed.

Thuisstudie stimuleren

Laat de kinderen thuis vertellen wat ze naar aanleiding van de les willen gaan doen. Ze kunnen bijvoorbeeld vertellen hoe ze tijdens het avondmaal Jezus Christus indachtig zijn.

Ons onderwijs verbeteren

Getuig tot de kinderen. Een getuigenis kan heel eenvoudig zijn. U kunt bijvoorbeeld zeggen: ‘Ik weet dat onze hemelse Vader van jullie houdt’ of ‘Ik voel me goed als ik over Jezus Christus leer.’