Seminarie
Les 101 – Leer en Verbonden 88:14–41: Ernaar streven de celestiale wet te gehoorzamen


‘Les 101 – Leer en Verbonden 88:14–41: Ernaar streven de celestiale wet te gehoorzamen’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht (2025)

‘Leer en Verbonden 88:14–41’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht

Les 101: Leer en Verbonden 88

Leer en Verbonden 88:14–41

Ernaar streven de celestiale wet te gehoorzamen

jongevrouw met zonlicht op haar gezicht

In Leer en Verbonden 88 openbaart de Heer waarheden over de opstanding en koninkrijken van heerlijkheid, waaronder de celestiale heerlijkheid. Deze waarheden kunnen kerkleden verenigen en tot zegen zijn als ze Jezus Christus trouw volgen. Deze les kan de cursisten meer vertrouwen geven dat ze celestiale heerlijkheid kunnen ontvangen.

Mogelijke leeractiviteiten

Een doel van celestiale heerlijkheid

Laat de cursisten een trap in hun studiedagboek tekenen en bovenaan de trap ‘Het celestiale koninkrijk’ schrijven. Laat ze tekenen waar ze zichzelf op de trap zien. Moedig ze aan om hun antwoorden op de volgende vragen op te schrijven:

  • Heb je het gevoel dat je door je huidige keuzes vooruitgang richting het celestiale koninkrijk maakt? Waarom wel of waarom niet?

  • Hoe zeker ben je dat je uiteindelijk met de hulp van Jezus Christus celestiale heerlijkheid kunt bereiken?

Herinner de cursisten eraan dat we, omdat Jezus Christus onze Heiland is, op Hem kunnen vertrouwen om ons te helpen veranderen, ons te bekeren en kracht te geven terwijl we ernaar streven om celestiale heerlijkheid te bereiken.

De openbaring van de Heer in Leer en Verbonden 88 verschaft ons goddelijk licht om eeuwige waarheden te begrijpen. In afdeling 88 leren we details over het plan van onze hemelse Vader, waarheden over Jezus Christus en hoe we bij Hen kunnen terugkeren.

U kunt vertellen wat u van de schoonheid en grootsheid van het plan van onze hemelse Vader vindt. Moedig de cursisten aan om bij hun studie van vandaag naar inspiratie te zoeken om te weten te komen hoe ze in geloof kunnen handelen en de hulp van de Heiland kunnen ontvangen bij hun vooruitgang richting het celestiale koninkrijk.

Ons sterfelijk lichaam

Leg uit dat een belangrijk onderdeel van Gods plan is dat we zoals Hij worden, zowel geestelijk als lichamelijk. Bij onze geboorte krijgen we een stoffelijk lichaam. Dit lichaam zal op een dag sterven en herrijzen.

Zet de antwoorden van de cursisten op de volgende vraag op het bord:

  • Wat weet je al over de opstanding?

De cursisten kunnen hun antwoorden indien nodig met informatie in Topics and Questions onder ‘Resurrection’ op topics.ChurchofJesusChrist.org onderbouwen.

Laat ze de volgende studieactiviteit met een klasgenoot doen. U kunt de vragen aan de cursisten tonen, waarbij elke cursist een van de twee vragen beantwoordt. Het kan nuttig zijn voor de cursisten om te weten dat de woorden levend maken tot leven wekken of opwekken kan betekenen.

Lees Leer en Verbonden 88:14–17, 27–31. Overpeins het volgende terwijl je leest:

  • Wat kom je over de opstanding te weten?

  • Wat kom je over de drie graden van heerlijkheid te weten?

Laat de cursisten verslag uitbrengen. Luister aandachtig en stel vervolgvragen om een en ander zo nodig te verduidelijken. Als de cursisten nog meer vragen hebben, kunt u die klassikaal bespreken.

instructie (pictogram)De kennis van de cursisten beoordelen: Voor meer oefening hiermee raadpleegt u de instructie ‘Wees altijd bereid om op ingevingen over de behoeften van de cursisten te reageren’ in Verbetering van onderwijsvaardigheden: onderwijs met de Geest. Oefen eventueel de vaardigheid ‘Stel een vraag om de leerervaring te beoordelen voordat u verder gaat met de les’.

Gods wetten gehoorzamen leidt tot heerlijkheid

Vraag de cursisten hoe ze zich een celestiaal lichaam voorstellen, of waarom ze in de opstanding een celestiaal lichaam willen ontvangen.

Als de cursisten eerder met een medecursist hebben samengewerkt, laat u ze voor de volgende studieactiviteit met een andere medecursist samenwerken.

