Huisbezoekboodschap
In tijd van nood in actie komen
Bestudeer dit materiaal met een gebed in uw hart en bespreek het naar behoefte met de zusters die u bezoekt. Gebruik de vragen om de zusters te sterken en de ZHV actief deel uit te laten maken van uw eigen leven.
Als huisbezoeksters is gezinnen versterken een van de doelen die we nastreven. De zusters die we bezoeken dienen te kunnen zeggen: ‘Als ik problemen heb, weet ik dat ik zonder te vragen op de hulp van mijn huisbezoeksters kan rekenen.’ Om te dienen moeten we aandacht hebben voor de noden van de zusters die we bezoeken. Wanneer we naar inspiratie zoeken, weten we hoe we in de geestelijke en materiële behoeften van de ons toegewezen zusters kunnen voorzien. Dan kunnen wij ze met onze tijd, vaardigheden, talenten, gelovige gebeden, en geestelijke en emotionele steun liefdevol tot hulp zijn in tijden van ziekte, overlijden en andere bijzondere omstandigheden.1
De huisbezoeksters brengen het ZHV-presidium op de hoogte van leden met bijzondere behoeften zoals lichamelijke of emotionele aandoeningen, noodsituaties, geboorte, overlijden, handicaps, eenzaamheid of andere moeilijkheden. De ZHV-presidente rapporteert haar bevindingen vervolgens aan de bisschop. Onder zijn leiding coördineert ze de nodige hulp.2
Als huisbezoekster ‘hebben wij [alle reden] om ons te verheugen’, vanwege ‘de zegen die Hij ons heeft geschonken, dat wij een werktuig in de handen Gods zijn gemaakt om dat grote werk teweeg te brengen’ (Alma 26:1, 3).
Uit de Schriften
Matteüs 22:37–40; Lucas 10:29–37; Alma 26:1–4; Leer en Verbonden 82:18–19
Uit onze geschiedenis
In de beginjaren van de kerk was het aantal leden beperkt en woonde men dicht bij elkaar. De leden konden snel hulp bieden wanneer iemand in nood verkeerde. Tegenwoordig zijn er ruim veertien miljoen leden over de hele wereld verspreid. Het huisbezoek maakt deel uit van het plan van de Heer om al zijn kinderen hulp te bieden.
‘De enige manier waarop een zo grote kerk in een zo gevarieerde wereld steun en troost kon bieden, was door individuele dienstmaagden in de nabijheid van mensen met behoeften’, zegt president Henry B. Eyring, eerste raadgever in het Eerste Presidium.
‘[…] Elke bisschop en elke gemeentepresident heeft een ZHV-presidente op wie hij kan vertrouwen’ vervolgt hij. ‘Zij heeft huisbezoeksters die op de hoogte zijn van de problemen en behoeften van elke zuster. Via hen leert zij het hart van de mensen en hun gezinsleden kennen. Zij kan in behoeften voorzien en de bisschop helpen bij zijn roeping om voor individuele leden en gezinnen te zorgen.’3