2014
Waarom wij het evangelie verkondigen
Augustus 2014


Waarom wij het evangelie verkondigen

Uit een toespraak op een instructiebijeenkomst voor nieuwe zendingspresidenten in het opleidingscentrum voor zendelingen te Provo op 22 juni 2008.

Ouderling D. Todd Christofferson

Als heiligen der laatste dagen heeft ieder van ons een zendingsdoel — andere mensen uitnodigen om tot Christus te komen.

Two women sitting on a park bench.  One is holding an open copy of a Church magazine.

In het eerste hoofdstuk van Predik mijn evangelie wordt een vraag gesteld die op elk lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen van toepassing is: ‘Wat wordt er van mij verwacht als zendeling?’

Het antwoord, samengevat in één zin, luidt: ‘Anderen uitnodigen om tot Christus te komen, door met uw hulp het herstelde evangelie aan te nemen, met geloof in Jezus Christus en zijn verzoening, bekering, de doop, de gave van de Heilige Geest en volharding tot het einde toe.’1

Leden als zendelingen

We zijn allemaal geroepen om zendeling te zijn. En om het evangelie van Jezus Christus doeltreffend te verkondigen, moeten we dit doel in gedachten hebben, in ons hart voelen, in onze ziel aanvaarden, en ernaar handelen. Doen we dat, dan inspireert en leidt het ons als we anderen over het evangelie vertellen. We moeten duidelijk onderscheid maken tussen het doel van de verkondiging van het evangelie en de middelen om dat doel te bereiken.

Het is niet ons doel om alleen maar deel te nemen aan gesprekken over het evangelie, om met zoveel mogelijk mensen over de kerk te praten, of alleen doelen te stellen en plannen te maken. Die dingen zijn belangrijk, maar ze zijn een middel om het doel te bereiken, en dat doel is mensen tot Christus te brengen.

Zendingsgericht

Denk eens na over enkele voorbeelden van wat er gebeurt als onze inzet om anderen over het evangelie te vertellen zendingsgericht is:

  1. We onderwijzen mensen zodat ze het evangelie echt begrijpen, en gaan inzien waarom en hoe ze zich moeten bekeren. We luisteren naar wat de onderzoeker op het hart heeft en reageren daarop.

  2. We luisteren naar de Heilige Geest om te onderscheiden wie de Geest voelen terwijl we met hen spreken.

  3. We maken — als gezin, als wijkraad en in overleg met de voltijdzendelingen — plannen om ervoor te zorgen dat er aan alles wordt gedacht wat er nodig is voor de bekering en doop van elke onderzoeker, en dat die plannen ook worden uitgevoerd.

  4. We verheugen ons in de mogelijkheid om ons te vergasten aan Gods woord omdat we doelgericht studeren. We zoeken naar antwoorden op de zielsvragen van onze onderzoekers en onze eigen vragen.

  5. We nodigen mensen uit voor kerkdiensten, niet alleen omdat wij geloven dat we dat moeten doen, maar omdat we begrijpen dat deelname in de kerk belangrijk is voor de onderzoeker teneinde een groter verlangen te ontwikkelen om zich te laten dopen en een fundament te leggen voor volharding tot het einde in het evangelieverbond. Met dat doel in gedachten ervaren we een grotere drang om anderen uit te nodigen om naar de kerk komen. We leggen dan het belang van zondagse aanbidding anders uit, en wat men mag verwachten in een mormoonse kerkdienst. De geest die onze woorden kracht bijzet zal meer overtuigen dan anders het geval zou zijn.

In u opnemen en begrijpen

Negeer alstublieft de vraag in hoofdstuk 1 van Predik mijn evangelie niet: ‘Wat wordt er van mij verwacht als zendeling?’ Begrijp waarom het zo belangrijk is om mensen tot Christus brengen door de beginselen en verordeningen van het herstelde evangelie. Dan begrijpt u ook dat het evangelie verkondigen geen programma is — het is de goede zaak van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Begrijp waarom het zo belangrijk is om mensen uit te nodigen tot Christus te komen. Dan begrijpt u ook dat de wereld alleen door De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen toegang heeft tot verzoenende genade en heil. Dan begrijpt u waar het bij de verkondiging van het evangelie om draait, en zet u zich met hart en ziel voor de goede zaak van de Vader in. Dan weet u dat de voltijdzendelingen net als de zoons van Mosiah onderwijzen met ‘kracht en met gezag van God’ (Alma 17:3), en dan zult u hen vragen om mensen te onderwijzen aan wie u l deze uitnodiging al hebt gegeven: ‘Komt en gij zult het zien’ (Johannes 1:40).

