Notities oktoberconferentie
‘Wat Ik, de Heer, heb gesproken, heb Ik gesproken, (…) hetzij door mijn eigen stem, hetzij door de stem van mijn dienstknechten, dat is hetzelfde’ (LV 1:38).
Deze pagina’s — en de conferentienotities in volgende uitgaven — kunnen u helpen om de recente leringen van de hedendaagse profeten en apostelen in de algemene oktoberconferentie van 2011 nader te bestuderen en toe te passen.
Een profetische belofte
‘Er is geen dag voorbijgegaan of ik heb door middel van gebed met mijn Vader in de hemel gecommuniceerd. Het is een relatie die ik koester — ik zou echt verloren zijn als ik die niet had. Als u nu niet zo’n relatie hebt met uw Vader in de hemel, dan dring ik erop aan dat u daaraan gaat werken. Als u dat doet, hebt u recht op zijn inspiratie en leiding — en die hebben we allemaal nodig willen we geestelijk overleven tijdens ons verblijf hier op aarde. Zulke inspiratie en leiding geeft Hij vrijelijk als wij er maar om vragen.’
President Thomas S. Monson, ‘Op heilige plaatsen staan’, Liahona, november 2011, p. 84.
Heengaan en doen
Ouderling L. Tom Perry van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd dat we de kerk als volgt meer bekendheid kunnen geven:
-
‘We moeten onbevreesd over Jezus Christus spreken. We willen anderen laten weten dat we geloven dat Hij de spil van de menselijke geschiedenis is.’
-
‘We moeten een rechtschapen voorbeeld zijn. (…) Ons leven moet een voorbeeld van goedheid en deugdzaamheid zijn in navolging van zijn voorbeeld.’
-
‘Praat (…) over de kerk. In het dagelijks leven worden we gezegend met veel mogelijkheden om anderen over ons geloof te vertellen.’
Uit: ‘De volmaakte liefde drijft de vrees uit’, Liahona, november 2011, pp. 42–43.
Vul de ontbrekende woorden in
-
‘Een gebedsvolle studie van leidt tot geloof in God de Vader, in zijn geliefde Zoon, en in zijn evangelie. Het zal uw geloof in Gods profeten, vanouds en hedendaags, versterken. Het zal u dichter bij God brengen dan enig ander boek. Het zal uw leven ten goede veranderen.’ (Henry B. Eyring, ‘Een getuige’, Liahona, november 2011, pp. 70–71.)
-
‘Een wordt een blijvende vriend die niet verflauwt naarmate de tijd verstrijkt.’ (Richard G. Scott, ‘De kracht van de Schriften’, Liahona, november 2011, p. 6.)
-
‘Tot wie vinden dat hun leven niet eerlijk verloopt, zeg ik dat de alle oneerlijkheid van het leven dekt.’ (Quentin L. Cook, ‘De gezangen die ze niet konden zingen’, Liahona, november 2011, p. 106.)
-
‘Als we hebben, zijn we bereid om anderen te dienen en te helpen, ook als het ons niet goed uitkomt, en zonder verwachting van erkenning of beloning.’ (Silvia H. Allred, ‘De liefde vergaat nimmermeer’, Liahona, november 2011, p. 115.)