Bekering op de weg naar Damascus, Michelangelo Merisi da Caravaggio

10–16 juli

Handelingen 6–9

‘Wat wilt U dat ik doen zal?’

Bereid u voor door Handelingen 6–9 te lezen. In het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen vindt u meer uitleg over deze hoofdstukken. De activiteiten voor kleine kinderen in dit schema kunt u aan grote kinderen aanpassen, en omgekeerd.

Meedoen stimuleren

Zet de namen van enkele personen uit Handelingen 6–9 op het bord, zoals Saulus, Stefanus en Tabitha. Vraag de kinderen wat ze van die personen weten.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Handelingen 6–7

Ik kan Jezus Christus volgen door pal te staan voor het goede.

Wat kunnen de kinderen van Stefanus leren over hoe je een volgeling van Jezus Christus bent?

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen gebaren bedenken bij een liedje over het kiezen van de goede weg, zoals ‘Wees eerlijk en trouw’ (Kinderliedjes, p. 81). Vertel aan de hand van Handelingen 7:51–60 dat Stefanus over Jezus Christus predikte, ook al werden de joodse leiders daardoor boos. (Zie ook ‘Hoofdstuk 57: Slechte mensen doden Stefanus’, in Verhalen uit het Nieuwe Testament, 150–151, of de bijbehorende video op ChurchofJesusChrist.org.) In welk opzicht stond Stefanus pal voor het goede?

• Leg enkele scenario’s voor waarin kinderen tussen goed en kwaad moeten kiezen. Vraag hoe ze voor het goede zouden kiezen.

Handelingen 8:26–39

De Heilige Geest inspireert mij om anderen over het evangelie te vertellen.

Filippus volgde de ingevingen van de Geest. Hij hielp een Ethiopiër die de Schriften niet begreep. Wat kunnen de kinderen in uw klas uit dit verhaal leren?

Filippus onderwijst de Ethiopiër, Robert T. Barrett

Mogelijke activiteiten

• Zet twee stoelen naast elkaar om een wagen voor te stellen. Laat twee kinderen op de wagen zitten. Het ene kind stelt Filippus voor, het andere de Ethiopiër. Vertel dan het verhaal van Filippus die de Ethiopiër in het evangelie onderwijst.

• Vertel over een situatie waarin de Heilige Geest u aanspoorde om met iemand over het evangelie te praten. Getuig dat de Heilige Geest ons kan helpen om anderen over Jezus te vertellen.

Handelingen 9:1–20

Mijn hemelse Vader wil graag dat ik me bekeer en verander.

Toen Jezus Saulus verbood om de kerk van de Heer nog langer te vervolgen, bekeerde Saulus zich onmiddellijk en veranderde hij. Hoe kan dat verhaal de kinderen motiveren om meteen te veranderen als ze een fout hebben gemaakt?

Mogelijke activiteiten

• Vat het verhaal van de bekering van Saulus in Handelingen 9:1–20 samen. (Zie ook ‘Hoofdstuk 59: Saulus leert wie Jezus is’, in Verhalen uit het Nieuwe Testament, 154–155, of de bijbehorende video op ChurchofJesusChrist.org.)

• Praat met de kinderen over iets dat verandert, zoals een kikkervisje dat in een kikker verandert, of een rups die in een vlinder verandert. Laat zo mogelijk foto’s zien. Hoe veranderde Saulus nadat Jezus Christus hem had bezocht?

• Teken een weg die zich in tweeën splitst. Laat de kinderen bedenken waar ze graag naartoe zouden gaan, en schrijf dat op het bord bij de ene splitsing. Wat zou er gebeuren als we de verkeerde weg namen? Bekering lijkt op een terugkeer naar de juiste weg.

• Laat de kinderen herhalen wat Saulus tegen de Heer zei: ‘Wat wilt U dat ik doen zal?’ (Handelingen 9:6.) Wat verwacht de Heer van ons?

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Handelingen 6–7

Ik kan een getuige van Jezus Christus zijn.

