Het tevoorschijn komen van het Boek van Mormon
De historische feiten en de bijzondere getuigen van het Boek van Mormon bevestigen dat het tevoorschijn komen van het boek een wonder was.
De profeet Joseph Smith heeft tijdens een bijeenkomst met de ouderlingen van de kerk gezegd: ‘Haal het Boek van Mormon en de openbaringen weg, en wat blijft er van onze godsdienst over? Niets.’1 Lieve broeders en zusters, na het eerste visioen kwam het Boek van Mormon op wonderbaarlijke wijze tevoorschijn. Dat was de tweede fundamentele mijlpaal van de voortgaande herstelling van het evangelie van Jezus Christus in deze bedeling. Het Boek van Mormon getuigt van Gods liefde voor zijn kinderen en van het onzelfzuchtige, goddelijke zoenoffer van de Heer Jezus Christus. Het hoogtepunt van dit boek is zijn bediening onder de Nephieten kort na zijn opstanding.2 Het getuigt ook dat het overblijfsel van het huis van Israël door zijn werk in de laatste dagen één moet worden, en dat het niet voor eeuwig is verworpen.3
Bestuderen we het tevoorschijn komen van deze heilige Schriftuur in de laatste dagen, dan beseffen we dat het hele gebeuren wonderbaarlijk was – van het moment dat de profeet Joseph de gouden platen van een engel kreeg en die door ‘de gave en de macht van God’ vertaalde,4 tot het behoud en de publicatie ervan door de hand van de Heer.
Het tevoorschijn komen van het Boek van Mormon begon lang voordat Joseph Smith de gouden platen van de engel Moroni kreeg. Profeten vanouds hebben over de komst van dit heilige boek in onze tijd geprofeteerd.5 Jesaja sprak over een verzegeld boek en zei dat mensen over Gods woord zouden twisten wanneer dat tevoorschijn zou komen. In die situatie zou God ‘wonderlijk en wonderbaar’ met het volk handelen, en ‘de wijsheid van [de] wijzen [laten] vergaan en het verstand van [de] verstandigen […] verbergen’, terwijl de zachtmoedigen ‘blijdschap op blijdschap [zouden] hebben in de Heere, en de armen onder de mensen […] zich in de Heilige van Israël [zouden] verheugen’6 Ezechiël zei dat het stuk hout van Juda (de Bijbel) en het stuk hout van Efraïm (het Boek van Mormon) zouden worden samengevoegd. Zowel Ezechiël (in het Oude Testament) als Lehi (in het Boek van Mormon) zeiden dat ze zouden ‘samengroeien’ om valse leerstellingen te weerleggen, vrede te vestigen en ons tot de kennis van de verbonden te brengen.7
Op 21 september 1823, drieënhalf jaar na het eerste visioen, verscheen de engel Moroni, de laatste Nephitische profeet in het oude Amerika, drie keer aan Joseph in antwoord op zijn oprechte gebeden. Tijdens hun gesprekken, die de hele nacht duurden, vertelde Moroni Joseph dat God een groot werk voor hem had: de vertaling en publicatie van de geïnspireerde woorden van profeten uit het oude Amerika.8 De volgende dag ging Joseph naar een plek, dichtbij zijn huis, waar Moroni de platen eeuwen geleden tegen het eind van zijn leven had verborgen. Daar verscheen Moroni nogmaals aan Joseph en zei dat hij zich moest voorbereiden om de platen op een dag te verkrijgen.
De daaropvolgende vier jaar kreeg Joseph telkens op 22 september meer instructie van Moroni over hoe het koninkrijk van de Heer in de laatste dagen moest worden bestuurd. Er verschenen ook engelen van God aan Joseph, die de grootheid en heerlijkheid ontvouwden van de gebeurtenissen die in deze bedeling zouden plaatsvinden.9
Zijn huwelijk met Emma Hale in 1827 maakte deel uit van zijn voorbereiding. Zij speelde een belangrijke rol in het leven en de bediening van de profeet. In september 1827 vergezelde Emma Joseph zelfs naar de heuvel waarin de platen verborgen waren, waar ze wachtte terwijl de engel Moroni de kroniek aan hem overdroeg. Joseph ontving de belofte dat de platen zouden worden beschermd als hij alles in het werk stelde om ze veilig te bewaren totdat Moroni ze kwam ophalen.10
Geliefde metgezellen in het evangelie, archeologische vondsten worden doorgaans door opgravingen gedaan, of per ongeluk tijdens een bouwproject. Joseph Smith werd echter door een engel naar de platen geleid. Dat alleen al was een wonder.
