Wekelijkse content voor JOVO’s
Geef mij een lamp, opdat ik veilig het onbekende kan betreden
Juli 2024


Digitaal thema-artikel

Geef mij een lamp, opdat ik veilig het onbekende kan betreden

Naar een toespraak voor afstuderenden op 8 december 2023 aan de Brigham Young University–Hawaii. De volledige toespraak staat op speeches.byuh.edu.

Je volgende stappen zouden best wel eens in het onbekende kunnen zijn. Maar als je je hand in de hand van God legt, dan zal zijn leiding beter voor je zijn dan een lamp en veiliger dan een bekende weg.

Afbeelding
Jezus Christus houdt een lamp vast en wijst de weg

Het verlorene redden, Michael Malm

Beste vrienden, het is mij een genoegen om op deze prachtige plek bij jullie te zijn, en een eer om op zo’n belangrijke dag tot jullie te spreken.

Toen ik mijn toespraak voorbereidde, wist ik natuurlijk niet dat ik die zou houden op de dag dat bekend werd dat ik als het nieuwste lid van het Quorum der Twaalf Apostelen was geroepen. Ik vind het verbijsterend om dat te zeggen. Ik ben gisteren geroepen. Ik heb vannacht heel weinig geslapen, zoals je je wel kunt voorstellen. Ik besef nu, op de meest bijzondere wijze, dat ik nog nooit een toespraak heb voorbereid die zo perfect bij een moment in mijn eigen leven past. God, die over alles waakt, en voor wie de roeping van gisteren geen verrassing is (hoezeer die ook een verrassing voor mij is en zeker voor iedereen die mij goed kent), heeft mij naar deze woorden voor jullie geleid. Maar op dit moment zijn ze ook heel erg voor mij bestemd. En ik zal ze de komende weken, maanden en zelfs jaren hard nodig hebben.

Een apostel is een bijzondere getuige van de Heer Jezus Christus. Ik ben me er terdege van bewust dat ik op elke denkbare wijze zal moeten groeien om als dienstknecht van de Heer aan zijn verwachtingen te voldoen. Mijn tekortkomingen, zwakheden en gebreken zijn voor mij overduidelijk, maar ik heb vertrouwen in het geduld van mijn Vader, de genade van Jezus Christus en de leiding van de Heilige Geest.

Ik wil graag enkele woorden van de dichteres Minnie Louise Haskins aanhalen:

‘En ik zei tegen de man die aan de poort van het jaar stond: “Geef mij een lamp, opdat ik veilig het onbekende kan betreden.”

En hij antwoordde: “Loop het duister in en leg je hand in de hand van God. Dat is beter dan een lamp en veiliger dan een bekende weg.”

Dus ging ik verder, vond de hand van God en liep blijmoedig de nacht in.

En Hij leidde mij naar de heuvels en het ochtendgloren.’

Je volgende stappen zouden best wel eens in het onbekende kunnen zijn – en er zullen inderdaad veel van dergelijke drempels in je leven zijn, waarbij je toekomst nog niet duidelijk is. Maar als je je hand in de hand van God legt, weet ik dat, zoals het gedicht belooft, zijn leiding beter voor je zal zijn dan een lamp en veiliger dan een bekende weg.

‘Leg je hand in de hand van God’

Wat betekent het om je hand in de hand van God te leggen? Misschien betekent het dat we ons geloof oefenen zoals de weduwe in Zarfath, die met haar laatste schamele middelen de profeet Elia een maaltijd bereidde. Ze legde haar hand met verbazingwekkend vertrouwen in de hand van God, en haar meel en olie raakten niet op, maar verschaften eten om haar en haar zoon door de hongersnood heen te helpen (zie 1 Koningen 17). Of misschien is het te zien in de aarzelende maar uiteindelijk nederige gehoorzaamheid van Naäman, de bevelhebber die melaats was, toen hij de profeet Elisa gehoorzaamde en zich zeven keer in de Jordaan waste om genezen te worden (zie 2 Koningen 5). Het doet misschien denken aan Maria, de moeder van Jezus, die een onthutsende levensbepalende opdracht aanvaardde met deze krachtige zinsnede: ‘Zie, de dienares van de Heere’ (Lukas 1:38).

