Kom dan en volg Mij

Vier elementen van de volmaakte verzoening door de Heiland

Hannah Mortenson

Kerktijdschriften

De verzoening van Jezus Christus is volmaakt voor iedereen, en dus ook voor jou!

Illustraties, Corey Egbert

Heb je je weleens afgevraagd hoe Jezus Christus iedereen die ooit heeft geleefd kan redden? Hoe komt het dat zijn zoenoffer op iedereen van toepassing is?

Het begint allemaal met het heilsplan. Het werk van onze hemelse Vader houdt in ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen’ (Mozes 1:39). Maar er zijn wat hindernissen die ieder van ons moet nemen om de onsterfelijkheid en het eeuwige leven te ontvangen. We zullen allemaal op een dag doodgaan, dus we zijn niet onsterfelijk. En we begaan allemaal zonden, waardoor we het eeuwige leven, oftewel bij onze hemelse Vader wonen en leven zoals Hij leeft, niet verdienen.

Onze hemelse Vader wist dat we met die hindernissen te maken zouden krijgen, dus stuurde Hij zijn Zoon, Jezus Christus, naar de aarde om hier te leven, te lijden voor onze zonden, dood te gaan, en weer op te staan. Dat noemen we de verzoening van Jezus Christus. Doordat Jezus Christus dat gedaan heeft, zullen wij allemaal opstaan. En als we ons bekeren, kunnen we van onze zonden gereinigd worden en naar onze hemelse Vader terugkeren (zie 2 Nephi 9:8–9; Alma 11:41–43).

Niemand onder ons kan dat op eigen kracht doen. Jezus Christus is de enige die een zoenoffer voor ons kon brengen, want het moest volmaakt gedaan worden. Maar wat bedoelen we als we zeggen dat zijn zoenoffer volmaakt was?

Hier volgen vier aspecten die de verzoening van onze Heiland, Jezus Christus, volmaakt maakten.

1. Zijn goddelijke geboorte

Jezus Christus werd als de Zoon van God geboren (zie Mosiah 3:5–8). Hij had een sterfelijke moeder en een goddelijke Vader. Dit hield in dat Christus een sterfelijk leven zou meemaken en zelf keuzes zou maken, maar ook dat Hij Gods hulp en kracht zou krijgen, en de macht om op te staan.

2. Zijn zondeloze leven

Jezus Christus zondigde zijn hele leven niet. Hij gebruikte zijn keuzevrijheid om gehoorzaamheid en rechtschapenheid te kiezen in plaats van zonde (zie Mosiah 15:5; Leer en Verbonden 19:24; 20:22). Omdat Hij een volmaakt leven leidde, bracht Hij een waardig zoenoffer dat anderen van zonde kon verlossen.

3. Zijn lijden in de hof van Gethsémané en aan het kruis

In de hof van Gethsémané en aan het kruis op Golgotha onderging onze Heiland de pijn en de zonden van alle mensen die ooit hebben geleefd (zie Leer en Verbonden 19:16–19; Alma 7:11–14). Vanwege dat lijden begrijpt Jezus Christus wat jij voelt en meemaakt – het goede en het slechte – en kan Hij je helpen om je beproevingen te doorstaan.

4. Zijn dood en opstanding

Na zijn lijden in de hof werd Jezus Christus gearresteerd, gegeseld en gekruisigd. Hoewel Hij onschuldig was, werd Hij door zijn volk verworpen (zie Mosiah 3:9, Leer en Verbonden 45:3–4). Op de derde dag stond Jezus Christus op. Hij was de eerste op aarde die uit de dood herrees (zie 1 Korinthe 15:20–22). Hij stond op uit de dood en kreeg een volmaakt lichaam. Na zijn opstanding was zijn verzoening voor ons volledig volbracht. Door zijn macht kan Jezus ons helpen om zonde en de dood te overwinnen, zodat we kunnen terugkeren naar onze hemelse Vader om bij Hem te wonen (zie Leer en Verbonden 18:11–12; 20:23–26).

Wat heb je eraan dat je dit begrijpt?

Als we begrijpen hoe iets is gebeurd, kunnen we naar waarde schatten wat er is gebeurd. Omdat Jezus Christus zijn voorgeordende zending vervulde door zijn goddelijke geboorte, zondeloze leven, lijden, dood en opstanding, volbracht Hij de volmaakte verzoening.

De verzoening van Jezus Christus was zo volmaakt dat Hij ‘niet alleen zij die geloofden nadat Hij in het midden des tijds was gekomen in het vlees’ kan verlossen, maar ‘allen vanaf het begin’ (Leer en Verbonden 20:26). Ieder die ooit heeft geleefd – en jij dus ook! – kan geloof hebben, zich bekeren, verbonden sluiten en nakomen, en terugkeren bij onze hemelse Vader.