Lees Leer en Verbonden 88:21–24, 34–36, 38–39 en ga na hoe we met een celestiaal lichaam kunnen opstaan. Als bepaalde woorden en zinsneden je opvallen, kun je die markeren.

  • Wat is naar jouw gevoel belangrijk om uit deze verzen te begrijpen?

  • Wat bepaalt de heerlijkheid die we na het laatste oordeel kunnen ontvangen? Waarom?

Geef de cursisten de gelegenheid om te vertellen wat ze hebben geleerd. De cursisten kunnen verschillende waarheden noemen, zoals: Als we celestiale wetten gehoorzamen, ontvangen we celestiale heerlijkheid of In de opstanding ontvangen we heerlijkheid overeenkomstig de wet die we gehoorzamen. Zet deze waarheden eventueel op het bord.

Deel het volgende citaat om de cursisten het belang van goddelijke wetten te helpen inzien en voelen:

Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

Ouderling D. Todd Christofferson

De wet van het celestiale koninkrijk bestaat uiteraard uit de wet van het evangelie en verbonden, zoals de Heiland constant gedenken en onze belofte van gehoorzaamheid, offerande, toewijding en getrouwheid. (D. Todd Christofferson, ‘Kom tot Zion’, Liahona, november 2008, 38.)

  • Wat kom je over de liefde, gerechtigheid en barmhartigheid van onze hemelse Vader te weten?

  • Wat vind je ervan dat Hij individueel met zijn kinderen werkt?

Hulpmiddelen op ons pad

Laat de cursisten zich afvragen hoe ze zouden reageren op een vriend(in) die ontmoedigd is en vindt dat hij of zij niet goed genoeg is om celestiale heerlijkheid te ontvangen. Laat de cursisten de volgende verzen lezen en dan een kort antwoord op de zorg van hun vriend(in) schrijven.

Lees 3 Nephi 27:19–20 en ga na hoe onze hemelse Vader het voor zijn kinderen mogelijk heeft gemaakt om celestiale heerlijkheid te ontvangen. Link deze verzen eventueel met Leer en Verbonden 88:21, 34.

Vraag de cursisten het woord behalve in 3 Nephi 27:19 te markeren.

Deel het volgende citaat om de cursisten de mogelijke hoop en verandering dankzij Jezus Christus te helpen inzien:

Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

2:3

De goddelijke gave van bekering

Alleen door bekering krijgen we toegang tot de verzoenende genade van Jezus Christus.

Ouderling D. Todd Christofferson

Misschien zouden we net zo vurig als we om genade bidden, moeten bidden om de tijd en de kans om hard te werken, te streven en te overwinnen. De Heer lacht beslist degene toe die het oordeel wil ondergaan na een goed leven, die er dag in dag uit vastbesloten aan werkt om zijn zwakheid plaats te laten maken voor kracht. Om ware bekering, ware verandering, te bereiken, moeten we misschien wel meerdere pogingen doen, maar zo’n streven heeft iets zuiverends en heiligends. Goddelijke vergiffenis en genezing stromen zo’n ziel van nature toe, want het is waar: ‘Deugd bemint deugd; licht hecht zich aan licht; [en] barmhartigheid ontfermt zich over barmhartigheid en maakt aanspraak op het hare’ (Leer en Verbonden 88:40).

Met bekering kunnen we ons vermogen om de celestiale wet na te leven gestaag vergroten, want wij zien in dat ‘wie niet in staat is zich aan de wet van een celestiaal koninkrijk te houden, […] geen celestiale heerlijkheid kan verdragen’ (Leer en Verbonden 88:22). (D. Todd Christofferson, ‘De goddelijke gave van bekering’, Liahona, november 2011, 39.)

  • Wat kan begrip van de verzoening van de Heiland voor je geloof in het bereiken van celestiale heerlijkheid betekenen?

  • Wat kun je, volgens wat je vandaag hebt bestudeerd, zeggen tegen iemand die bang is dat hij of zij geen celestiale heerlijkheid kan bereiken?

Laat de cursisten nog eens kijken naar de trap die ze aan het begin van de les hebben getekend. Moedig ze aan om op of rondom de trap te schrijven wat ze hebben geleerd wat ze richting het celestiale koninkrijk kan helpen. Laat de cursisten hun gedachten of gevoelens over onze hemelse Vader en Jezus opschrijven. Ze kunnen ook vermelden hoe hun vastberadenheid en hoop op celestiale heerlijkheid zijn versterkt, of hoe de geleerde waarheden hun keuzes nu en in de toekomst kunnen beïnvloeden.

Vraag eventueel een of twee cursisten, als er voldoende tijd is, om hun gedachten met de klas te delen.