Onze hand in de hand van God leggen, betekent dat we er voortdurend naar streven om dichter tot onze hemelse Vader en onze Heiland, Jezus Christus, te komen en de vreugde van hun volmaakte liefde te voelen. Het betekent smeken om te begrijpen dat Zij altijd bij ons zijn, hun aanwezigheid erkennen die ons leven verrijkt, en de vreugde en dankbaarheid ervaren waartoe hun gezelschap inspireert. Het betekent ‘celestiaal denken’, vooruitblikken naar het ‘ochtendgloren’ waar God ons geduldig naartoe leidt, en ons toewijden aan dat schitterende doel. Vrienden, als we ernaar streven om alleen door de hand van God geleid te worden en niet door enige andere invloed, zullen we in staat zijn om het onbekende van onze toekomst met standvastig geloof en vertrouwen tegemoet te treden.

‘De hand van God’ vinden

Hoe kunnen we dat doen? Hoe kunnen we de hand van God vinden en, zoals het gedicht beschrijft, blijmoedig de nacht ingaan? Het evangelie van Jezus Christus is vol licht dat ons kan en zal helpen om ‘de hand van God’ te vinden.

Jezus Christus, onze dierbare Heiland, is de onovertroffen bron van licht voor ons. Hij heeft gezegd: ‘Ik ben het Licht der wereld; wie Mij volgt, zal beslist niet in de duisternis wandelen, maar zal het licht van het leven hebben’ (Johannes 8:12). Het licht van het leven! Dat is Hij. Dat biedt Hij ons. Dankzij zijn licht kunnen we ondanks de verwarrende stormen van het leven voor hoop en vreugde kiezen. Als dat tot je is doorgedrongen, zul je het wonder van zijn licht kennen dat elke duisternis kan doordringen.

Als we dat lichtbaken gebruiken, zullen we ontdekken wat president Russell M. Nelson de vreugde van dagelijkse bekering heeft genoemd. Hij zei: ‘Bekering is een prachtig geschenk. Het is een proces waar we nooit bang voor hoeven te zijn. We mogen dat geschenk dagelijks met vreugde ontvangen, gebruiken en omarmen, in ons streven om meer zoals onze Heiland te worden.’ Als we ons steeds opnieuw tot God wenden wanneer we van onze koers afdwalen, bevrijden we ons van de boeien van zonde en ellende waarin de tegenstander ons wil verstikken. We kunnen leren genieten van de mogelijkheid om ons dagelijks – zelfs voortdurend – te bekeren, en dat met oprechte dankbaarheid te doen.

De Schriften zijn ook een waardevolle bron van licht voor ons. De Nederlandse schilder Vincent van Gogh heeft in een brief aan zijn broer geschreven: ‘Ik kan U niet zeggen hoe ik soms verlang naar den Bijbel, wel lees ik daar dagelijks iets in maar ik zou dien zoo gaarne in het hoofd hebben en het leven zien bij het licht van dat woord waarvan staat: “Uw woord is een licht op mijn pad en een lamp voor mijnen voet.”’ Als ik naar de complexe schoonheid van zijn schilderijen kijk, en vooral naar zijn schitterende weergaven van licht, stel ik me voor dat hij in zijn kunst de wereld uitbeeldde door de lens van een verlangen om het leven door het licht van Gods woord te bekijken.

Verhelderen en vormen de woorden in de Schriften de manier waarop wij naar de wereld kijken? Misschien heb je die mate van intimiteit met het woord van God al ontwikkeld – misschien ook niet. Hoe het ook staat met je eigen Schriftstudie, ik moedig je aan om te blijven zoeken en leren. Het is nooit te laat om ons hart open te stellen voor de Schriften en ons door hun licht te laten leiden. President Dallin H. Oaks, eerste raadgever in het Eerste Presidium, heeft gezegd: ‘We zeggen dat we in de Schriften antwoord op elke mogelijke vraag kunnen vinden omdat de Schriften ons naar elk antwoord kunnen leiden. Ze (de Schriften) plaatsen ons in een positie waarin we inspiratie kunnen krijgen over leerstellige of persoonlijke vragen, ongeacht of die vraag gaat over het onderwerp dat we in de Schriften bestuderen. Dat is een belangrijke waarheid die veel mensen ontgaat.’