Hoe kunt u de kinderen duidelijk maken dat Stefanus een voorbeeld is van iemand die als getuige van Jezus Christus optreedt?

Mogelijke activiteiten

• Lees samen Handelingen 6:5–15 en 7:51–60. Wat maakte Stefanus tot zo’n krachtige getuige van Jezus Christus? Laat een of meer kinderen doen alsof ze Stefanus zijn en vertellen waarom ze in Jezus Christus geloven.

• Laat de kinderen Handelingen 6:3–10 lezen en nagaan welke eigenschappen aan Stefanus’ ontwikkeling bijdroegen.

• Bedenk samen enkele situaties waarin de kinderen als getuige van Jezus Christus en zijn evangelie kunnen optreden. Laat ze die situaties in een rollenspel naspelen. Laat de kinderen Mosiah 18:9 lezen. Wijs erop dat wij bij onze doop onder meer beloven om als getuige van Jezus Christus op te treden.

Handelingen 8:9–24

Het priesterschap is een onbetaalbaar geschenk van God.

Satan wil ons laten geloven dat materiële zaken ons gelukkig maken. Hoe kunt u het verhaal van Simon gebruiken om kinderen de geestelijke dingen, zoals het priesterschap en de zegeningen daarvan, te helpen waarderen?

Mogelijke activiteiten

• Vertel het verhaal van Simon dat in Handelingen 8:9–24 staat. (Zie ook ‘Hoofdstuk 58: Simon en het priesterschap’, in Verhalen uit het Nieuwe Testament, 152–153, of de bijbehorende video op ChurchofJesusChrist.org.) Waarom kunnen we het priesterschap niet kopen? Hoe ontvangt iemand daadwerkelijk priesterschapsgezag? (Zie Geloofsartikelen 1:5.)

• Toon afbeeldingen van het avondmaal, een tempel (die tempelzegeningen voorstelt), een doop en andere zegeningen die we dankzij het priesterschap kunnen ontvangen. Leg uit dat we deze gaven van God niet met geld kunnen kopen. Waarom zijn ze waardevoller dan wat er met geld te koop is? Hoe ontvangen we die zegeningen?

Handelingen 9:1–20

Mijn hemelse Vader wil graag dat ik me bekeer en verander.

Toen Jezus Saulus verbood om de kerk van de Heer nog langer te vervolgen, bekeerde Saulus zich onmiddellijk en veranderde hij. Hoe kan dat verhaal de kinderen motiveren om meteen te veranderen als ze een fout hebben gemaakt?

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen een vel papier in tweeën vouwen. Laat ze op de ene helft Voor en op de andere helft Na schrijven. Lees samen Handelingen 8:1–3, 9:1–2 en 9:17–22. Laat ze woorden of zinsneden opschrijven die Saulus beschrijven voordat hij de Heer zag en daarna.

• Laat een lid van de wijk zijn of haar bekeringsverhaal vertellen, met nadruk op de manier waarop het lidmaatschap van de kerk hem of haar heeft veranderd, net als Saulus.

• Teken een ‘weg naar Damascus’ op het bord. Laat de kinderen Handelingen 9:6, 11, 18, 20–22 lezen en nagaan hoe Saulus zich bekeerde en zich tot Christus wendde. Schrijf de antwoorden naast de weg. Wat leren we in deze verzen over hoe we meer op Jezus kunnen gaan lijken?

• Laat de kinderen hun favoriete deel uit het verhaal van de bekering van Saulus tekenen en hun tekening aan de rest van de klas tonen.

Thuisstudie stimuleren

Spoor de kinderen aan om thuis te vertellen wat ze het leukst vonden aan de les en wat ze hebben geleerd.

Ons onderwijs verbeteren

Help de kinderen om uit de Schriften te leren. Kleine kinderen kunnen nog niet goed lezen, maar ze kunnen wel iets uit de Schriften leren. U kunt een passage voorlezen en de kinderen laten opstaan of hun hand laten opsteken als ze een bepaald woord of een bepaalde zinsnede horen.