Onze uitnodiging — kom tot Christus

Ik vind dat het doel van het zendingswerk een weerspiegeling is van de grootsheid en heerlijkheid van God (zie Mozes 1:39). Welk werk is grootser dan kinderen van God naar hun uiteindelijke heil voeren door de genade van hun Verlosser, de Heer Jezus Christus? Bedenk dat ons zendingsdoel niet alleen is om andere mensen te waarschuwen, maar ze te redden; niet alleen om ze te onderwijzen, maar ze te dopen; niet alleen om anderen tot Christus te brengen, maar ze tot het einde standvastig in Christus te laten zijn.

Onze uitnodiging aan de wereld is om tot Christus te komen. Tot Christus komen is een korte manier om in drie woorden het heilsplan te beschrijven. Het houdt in dat we de vruchten van zijn verzoening en opstanding verkrijgen — uiteindelijk het eeuwige leven. Of we het eeuwige leven verkrijgen, is afhankelijk van de manier waarop we onze morele keuzevrijheid gebruiken. Maar het is alleen mogelijk door de genade van Jezus Christus. Tot Hem komen betekent dat we voldoen aan de vereisten om die genade te verkrijgen — de vergiffenis schenkende, heiligende, veranderende, verlossende kracht van zijn oneindige zoenoffer.

Dit goede nieuws, het evangelie, wordt het beste door Jezus zelf in het Boek van Mormon verwoord:

‘Zie, Ik heb u mijn evangelie gegeven, en dit is het evangelie dat Ik u heb gegeven: dat Ik in de wereld ben gekomen om de wil te doen van mijn Vader, want mijn Vader heeft Mij gezonden.

‘En mijn Vader heeft Mij gezonden opdat Ik aan het kruis zou worden verhoogd; en opdat Ik, na aan het kruis te zijn verhoogd, alle mensen tot Mij zou kunnen trekken, zodat evenals Ik door de mensen was verhoogd, ook de mensen zouden worden verhoogd door de Vader, om voor Mij te staan, om naar hun werken te worden geoordeeld, hetzij die goed, hetzij die kwaad zijn —

‘en om die reden ben Ik verhoogd; daarom zal Ik, volgens de macht van de Vader, alle mensen tot Mij trekken, zodat zij naar hun werken kunnen worden geoordeeld’ (3 Nephi 27:13–15).

Blijde boodschap en goed nieuws

Het goede nieuws, waar het evangelie uiteindelijk om draait, is dat we een Vader in de hemel hebben die uit liefde voor ons zijn eniggeboren Zoon heeft gestuurd om ons van zonde en dood te verlossen. De Zoon, die de Vader volmaakt gehoorzaamt en Hem de eer geeft, gaf hiervoor zijn leven. Hij kocht ons met zijn bloed, en wij zijn Hem rekenschap verschuldigd voor ons leven (zie 1 Korintiërs 6:19–20). Hij is nu onze Rechter. Hij is de Rechtvaardigheid in eigen persoon.

De blijde evangelieboodschap verklaart verder dat Jezus vanwege zijn zoenoffer bovendien de Barmhartigheid in eigen persoon is. Zijn barmhartigheid, goedheid en genade zijn voldoende om ons te vergeven en te reinigen zodat we op de dag des oordeels heilig en vlekkeloos voor Hem kunnen staan. (Zie 2 Nephi 2:8; Moroni 10:32–33.)

Het zendingsdoel in Predik mijn evangelie verklaart wat er moet gebeuren om dit mogelijk te maken. Er staat wat we moeten doen om vergiffenis te krijgen en gereinigd te worden: ‘Dat u geloof oefent in Jezus Christus, u bekeert van uw zonden, u laat dopen, de gave van de Heilige Geest ontvangt en in geloof tot het einde toe volhardt.’2

Verder besluit de Heiland in 3 Nephi 27 zijn verklaring van wat het evangelie inhoudt:

‘En het zal geschieden dat wie zich bekeert en zich in mijn naam laat dopen, zal worden vervuld; en indien hij tot het einde volhardt, zie, hem zal Ik onschuldig houden voor het aangezicht van mijn Vader ten dage dat Ik zal staan om de wereld te oordelen. […]

‘En niets onreins kan zijn koninkrijk ingaan; daarom gaat niemand tot zijn rust in behalve zij die hun klederen in mijn bloed hebben gereinigd, wegens hun geloof en de bekering van al hun zonden en hun getrouwheid tot het einde.

‘Welnu, dit is het gebod: bekeert u, al gij einden der aarde, en komt tot Mij en laat u dopen in mijn naam, zodat gij door het ontvangen van de Heilige Geest kunt worden geheiligd, zodat gij ten laatsten dage vlekkeloos voor mijn aangezicht kunt staan.

‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, dit is mijn evangelie’ (3 Nephi 27:16, 19–21).

Geloof en toewijding

Geven we met de Geest ons getuigenis van het evangelie, dan zullen zij die bereid zijn ernaar te luisteren, geloof krijgen in Jezus Christus en zijn verzoening. Door dat geloof zullen ze zich willen bekeren. Leden en voltijdzendelingen kunnen, ook weer met de Geest, ze leren welke veranderingen ze moeten aanbrengen, en kunnen ze uitnodigen en laten toezeggen om dit te doen. De grootste toezegging waartoe we een onderzoeker uitnodigen, is de doop door water. Die doop wordt gevolgd, of beter gezegd vervolledigd, door de gave van de Heilige Geest, die voor heiliging en vergeving van zonden zorgt (zie 2 Nephi 31:17).

Die toestand van gerechtvaardigd en vlekkeloos voor de Heer staan is ons leven lang in stand te houden door te leven in geloof, ons zo nodig te bekeren en de doopbeloften nieuw leven in te blazen. Dat noemen we volharden tot het einde. Wie tot het einde volhardt, hoeft niet te vrezen om naar zijn werken geoordeeld te worden, want dat zijn dan werken van geloof, bekering en de doop met water en de Geest geweest.

De eerste beginselen voorop

Deze uitspraak van Hyrum Smith in Predik mijn evangelie is diepzinnig: ‘Verkondig de eerste beginselen van het evangelie — verkondig ze steeds weer: u zult merken dat er dag in dag uit nieuwe denkbeelden en nader licht over die beginselen aan u worden geopenbaard. U kunt ze doorgronden en beter gaan begrijpen. Dan bent u in staat om ze duidelijk te maken aan degenen die [u] onderwijst.’3

In deze uitspraak legt patriarch Hyrum Smith uit dat deze eerste beginselen, de kern van het evangelie, niet in één keer volledig te begrijpen zijn. Nader licht en groter begrip komen in de loop van de tijd in meerdere openbaringen.

Als leden hun getuigenis geven en samen met de voltijdzendelingen lesgeven, doen ze er goed aan om te bedenken dat hun begrip van het evangelie niet alleen groeit door studie, maar ook door anderen over het evangelie te vertellen. Als we studeren, ons voorbereiden en met de Geest andere mensen over de evangeliebeginselen vertellen, ‘dan [zijn we] in staat om ze duidelijk te maken’. Dan zal de Geest getuigen tot allen die aan de gesprekken deelnemen — leden, zendelingen en onderzoekers — en hun instructie geven.

Doe mee met het heilswerk

Lees op hasteningthework.lds.org hoe u kunt helpen met bekering, behoud en activering.

Meer informatie over de vreugde van evangelieprediking vindt u op lds.org/topics/missionary-work/change, en op lds.org/church/share kunt u te weten komen hoe u online het evangelie kunt verkondigen.

Elder missionaries teaching people in Ghana.

Het waarom, wat en hoe

Het waarom, wat en hoe van het zendingswerk wordt het duidelijkst in het Boek van Mormon uitgelegd. Het staat vol voorbeelden van mensen die het doel van zendingswerk begrepen en zich er volledig voor inzetten. We vinden er de allerduidelijkste Schriftuurlijke uiteenzettingen over de fundamentele leerstellingen waarin wij moeten onderwijzen. En die uiteenzettingen brengen een geest van bekering en een getuigenis van die leerstellingen met zich mee. Het zal allen die het lezen en er met een oprecht hart en een ware bedoeling over bidden tot bekering brengen (zie Moroni 10:3–5).

Het Boek van Mormon bevestigt dat Jezus Christus werkelijk de Zoon van God en de heilige Messias is. Het inspireert tot geloof in Hem. Het brengt mensen tot Christus. Wij zijn de auteurs ervan, en de profeet Joseph Smith, die het door de gave en macht van God heeft vertaald, eeuwig dank verschuldigd.

Ik getuig dat, zowaar de Heer leeft, het Boek van Mormon waar is. Het getuigenis van Jezus Christus dat erin staat, is waar. De vertaler, Joseph Smith, is de grote profeet van de herstelling. Leer van het Boek van Mormon, bestudeer het, onderwijs eruit, hou ervan, en handel ernaar, dan komt u erachter waarom we het evangelie verkondigen, en dat het ons voorrecht en onze plicht is andere mensen uit te nodigen en te helpen tot Christus te komen.

Noten

  1. Predik mijn evangelie: handleiding voor zendingswerk (2004), p. 1.

  2. Predik mijn evangelie, p. 1.

  3. Predik mijn evangelie, p. 6.