Maar de vertaling van het Boek van Mormon was ook een wonder. Die heilige kroniek werd niet op de traditionele manier vertaald, want geleerden vertalen oude teksten doorgaans door de oude taal in kwestie te leren. We moeten het proces als ‘openbaring’ zien met behulp van voorwerpen waarin de Heer voorzag, in plaats van als een ‘vertaling’ door een taalkundige. Joseph Smith heeft gezegd: ‘Door de macht van God vertaalde ik het Boek van Mormon van hiëroglyfen, waarvan de kennis verloren was gegaan voor de wereld. In deze geweldige gebeurtenis stond ik alleen als ongeletterde jongeman die de wereldse wijsheid en gezamenlijke onwetendheid van achttien eeuwen moest bestrijden met een nieuwe openbaring.’11 De wonderbaarlijke snelheid waarmee Joseph Smith de platen vertaalde, is ook een duidelijk teken dat de Heer hem hielp.12
Josephs schrijvers getuigden dat de macht van God tijdens de vertaling van het Boek van Mormon kenbaar was. Oliver Cowdery heeft gezegd: ‘Dit waren dagen om nooit te vergeten – te zitten onder het geluid van een stem die door inspiratie uit de hemel werd bevolen te spreken, wekte de allergrootste dankbaarheid op van dit hart! Dag in dag uit ging ik zonder onderbreking verder om de woorden uit zijn mond op te schrijven, terwijl hij […] het Boek van Mormon [vertaalde].’13
Uit historische bronnen blijkt dat men de platen van Joseph probeerde te stelen vanaf het moment dat hij ze in 1827 ontving. Hij heeft daarover gezegd: ‘Er werden uiterste pogingen gedaan om ze mij te ontnemen. Iedere list die maar kon worden bedacht, werd voor dat doel aangewend.’14 Uiteindelijk moesten Joseph en Emma van Manchester in New York naar Harmony in Pennsylvania (VS) verhuizen om de vertaling te kunnen voortzetten. Daar waren ze veilig voor bendes en mensen die de platen wilden stelen.15 Een geschiedkundige heeft gezegd: ‘Zo eindigde de eerste moeilijke fase van Josephs rentmeesterschap van de platen. […] De kroniek was echter veilig, en door die met veel moeite te beschermen had Joseph ongetwijfeld veel over de werkwijze van God en de mens geleerd. Hij zou nog veel aan die kennis hebben.’16
Toen Joseph het Boek van Mormon vertaalde, vernam hij dat God de platen aan getuigen zou laten zien.17 Dat maakte deel uit van het patroon dat de Heer instelde: ‘In de mond van twee of drie getuigen [staat] elk woord [vast].’18 Oliver Cowdery, David Whitmer en Martin Harris hielpen Joseph vanaf het begin met Gods wonderbare werk in deze bedeling. Zij werden de eerste bijzondere getuigen van het Boek van Mormon voor de wereld. Ze getuigden dat een engel vanuit de tegenwoordigheid van de Heer hun de oude kroniek had laten zien en dat ze de graveersels op de platen hadden gezien. Ze getuigden ook dat ze de stem van God hadden horen zeggen dat de vertaling door de gave en de macht van God was verricht. Vervolgens hadden ze het gebod gekregen om tot de hele wereld te getuigen.19
De Heer liet de gouden platen aan nog acht andere mannen zien en riep hen als bijzondere getuigen van de waarheid en goddelijkheid van het Boek van Mormon. Ze getuigden dat ze de platen en de graveersels erop hadden gezien en onderzocht. Hoewel ze tegenspoed, vervolging en allerlei moeilijkheden doormaakten, en ook al wankelden sommigen later in hun geloof, deze elf uitverkoren getuigen van het Boek van Mormon hebben nooit ontkend dat ze de platen hadden gezien. Joseph Smith was niet meer de enige die een engel en de gouden platen had gezien.
Volgens Lucy Mack Smith was haar zoon zielsgelukkig toen de getuigen de platen hadden gezien. Joseph zei tegen zijn ouders: ‘Ik voel me verlost van een last die bijna ondraaglijk voor me was. Mijn ziel is verheugd dat ik niet meer helemaal alleen in de wereld ben.’20
Joseph Smith kreeg met veel tegenstand te maken toen hij het Boek van Mormon wilde laten drukken. Hij overtuigde Egbert B. Grandin, een drukker in Palmyra, om het te drukken, nadat Martin Harris uit geloof een groot offer had gebracht door een hypotheek op zijn boerderij te nemen als onderpand voor de drukkosten. Mede vanwege de voortdurende tegenstand na de publicatie van het Boek van Mormon, verkocht Martin Harris 61 hectare van zijn boerderij om de publicatie te bekostigen. In een openbaring aan Joseph Smith gebood de Heer Martin Harris zijn bezit niet te begeren en de druk te financieren van het boek dat ‘de waarheid en het woord van God bevat’.21 In maart 1830 rolden de eerste vijfduizend exemplaren van het Boek van Mormon van de pers. Er zijn ondertussen meer dan 180 miljoen exemplaren in ruim honderd talen gedrukt.
