EEN OPROEP OM TE BLIJVEN GROEIEN
Ik ben in Brazilië geboren, in een goed gezin met vier zoons en goede ouders. Toen ik werd geboren, waren mijn ouders geen lid van de kerk. Zij werden lid van de kerk toen ik nog klein was. Op mijn achtste werd ik gedoopt en bevestigd als lid van de kerk.
Toen ik twaalf werd, nodigde mijn bisschop me uit voor een gesprek. In dat gesprek legde hij uit wat het Aäronisch priesterschap is. Hij vertelde me wat mijn taken als priesterschapsdrager waren. Omdat ik het enige actieve lid van het diakenenquorum was, werd ik aangesteld als president van het quorum. Mijn bisschop leerde me toen een belangrijke les over dienstbaarheid in de kerk.
Een eenvoudige uitnodiging
We zaten op een zondag in de kapel voordat de priesterschapsvergadering begon. Hij keek me aan en vroeg: ‘Waar zijn de andere jongens? Waar zijn de diakenen uit je quorum?’
Ik zei: ‘Ik ben de enige. Ik ben de enige diaken die ik ken.’
‘Wat doe je eraan om de leden van je quorum te leren kennen?’ vroeg hij.
Ik zei: ‘Ik weet niet wat ik moet doen.’
En toen zei hij vriendelijk tegen mij: ‘Ik zal je vertellen wat je moet doen.’
Na de vergadering nam hij me mee, en samen bezochten we iedere jongeman op de lijst van het quorum en nodigden we hen uit om terug te komen. Enkelen zijn na een paar bezoeken ook teruggekomen. Sommigen zijn op zending gegaan, hebben nu een geweldig gezin en zijn bisschop of ringpresident geworden. En dat begon allemaal met dat eenvoudige bezoek van mijn bisschop en mij. Hij besteedde aandacht aan een bijzondere behoefte in onze kleine wijk, en ik ben hem dankbaar voor de les die hij me toen heeft geleerd.
In de loop van mijn leven heb ik geleerd dat mensen bereid zijn om op onze uitnodiging in te gaan en terug te komen. Maar we moeten ze wel uitnodigen. Zelfs een jongen zoals ik toen, zonder enige ervaring in de priesterschap, kan veel doen om de groei van het koninkrijk te bevorderen.
Ik heb veel gehad aan die ervaring als quorumpresident. Die bisschop was een wijs man. Hij keek met visie naar de toekomst. Hij vertrouwde mij die opdracht toe omdat hij wist dat ik een jongeman was die een coach nodig had. En hij besloot zelf die coach te zijn. Daarom nam hij de tijd om mij te helpen en te steunen en met me mee te gaan. Dankzij hem leerde ik hoeveel vreugde je kan hebben als je in de kerk werkzaam bent en met je getuigenis aan de slag gaat. Het was geweldig. Ik ben hem daar eeuwig dankbaar voor.
Een les over het getuigenis
Toen ik bijna zestien was, gaf diezelfde bisschop mij de opdracht om tijdelijk in te vallen voor een jonge zondagsschoolleerkracht. Toen hij me daarover aansprak, was ik bang en zenuwachtig. Ik vond dat ik niet genoeg kennis had om les te geven. Ik dacht: ‘Hoe kan ik in die klas lesgeven? Het lijkt wel of de ene blinde de anderen leidt.’
Ik kan me nog een bepaalde les herinneren die ging over een getuigenis van Jezus Christus. We bestudeerden in het Boek van Mormon hoe we een getuigenis van het evangelie konden krijgen. Ik voelde in mijn hart dat de kerk waar is en dat Jezus de Christus is. Maar ik had daar nog nooit over gebeden. Ik dacht: ‘Hoe kan ik in hemelsnaam deze kinderen vertellen dat ze om een antwoord moeten bidden terwijl ik dat zelf nog nooit heb gedaan?’
