‘27 juni–3 juli. 1 Koningen 17–19: ‘Als de Heere God is, volg Hem”’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Oude Testament 2022 (2021)
‘27 juni–3 juli. 1 Koningen 17–19’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2022
27 juni–3 juli
1 Koningen 17–19
‘Als de Heere God is, volg Hem’
Het doel van de Schriften (en uw lessen) is geloof in onze hemelse Vader en Jezus Christus opwekken. Laat u door dit doel leiden in wat u onderwijst en welke vragen u stelt.
Schrijf uw ingevingen op
Meedoen stimuleren
Laat de klasleden over hun inzichten naar aanleiding van 1 Koningen 17–19 praten door ze een titel voor elk hoofdstuk te laten bedenken. Door welke verzen kregen ze het idee voor die titels?
In de leer onderwijzen
De vraag om een offer te brengen, is een gelegenheid om ons geloof te oefenen.
-
Het voorbeeld van de weduwe uit Zarfath werkt wellicht inspirerend op klasleden in tijden dat hun geloof op de proef wordt gesteld. Laat ze eerst keuzes opsommen waarvoor geloof in Jezus Christus nodig is. Lees dan het verhaal in 1 Koningen 17:8–16 en bespreek wat dit verhaal over geloof oefenen duidelijk maakt. Vraag de klasleden wat ze van de weduwe vinden en hoe haar voorbeeld ze ertoe aanzet om hun geloof te oefenen. In hoeverre lijkt haar geloof op dat van Elisa in 1 Koningen 19:19–21? Welke offers hebben klasleden voor de Heer gebracht en hoe heeft Hij ze gezegend?
-
Het verhaal van de weduwe uit Zarfath kan ons ook iets leren over de zegeningen die uit offers voortvloeien. Vraag de klasleden naar hun reactie op de volgende uitspraken: ‘Ik kan het me niet veroorloven om tiende te betalen’ of ‘Ik heb het te druk om bedieningstaken aan te nemen.’ In hoeverre is 1 Koningen 17:8–16 op die uitspraken van toepassing? Hoe helpt onze kennis van de Heiland ons als er offers worden gevraagd? De woorden van ouderling Lynn G. Robbins in de ‘Bijkomende leermiddelen’ kunnen ook van nut zijn.
‘Als de Heere God is, volg Hem.’
-
Bespreek 1 Koningen 18:17–39 om de klasleden aan te zetten Jezus Christus meer te volgen en te vertrouwen. Neem het verhaal met de klas door en schrijf Elia’s vraag aan het volk van Israël op het bord: ‘Hoelang hinkt u nog op twee gedachten?’ (Vers 21.) Vraag de klasleden wat hiermee bedoeld wordt. Waarom zou het volk hebben ‘gehinkt’ (geaarzeld of getwijfeld) tussen de Heer volgen en de Baäl volgen? Wanneer zijn we soms besluiteloos als het op Jezus Christus volgen aankomt? Vraag de klasleden naar ervaringen die ze hebben geholpen om voor de Heiland te kiezen.
De Heer spreekt vaak met stille stem op eenvoudige manieren.
-
Veel mensen weten niet goed wanneer de Heer met ze communiceert. Laat de klasleden 1 Koningen 19:1–12 lezen en bespreken wat Elia te weten kwam. Dat kan de klasleden inzicht geven in de manier waarop de stem van de Heer werkt. Vraag ze hoe de Heer zoal tot hen spreekt. Vertoon desgewenst de video ‘How Can I Feel the Holy Ghost More Often?’. (Uit het ‘Face-to-facegesprek met president Eyring en ouderling Holland’ [wereldwijde uitzending voor jongeren, 4 maart 2017], ChurchofJesusChrist.org.)
-
Voor een bespreking van ‘het suizen van een zachte stilte’ kunt u voorwerpen of afbeeldingen laten zien die tot nadenken over die zinsnede stemmen. Vraag de klasleden naar nog meer voorbeelden. Waarom zijn ‘stil’ en ‘zacht’ een goede omschrijving van de stem van de Geest? Andere beschrijvingen staan onder meer in de volgende Schriftteksten: Helaman 5:30; 3 Nephi 11:3–7; Leer en Verbonden 6:22–23; 8:2–3; 9:8–9; 11:12–14; 36:2. Wellicht kennen de klasleden nog meer Schriftteksten over het herkennen van de Geest. Wat moeten wij volgens die Schriftteksten doen om de stem van de Heer te horen? De video’s ‘Feeling the Holy Ghost’ of ‘Voice of the Spirit’ zijn wellicht nuttig (ChurchofJesusChrist.org).
3:172:3
Bijkomende leermiddelen
De weduwe in Zarfath.
Ouderling Lynn G. Robbins heeft gezegd: ‘Elia begreep de leer dat zegeningen volgen na de beproeving van ons geloof [zie Ether 12:6; Leer en Verbonden 132:5]. Hij was niet egoïstisch. Als dienstknecht van de Heer was Elia daar om te geven, niet te nemen [zie 1 Koningen 17:13–16]. Een van de redenen dat de Heer zulke extreme omstandigheden gebruikt om een beginsel te illustreren, is om excuses uit te sluiten. Als de Heer zelfs van de armste weduwe verwacht dat zij haar penninkje geeft, wat betekent dat dan voor alle anderen die vinden dat het niet gelegen komt of gemakkelijk is om te offeren?’ (‘Tiende: ook een gebod voor de armen’, Liahona, mei 2005, 35.)