De historische feiten en de bijzondere getuigen van het Boek van Mormon bevestigen dat het tevoorschijn komen van het boek een wonder was. Niettemin schuilt de kracht van dit boek niet in zijn indrukwekkende geschiedenis, maar in zijn krachtige, ongeëvenaarde boodschap die ontelbare levens heeft veranderd – waaronder het mijne!
Ik las het Boek van Mormon voor het eerst als jonge seminariecursist. Op aanbeveling van mijn leerkrachten begon ik met de inleiding. De belofte op de eerste pagina’s van het Boek van Mormon weerklinkt nog steeds in mijn gedachten, namelijk om het ‘in [je] hart te overwegen en daarna God [in geloof] in de naam van Christus te vragen of het boek waar is. Zij die daartoe bereid zijn […], zullen door de macht van de Heilige Geest een getuigenis van de waarheid en goddelijkheid ervan ontvangen.’22
Met die belofte in gedachten en een gebed in mijn hart streefde ik ernaar de waarheid te achterhalen. Ik bestudeerde het Boek van Mormon beetje bij beetje door in het seminarie wekelijks de leesopdrachten te doen. Ik weet nog goed dat een warm gevoel geleidelijk in mijn boezem ging zwellen, mijn hart vervulde, mijn verstand verlichtte en steeds heerlijker voor me werd, zoals Alma aan zijn volk uitlegde toen hij Gods woord tot hen predikte.23 Dat gevoel evolueerde uiteindelijk in kennis die zich in mijn hart nestelde en het fundament werd van mijn getuigenis van de belangrijke gebeurtenissen en leringen in dit heilige boek.
Door die en andere onbetaalbare persoonlijke ervaringen is het Boek van Mormon de sluitsteen die mijn getuigenis van Jezus Christus en zijn evangelie staande houdt. Het is een van de steunpilaren die tot mij getuigt van het goddelijke zoenoffer van de Heiland. Het is mijn schild tegen de pogingen van de tegenstander om mijn geloof te verzwakken en de twijfel die hij voortdurend in mijn verstand wil zaaien. Het geeft me moed om van de Heiland tot de wereld te getuigen.
Lieve vrienden, mijn getuigenis van het Boek van Mormon heeft zich op wonderbaarlijke wijze regel op regel24 in mijn hart ontwikkeld. Dat getuigenis blijft ook nu nog groeien als ik er voortdurend met een oprecht hart naar streef om het woord van God in deze bijzondere Schriftuur beter te begrijpen.
Tot iedereen die mijn stem hoort, zeg ik: laat het Boek van Mormon op wonderbaarlijke wijze in uw eigen leven tevoorschijn komen. Bestudeert u de woorden van het boek regelmatig onder gebed, dan beloof ik u dat de beloften en rijkelijke zegeningen ervan op u van toepassing zijn. Ik herhaal nogmaals de belofte die in het boek weerklinkt: als u ‘God, de eeuwige Vader, in de naam van Christus [vraagt] of deze dingen niet waar zijn; […] met een oprecht hart, met een eerlijke bedoeling en met geloof in Christus’, dan ‘zal Hij de waarheid ervan aan u openbaren door de macht van de Heilige Geest’.25 Hij zal u op een heel persoonlijke manier antwoorden. Dat heeft Hij voor mij en vele anderen in de hele wereld gedaan. Uw ervaring zal even heerlijk en heilig voor u zijn als de ervaringen van Joseph Smith, van de eerste getuigen en van allen die een getuigenis van de zuiverheid en betrouwbaarheid van dit heilige boek hebben nagestreefd, waren.
Ik getuig dat het Boek van Mormon het woord van God is. Ik getuig dat deze heilige kroniek ‘de leerstellingen van het evangelie [uiteenzet], het heilsplan in grote trekken [weergeeft] en de mensen [aangeeft] hoe zij vrede in dit leven en eeuwig heil in het toekomende leven kunnen verwerven’.26 Ik getuig dat God het Boek van Mormon gebruikt om de vergadering van Israël tot stand te brengen en ons meer over zijn Zoon, Jezus Christus, te leren. Ik getuig dat God leeft en dat Hij ons liefheeft. Zijn Zoon, Jezus Christus, is de Heiland van de wereld, de hoeksteen van onze godsdienst. Ik zeg deze dingen in de heilige naam van onze Verlosser, onze Meester en Heer, Jezus Christus. Amen.