In Leer en Verbonden 88 openbaart de Heer waarheden over de opstanding en koninkrijken van heerlijkheid, waaronder de celestiale heerlijkheid. Deze waarheden kunnen kerkleden verenigen en tot zegen zijn als ze Jezus Christus trouw volgen. Deze les kan de cursisten meer vertrouwen geven dat ze celestiale heerlijkheid kunnen ontvangen.
Mogelijke leeractiviteiten
Een doel van celestiale heerlijkheid
Heb je het gevoel dat je door je huidige keuzes vooruitgang richting het celestiale koninkrijk maakt? Waarom wel of waarom niet?
Hoe zeker ben je dat je uiteindelijk met de hulp van Jezus Christus celestiale heerlijkheid kunt bereiken?
De openbaring van de Heer in Leer en Verbonden 88 verschaft ons goddelijk licht om eeuwige waarheden te begrijpen. In afdeling 88 leren we details over het plan van onze hemelse Vader, waarheden over Jezus Christus en hoe we bij Hen kunnen terugkeren.
Wat kom je over de drie graden van heerlijkheid te weten?
Gods wetten gehoorzamen leidt tot heerlijkheid
Lees Leer en Verbonden 88:21–24, 34–36, 38–39 en ga na hoe we met een celestiaal lichaam kunnen opstaan. Als bepaalde woorden en zinsneden je opvallen, kun je die markeren.
Wat is naar jouw gevoel belangrijk om uit deze verzen te begrijpen?
Wat bepaalt de heerlijkheid die we na het laatste oordeel kunnen ontvangen? Waarom?
Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:
De wet van het celestiale koninkrijk bestaat uiteraard uit de wet van het evangelie en verbonden, zoals de Heiland constant gedenken en onze belofte van gehoorzaamheid, offerande, toewijding en getrouwheid. (D. Todd Christofferson, ‘Kom tot Zion’, Liahona, november 2008, 38.)
Wat kom je over de liefde, gerechtigheid en barmhartigheid van onze hemelse Vader te weten?
Wat vind je ervan dat Hij individueel met zijn kinderen werkt?
Hulpmiddelen op ons pad
Lees 3 Nephi 27:19–20 en ga na hoe onze hemelse Vader het voor zijn kinderen mogelijk heeft gemaakt om celestiale heerlijkheid te ontvangen. Link deze verzen eventueel met Leer en Verbonden 88:21, 34.
Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:
Misschien zouden we net zo vurig als we om genade bidden, moeten bidden om de tijd en de kans om hard te werken, te streven en te overwinnen. De Heer lacht beslist degene toe die het oordeel wil ondergaan na een goed leven, die er dag in dag uit vastbesloten aan werkt om zijn zwakheid plaats te laten maken voor kracht. Om ware bekering, ware verandering, te bereiken, moeten we misschien wel meerdere pogingen doen, maar zo’n streven heeft iets zuiverends en heiligends. Goddelijke vergiffenis en genezing stromen zo’n ziel van nature toe, want het is waar: ‘Deugd bemint deugd; licht hecht zich aan licht; [en] barmhartigheid ontfermt zich over barmhartigheid en maakt aanspraak op het hare’ (Leer en Verbonden 88:40).
Met bekering kunnen we ons vermogen om de celestiale wet na te leven gestaag vergroten, want wij zien in dat ‘wie niet in staat is zich aan de wet van een celestiaal koninkrijk te houden, […] geen celestiale heerlijkheid kan verdragen’ (Leer en Verbonden 88:22). (D. Todd Christofferson, ‘De goddelijke gave van bekering’, Liahona, november 2011, 39.)
Wat kan begrip van de verzoening van de Heiland voor je geloof in het bereiken van celestiale heerlijkheid betekenen?
Wat kun je, volgens wat je vandaag hebt bestudeerd, zeggen tegen iemand die bang is dat hij of zij geen celestiale heerlijkheid kan bereiken?