Vanaf mijn geboorte ben ik onderricht in het geloof in Jezus Christus. En nadat ik lid van de kerk was geworden, had ik altijd dat warme gevoel in mijn hart over Jezus Christus, mijn hemelse Vader en de kerk. Ik had nooit stilgestaan bij de vraag of dit wel de ware kerk van Jezus Christus was. Ik had er nooit over gebeden omdat die gevoelens al zo sterk waren. Maar in die week waarin ik me op die les voorbereidde, kwam ik tot het besluit dat ik moest bidden om de bevestiging dat het evangelie waar is.
Ik knielde in mijn kamer neer en besloot met heel mijn hart te bidden om de bevestiging te krijgen dat dit de ware kerk van Jezus Christus is. Ik verwachtte geen grote manifestatie of engel of zoiets. Ik wist gewoon niet wat ik moest verwachten.
Toen ik neerknielde en de Heer vroeg of het evangelie waar is, kreeg ik een heel fijn gevoel in mijn hart, een zachte stem die bevestigde dat het evangelie waar is en dat ik erin moest volharden. Het gevoel was zo sterk dat ik het nooit heb kunnen ontkennen. En ik heb het nooit naast me neer kunnen leggen. Hoewel het een zachte stem was, was het een heel sterk gevoel in mijn hart.
De volgende dag voelde ik me zo gelukkig dat ik alleen maar aan goede dingen kon denken. Als de kinderen op school iets slechts zeiden, luisterde ik niet eens naar ze. Het leek wel of ik in de hemel was met dat heerlijke gevoel in mijn hart.
Toen ik de volgende zondag voor de klas met kinderen stond, kon ik mijn getuigenis geven en ze vertellen dat onze hemelse Vader onze gebeden verhoort als wij geloof hebben. Ik las Jakobus 1:5 voor, dezelfde tekst die Joseph Smith had gelezen voordat hij God om raad vroeg. Maar in het volgende vers staat dat we in geloof moeten bidden, ‘want wie twijfelt, gelijkt op een golf der zee, die door de wind aangedreven en opgejaagd wordt’ (Jakobus 1:6). Er staat ook dat iemand geen antwoord mag verwachten als hij of zij tijdens het bidden geen vertrouwen heeft in zijn of haar hart. En toen vertelde ik mijzelf en mijn klasje dat we in oprecht geloof moeten vragen en naar een antwoord moeten verlangen. Dan zal de Heer ons antwoorden.
Sindsdien heeft mijn getuigenis mij geholpen om goede beslissingen te nemen, vooral in moeilijke tijden. Het was voor ons allemaal moeilijk om de normen van het evangelie na te leven, vooral voor wie, net als ik, het enige lid van de kerk op hun school waren. Vooral als ik door mijn vrienden onder druk werd gezet om iets verkeerds te doen, herinnerde mijn getuigenis diep in mijn hart mij eraan dat ik het ware evangelie van Jezus Christus wilde naleven. Na die ervaring heb ik dat getuigenis nooit kunnen verwerpen.
Die dag is mijn leven veranderd. Met de hulp van mijn geweldige bisschop en mijn familie heb ik me daarna op een zending voorbereid. Ik heb een zending vervuld, en toen ik terugkwam, ben ik gaan studeren. Ik ben getrouwd en heb een gezin gesticht. En dat allemaal als gevolg van dat gebed toen ik zestien jaar oud was.
Een leven lang blijven groeien
Zoals ik al eerder zei, wist ik dat het evangelie waar is, maar ik moest het vragen en vervolgens andere mensen over mijn ervaring vertellen. Dat heeft me ook op mijn zending geholpen, want als ik mensen uitnodigde om te bidden, kon ik ze over mijn eigen ervaring vertellen en ze laten weten dat ik het ook gedaan had. Ik kon getuigen dat zij een antwoord konden ontvangen als ze in geloof zouden bidden.
Ik heb grote zegeningen ontvangen als gevolg van die kansen om te leren, te dienen en te groeien in mijn roepingen en opdrachten in de kerk. Ik bid dat als jullie ook zulke kansen krijgen aangeboden, dat je er gebruik van zult maken. Ze kunnen een grote invloed op je leven hebben.