De armen en verdrukten helpen
De Kerk van Jezus Christus doet er alles aan om behoeftigen te helpen en daarbij met anderen samen te werken.
Broeders en zusters, onze geliefde president Russell M. Nelson zal later in deze bijeenkomst het woord nemen. Hij heeft mij gevraagd om als eerste te spreken.
Ik wil vandaag vertellen wat De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen en haar leden aan de armen en verdrukten geven en voor ze doen. Ik ga het ook hebben over andere goede mensen, die ook veel geven. Geven aan de behoeftigen is een beginsel van alle Abrahamitische godsdiensten, en ook van andere.
Een paar maanden geleden bracht De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen voor het eerst een rapport uit over onze wereldwijde humanitaire inspanningen.1 In 2021 hebben we 906 miljoen dollar aan behoeftigen uitgegeven, in 188 landen wereldwijd – dat is bijna een miljard dollar. Bovendien deden onze leden meer dan 6 miljoen uur vrijwilligerswerk met hetzelfde goede doel.
Deze cijfers geven natuurlijk geen volledig beeld van wat we geven en hoe we helpen. Zij zeggen niets over het persoonlijke dienstbetoon van onze leden aan elkaar, in hun roeping en als vrijwillige dienstverlening tussen leden onderling. Ons rapport uit 2021 vermeldt ook niet wat onze leden zelf doen voor een ontelbaar aantal liefdadigheidsorganisaties die niet formeel aan onze kerk verbonden zijn. Daar wil ik mee beginnen.
In 1831, minder dan twee jaar nadat de herstelde kerk werd gesticht, gaf de Heer deze openbaring om de leden – en volgens mij al zijn kinderen – wereldwijd te leiden:
‘Want zie, het is niet juist dat Ik in alle dingen gebieden moet; want wie in alle dingen gedwongen wordt, die is een trage en geen verstandige dienstknecht. […]
‘Voorwaar, Ik zeg: De mensen dienen gedreven voor een goede zaak werkzaam te zijn en vele dingen uit eigen vrije wil te doen en veel gerechtigheid tot stand te brengen;
‘want de macht is in hen, waardoor zij naar eigen believen kunnen handelen. En voor zover de mensen goed doen, zullen zij hun beloning geenszins verliezen.’2
In meer dan 38 jaar als apostel en meer dan 30 jaar in mijn werk, heb ik veel vrijgevige inspanningen van organisaties en mensen gezien, die onder de noemer ‘een goede zaak’ en ‘veel gerechtigheid tot stand […] brengen’ vallen. Er zijn talloze voorbeelden van dit soort onopvallende humanitaire hulp over de hele wereld. Dat doet me denken aan de profeet en koning Benjamin uit het Boek van Mormon. Zijn toespraak bevatte deze eeuwige waarheid: ‘Wanneer u in dienst van uw medemensen bent, [bent] u louter in dienst van uw God.’3
De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen en wij als leden prediken en doen veel humanitaire hulp en welzijnszorg. We vasten bijvoorbeeld aan het begin van elke maand en doen dan een bijdrage ter waarde van minstens de uitgespaarde maaltijden om de behoeftigen in onze eigen gemeenschap te helpen. De kerk doet ook enorme bijdragen aan humanitaire en andere dienstverleningen in de hele wereld.
Ondanks alles wat onze kerk rechtstreeks doet, wordt de meeste humanitaire hulp aan de kinderen van God wereldwijd gegeven door mensen en organisaties die niet formeel aan onze kerk zijn verbonden. Zoals een van onze apostelen heeft gezegd: ‘God gebruikt meer dan één groep mensen om zijn grote en wonderbare werk tot stand te brengen. […] Het is te groot, te moeilijk voor één enkele groep mensen.’4 Als leden van de herstelde kerk moeten we meer aandacht en waardering hebben voor de dienstverlening van anderen.
De Kerk van Jezus Christus doet er alles aan om behoeftigen te helpen en daarbij met anderen samen te werken. We hebben onlangs een grote donatie aan het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties gedaan. Na vele tientallen jaren humanitair werk, springen er twee organisaties duidelijk uit als belangrijke samenwerkingspartners: projecten met afdelingen van het Rode Kruis en de Rode Halve Maan hebben de kinderen van God in tientallen landen essentiële noodhulp bij natuurrampen en conflicten geboden. We hebben ook een langlopende samenwerking met Catholic Relief Services. We hebben van deze organisaties veel over efficiënte hulpverlening geleerd.
We werken ook productief samen met andere organisaties, zoals Muslim Aid, Water for People en IsraAID. Hoewel elke humanitaire organisatie haar eigen specialisatie heeft, is het ons gemeenschappelijk doel om het lijden van Gods kinderen te verlichten. Dat maakt allemaal deel uit van Gods werk voor zijn kinderen.
We leren uit hedendaagse openbaring dat onze Heiland, Jezus Christus, ‘het ware licht [is] dat ieder mens verlicht die in de wereld komt’.5 Hierdoor worden alle kinderen van God geïnspireerd om Hem en elkaar te dienen, naargelang hun kennis en vermogen.
