Iets liefs zeggen
De auteur woont in Utah (VS).
Jonathan wilde een nieuw idee uitproberen.
‘Lieflijke woorden zijn […] zoet voor de ziel’ (Spreuken 16:24).
Jonathan zuchtte terwijl hij na school naar huis liep. Hij keek meestal uit naar het weekend. Maar de laatste tijd werd er veel geplaagd en geruzied thuis. Jonathan wenste dat ze samen meer plezier konden hebben.
Die avond knielde Jonathan in gebed neer. ‘Hemelse Vader, ik wil mijn familieleden helpen om beter met elkaar overweg te kunnen. Help mij alstublieft om een manier te verzinnen om iedereen zich geliefd te laten voelen. En help ze alstublieft om beter met elkaar overweg te kunnen. In de naam van Jezus Christus. Amen.’
Jonathan voelde zich blijer toen hij in bed kroop. Hij wist dat zijn hemelse Vader hem zou laten weten wat hij moest doen.
Op zondagavond na het eten deelde papa de taken voor de thuisavond uit. ‘Jonathan, jij hebt de leiding’, zei papa.
Jonathan glimlachte. Hij was dol op de thuisavond. Het was een speciale avond waarop ze allemaal tijd samen konden doorbrengen. Hij voelde daardoor een hechte band met zijn familie.
Dat bracht Jonathan op een idee! Misschien was er een manier om dat speciale gevoel de hele week vast te houden.
Op maandagavond zat Jonathan op zijn stoel te wiebelen terwijl hij wachtte tot de thuisavond begon. Eerst zei zijn broertje Chris het openingsgebed.
Jonathan ging staan. ‘Bedankt voor dat fijne gebed, Chris’, zei hij. ‘Ik wil nu graag iets nieuws introduceren. Het heet, “Iets liefs zeggen.”’
‘“Iets liefs zeggen?”’ vroeg Chris.
‘Ja! Wie de leiding heeft mag iets liefs zeggen over iedereen in ons gezin. En hij of zij mag niet vergeten om ook iets liefs over zichzelf te zeggen! Ik heb deze week de leiding. Dus ik mag over iedereen iets liefs zeggen.’
Jonathan glimlachte naar Chris. ‘Chris, jij wordt iedere ochtend vrolijk wakker. Je geeft mij het goede voorbeeld, vooral wanneer ik extra moe ben.’
Chris glimlachte. ‘Bedankt!’
Jonathan voelde zich warm vanbinnen. ‘Joanna, je werkt heel hard, maar ik hoor je nooit klagen. En je maakt altijd tijd voor mij vrij.’
‘Wat lief! Ik hou van je’, zei Joanna. Ze woelde door zijn haar en gaf hem een dikke knuffel.
Jonathan voelde zich nog warmer vanbinnen. ‘Tag kan heel goed luisteren. Wanneer ik hem tussen zijn colleges door opbel, geeft hij me altijd goed advies en spoort hij me aan om zo door te gaan. En voordat Benson op zending ging, hielp hij mij om van de Schriften te gaan houden. Ik mis hem, maar hij is heel goed bezig door mensen over onze hemelse Vader te vertellen.’
Jonathan keerde zich naar papa. ‘Papa, jij zorgt ervoor dat we altijd plezier hebben, wat we ook doen.’
Papa lachte. ‘Zelfs wanneer we helemaal nat en modderig worden als we voor de vierde keer onze tuin proberen aan te leggen?’
‘Zelfs dan!’ Jonathan lachte. ‘En mama, jij maakt altijd een heerlijk ontbijt voor ons elke ochtend voordat we naar school moeten. Daar kom ik ’s ochtends voor uit bed!’
‘Zeker weten!’ Papa sloeg zijn arm om mama heen.
Mama glimlachte en wierp Jonathan een kusje toe.
‘Nu moet je nog iets liefs over jezelf zeggen, Jonathan!’ zei Chris.
Jonathan straalde. ‘Met de hulp van onze hemelse Vader bedacht ik “Iets liefs zeggen.” Daar word ik blij van!’
Iedereen glimlachte naar Jonathan. ‘Iets liefs zeggen’ had zijn familie ook blij gemaakt.