Als een vuurtoren in een storm is de tempel een standvastige lichtbron en een symbool van veiligheid. De onveranderlijke leer van aanbidding in de tempel biedt houvast in een onrustige en onzekere wereld. De verbonden die we in de tempel sluiten, begiftigen ons met macht, namelijk Gods macht, en vervullen ons met het licht van de Heer. We verlaten de tempel met zijn naam op ons, zijn heerlijkheid om ons heen en zijn engelen die over ons waken.

President Nelson heeft uitgelegd: ‘Onze relatie met God verandert voorgoed wanneer we verbonden met Hem sluiten. We worden in grotere mate met liefde en barmhartigheid gezegend. Dat heeft invloed op onze identiteit en op de hulp van God bij de verwezenlijking van ons potentieel.’ Het sluiten en naleven van dergelijke verbonden is echt je hand in de hand van God leggen. Als de tempel je nog niet met licht en vrede vervult, moedig ik je aan om vaker te gaan. Zoek God in zijn heilig huis. Want: ‘Hetgeen van God is, is licht; en wie licht ontvangt en in God blijft, ontvangt meer licht; en dat licht wordt steeds helderder tot de volle dag toe’ (Leer en Verbonden 50:24).

Die dierbare tekst geldt voor alle vormen van evangelielicht. Als je je hand in de hand van God legt, Christus zoekt, de Schriften aandachtig bestudeert en heilige verbonden in de tempel sluit, zal het licht van het ochtendgloren, van die ‘volle dag’, geleidelijk toenemen. Sterker nog, dan zul je zelf deel van dat licht uitmaken.

Een leven van dienstbaarheid

Het gedicht dat ik vandaag heb genoemd, is beroemd geworden door de kerstboodschap van koning George VI van het Verenigd Koninkrijk. In december 1939 was Europa in oorlog, en de echo van die oorlog weerklonk in het hart van miljoenen. Burgers bereidden zich voor op een nieuw jaar met rantsoenering, verduistering en luchtaanvallen in het vooruitzicht. Velen rouwden al om verliezen, en de toekomst leek niets dan duisternis in petto te hebben.

In die context sprak koning George VI zijn volk toe en citeerde de woorden van Minnie Louise Haskins: ‘Loop het duister in en leg je hand in de hand van God. Dat is beter dan een lamp en veiliger dan een bekende weg.’ De woorden van de koning gaven troost, moed en een gevoel van nationale eenheid, en zetten de toon voor de oorlogshouding die de komende jaren zou bepalen. De toekomst hield in 1939 hevige ontberingen en onzekerheid in voor de mensen in Europa. En de toekomst houdt ongetwijfeld ook moeilijkheden en groeikansen in voor ons. Het evangelie belooft ons dat we, als we door God geleid worden, met onze hand in de zijne, door de beproevingen en moeilijkheden van het leven geleid worden, naar zijn steeds toenemende licht toe.

Koning George VI leidde zijn volk door een van de hevigste conflicten uit de geschiedenis. Zijn bijdrage aan zijn land kwam met grote persoonlijke offers: na de abdicatie van zijn oudere broer nam hij schoorvoetend de troon over. Leiderschap, en vooral spreken in het openbaar, was voor hem niet vanzelfsprekend. Alleen door langdurige inspanning, waaronder het overwinnen van zijn spraakgebrek (hij stotterde), was hij in staat om zijn volk effectief te dienen.

Anderen leiden zoals de Heiland leidde, en zoals Hij wil dat wij leiding geven, is hen dienen. Vaak vergt dergelijk dienstbetoon opoffering en groei van ons. Dergelijk dienstbetoon zal ons echter altijd verfijnen en heiligen, ons hart veranderen en ons karakter vormen, zodat we meer op ons grote Voorbeeld, Jezus Christus, de grootste dienstknecht van allen, gaan lijken.