In het Boek van Mormon staat dat ‘alles wat uitnodigt en verlokt om goed te doen en God lief te hebben en Hem te dienen, door God [is] ingegeven.’6
Er staat verder:
‘Want zie, de Geest van Christus wordt aan ieder mens gegeven, opdat hij goed van kwaad zal kunnen onderscheiden; welnu, ik toon u de wijze van oordelen; want alles wat uitnodigt om goed te doen en overreedt om in Christus te geloven, wordt door de macht en gave van Christus uitgezonden. […]
‘En nu, mijn broeders, [u kent] het licht waarmee u kunt oordelen, welk licht het licht van Christus is.’7
Hier zijn enkele voorbeelden van kinderen van God die andere kinderen van God helpen met hun essentiële behoeften aan voedsel, medische zorg en onderwijs:
Tien jaar geleden startte de familie Kandhari, een sikh echtpaar in de Verenigde Arabische Emiraten, een opmerkelijk voedselprogramma op. Ze serveren momenteel elk weekend meer dan dertigduizend vegetarische maaltijden in de sikhtempel Guru Nanak Darbar. Iedereen die binnenloopt, krijgt een maaltijd, ongeacht zijn of haar godsdienst of afkomst. Dr. Kandhari legt uit waarom: ‘Wij geloven dat wij allen één zijn; we zijn allemaal kinderen van één God, en we zijn hier om de mensheid te dienen.’8
Het bieden van medische en tandheelkundige zorg aan behoeftigen is nog een voorbeeld. Ik heb in Chicago kennisgemaakt met een Syrisch-Amerikaanse intensivist, dr. Zaher Sahloul. Hij is een van de oprichters van MedGlobal, een organisatie die medische deskundigen helpt om vrijwillig hun tijd, vaardigheden, kennis en leiderschap beschikbaar te stellen aan hen die in crisis verkeren, zoals door de Syrische oorlog. Hier heeft dr. Sahloul met gevaar voor eigen leven medische zorg aan burgers verleend. MedGlobal en vergelijkbare organisaties (waaronder veel hulpverleners die heilige der laatste dagen zijn) laten zien dat God gelovige deskundigen motiveert om wereldwijd armen de benodigde hulp te bieden.9
Veel onzelfzuchtige kinderen van God zijn wereldwijd betrokken bij onderwijs. Uit onze humanitaire hulp kennen wij het goede voorbeeld van dhr. Gabriel, die al voor verschillende conflicten is gevlucht. Het viel hem onlangs op dat honderdduizenden vluchtelingenkinderen in het oosten van Afrika hulp nodig hadden om hun hoop levend en hun verstand actief te houden. Hij bracht andere leerkrachten uit de gemeenschap van vluchtelingen samen in zogenaamde ‘boomscholen’, waar kinderen les kregen in de schaduw van een boom. Hij wachtte niet tot anderen iets organiseerden of ergens leiding aan gaven, maar stampte zelf een project uit de grond dat duizenden basisschoolkinderen leerkansen bood in stressvolle jaren van ontheemding.
Deze drie voorbeelden garanderen natuurlijk niet dat organisaties of mensen die beweren goed of van God te zijn, ook altijd het goede doen. Deze voorbeelden geven wél aan dat God veel organisaties en mensen inspireert om veel goeds te doen. Ze laten ook zien dat we de goede inspanningen van anderen meer moeten herkennen en ondersteunen, voor zover we daar de tijd en middelen voor hebben.
Hier zijn enkele voorbeelden van dienstbetoon waaraan de kerk, onze leden en andere goede mensen en organisaties steun verlenen in de vorm van tijd en geld:
Ik begin bij godsdienstvrijheid. Dat te ondersteunen is in ons eigen belang, maar ook dat van andere godsdiensten. Onze eerste president, Joseph Smith, heeft gezegd: ‘Wij eisen het goed recht de almachtige God te aanbidden volgens de stem van ons eigen geweten, en kennen alle mensen hetzelfde goed recht toe: laat hen aanbidden hoe, waar of wat zij willen.’10
Andere voorbeelden van humanitaire en andere hulp van de herstelde kerk, die ook vrijwillig door onze leden worden gesteund, zijn onze bekende scholen, hogescholen en universiteiten, en onze minder bekende – maar nu wel gepubliceerde – grote donaties voor noodhulp aan mensen die lijden als gevolg van de verwoesting en verplaatsingen door natuurrampen, zoals tornado’s en aardbevingen.
Onze leden besteden ook vrijwillig geld en tijd aan talloze goede doelen die erg gevarieerd en belangrijk zijn, zoals het bestrijden van racisme en andere vooroordelen, onderzoek om ziektes te voorkomen en genezen, gehandicaptenzorg, en steun aan muziekorganisaties. Ze werken aan een betere, schonere wereld voor iedereen.
Alle humanitaire hulp van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen is bedoeld om het voorbeeld van een rechtvaardig volk uit het Boek van Mormon te volgen: ‘En aldus zonden zij in hun voorspoedige omstandigheden niemand weg die naakt was of die honger had, of die dorst had, of die ziek was, […] daarom waren zij vrijgevig jegens allen, zowel jong als oud, zowel geknechten als vrijen, zowel man als vrouw, zij het buiten of binnen de kerk.’11
Ik getuig van Jezus Christus, wiens licht en Geest alle kinderen van God leidt om de armen en verdrukten in de hele wereld te helpen. In de naam van Jezus Christus. Amen.