President Henry B. Eyring, tweede raadgever in het Eerste Presidium, heeft gezegd:

‘De sleutel om ons potentieel als dienstknecht te bereiken, is onze Meester leren kennen, voor Hem ons uiterste best doen en tevreden zijn om de rest aan Hem over te laten. Ik zal een voorbeeld geven van iets waar je de komende tijd mee te maken krijgt. Je zult heen en weer geslingerd worden tussen de behoefte aan brood op de plank en een dak boven het hoofd, zorg voor je gezin, de roep van weduwen of wezen om je heen, en de vereisten van een roeping in de kerk. Als dat gebeurt, kun je in de verleiding komen om te mopperen of te klagen.

‘Maar bedenk dat we een Meester dienen en liefhebben die je liefheeft, die je kent en die almachtig is. Hij stelt geen eisen aan je dienstbetoon, maar creëert mogelijkheden om te groeien. Je kunt vol vertrouwen tot Hem bidden en vragen: ‘Wat wilt U dat ik nu doe?’ Als je nederig en met geloof luistert, zul je het antwoord voelen. En als je verstandig en goed bent, zul je doen wat je Meester heeft geboden. Dan laat je de rest aan Hem over.’

Als je het onbekende betreedt en je vasthoudt aan zuivere bronnen van waarheid en licht, laat je lijfspreuk dan zijn: ‘Wie kan ik dienen?’ Vergeet niet dat Christus heeft gezegd: ‘De belangrijkste van u zal uw dienaar zijn’ (Mattheüs 23:11). In de ogen van de Heer wordt grootsheid niet afgemeten aan wat we in ons leven bereiken, maar aan de naastenliefde waarmee we zijn kinderen behandelen.

Onze Vader in de hemel gelooft in je

Ik getuig van het bestaan van onze liefdevolle Vader in de hemel, die al je gebeden hoort; van zijn levende Zoon, onze Heiland, Jezus Christus; en van het oneindige zoenoffer van de Verlosser van ons allen. Er heeft een herstelling van eeuwige kennis en waarheid plaatsgevonden. Die gaat door en zal blijven doorgaan tot die glorierijke dag waarop Jezus Christus terugkeert. We zijn allemaal geliefd op manieren die we niet kunnen bevatten.

Ik ben erg dankbaar dat ik weet dat de toekomst door getrouwe dienstknechten, zoals jullie, gestalte zal krijgen. Op hoeveel talloze manieren gaan jullie ‘de handen die slap neerhangen’ verheffen (Leer en Verbonden 81:5)? Ik geloof in jullie vermogen om de mensheid te dienen. Maar wat nog belangrijker is, onze Vader in de hemel gelooft in je. Hij kent jullie allemaal en Hij reikt je zijn hand om je naar het ochtendgloren te leiden. Ga vreugdevol voorwaarts, vrienden, leg je hand in de hand van God en laat Hem je leiden om veilig het onbekende te betreden.

Noten

  1. Zie Minnie Louise Haskins, ‘God Knows’, 1908.

  2. Minnie Louise Haskins, ‘God Knows’, 1908.

  3. Russell M. Nelson, ‘Denk celestiaal!’, Liahona, november 2023, 117.

  4. Russell M. Nelson, ‘Vier geschenken van de Heiland’, Liahona, december 2019, 15.

  5. Brief van Vincent van Gogh aan Theo van Gogh, 16 maart 1877.

  6. Dallin H. Oaks, ‘Studying the Scriptures’ (toespraak tijdens devotional aan de Brigham Young University–Hawaii, 14 maart 1986), 18–21, Bibliotheek voor kerkgeschiedenis, Salt Lake City.

  7. Russell M. Nelson, ‘Het eeuwigdurend verbond’, Liahona, oktober 2022, 10.

  8. Henry B. Eyring, ‘Go Forth to Serve’ (toespraak voor afstuderenden aan de Brigham Young University, 25 april 2002), 2, speeches.byu.edu.

Afdrukken