Digitaal thema-artikel: jongvolwassenen
Het gevaar van kleine koersveranderingen
Geestelijke onachtzaamheid kan ons langzaam van het verbondspad wegleiden.
Op een avond ging ik met de bus naar huis. Ik was moe, maar de buschauffeur lette op en was goed wakker. Toen merkte ik hoe verraderlijk sommige wegen waren. Er was geen berm, alleen de tegenliggende rijstrook aan de ene kant en een enorme afgrond aan de andere kant. Elke verkeerde beweging kon een ernstig ongeluk met tegemoetkomend verkeer veroorzaken of tot een noodlottige val in de afgrond leiden.
Ik merkte dat de bestuurder nooit buiten de lijnen op de weg ging – nooit uitweek naar het mogelijke gevaar aan beide kanten. Ik besefte hoezeer ons leven op die situatie lijkt.
Verleidingen kunnen ons soms van alle kanten omringen als we ons op het verbondspad bevinden en naar onze eeuwige bestemming reizen. En net als de buschauffeur op zijn rijstrook moest blijven om ons veilig naar onze bestemming te brengen, moeten wij binnen de lijnen van het evangelie blijven die ons op onze reis tegen geestelijke rampspoed beschermen.
Zuster Rebecca L. Craven, voormalig tweede raadgeefster in het algemeen jongevrouwenpresidium, heeft gezegd: ‘Wij […] leven […] op [een] rails: het verbondspad dat we bij onze doop als lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen beloofden te volgen. Hoewel we af en toe obstakels op ons pad tegenkomen, bewegen we ons door het te volgen steeds in de richting van onze felbegeerde eeuwige bestemming.’1
Het risico om nonchalant of achteloos te worden
Sommige mensen denken ten onrechte dat kleine koersveranderingen van het verbondspad niet zo erg zijn en geen grote gevolgen hebben. Maar dat is niet waar. Dat is precies wat Satan ons wil wijsmaken: dat het ons niet zal schaden als we ons (ook al is het maar één keer) over de lijn begeven en ons op het pad van naderend gevaar begeven.
President Dieter F. Uchtdorf heeft ons gewaarschuwd toen hij tweede raadgever in het Eerste Presidium was: ‘Door de jaren heen waarin ik de Heer heb gediend en in talloze interviews, heb ik geleerd dat het verschil tussen geluk en ellende in personen, huwelijken en gezinnen vaak neerkomt op een kleine fout van maar een paar graden.’2
Als we fouten maken, kunnen we ons uiteraard door onze Heiland, Jezus Christus, altijd tot Hem wenden, ons bekeren en een koerscorrectie aanbrengen – want we zijn allemaal onvolmaakt. Maar ernaar streven om op heilige plaatsen te staan, betekent dat we de gave van bekering waarderen en van onze fouten leren. Als we door de afleidingen en stemmen van de wereld niet voortdurend de Geest uitnodigen, lopen we het risico om nonchalant of achteloos in ons discipelschap te worden en ietwat van het verbondspad af te dwalen.
Zuster Craven heeft daarover gezegd:
‘De wereld zit boordevol afleidingen die zelfs de uitverkorenen kunnen misleiden. […] Als we onze verbonden niet nauwgezet naleven, leiden onze nonchalante pogingen ons misschien naar verboden paden, of sluiten we ons aan bij de mensen in het grote en ruime gebouw. […]
‘We kunnen goedpraten wat we willen, maar er is geen goede manier om iets te doen wat verkeerd is!’3
Bij Christus blijven
Mijn buschauffeur wist dat afwijken van zijn rijstrook schadelijke gevolgen kon hebben, en daarom week hij niet van zijn pad af. Als we een soortgelijke houding jegens wereldse verleidingen en afleidingen hebben, kunnen we situaties vermijden die onszelf of anderen geestelijk in gevaar brengen.
In het Oude Testament waren de Israëlieten vastbesloten om te doen wat de Heer gebood nadat ze van de legers van de farao waren gered (zie Exodus 24:3, 7). Nadat Mozes naar de berg was gegaan om de tien geboden te ontvangen, vergaten de Israëlieten helaas al snel de Heer en begonnen ze het gouden kalf te aanbidden dat ze hadden gemaakt (zie Exodus 32:7–8).
Net als de Israëlieten kunnen we snel van het verbondspad afdwalen als we niet oppassen. Het is belangrijk ons af te vragen hoe toegewijd we zijn om te doen wat Jezus Christus van ons verwacht. Misschien moeten we ons afvragen of we elke dag tijd voor Hem en onze hemelse Vader vrijmaken. Of nagaan wat voor gewoonten of afleidingen we kunnen opgeven. Als we bij onszelf nagaan hoe toegewijd en gewillig we zijn om op het verbondspad te blijven, kan dat ons helpen om standvastig te zijn.
Net als Nephi begrijpen we soms niet alles wat onze hemelse Vader van ons vraagt (zie 1 Nephi 11:17). Maar we kunnen erop vertrouwen dat Hij ons liefheeft en wil dat we op het verbondspad blijven, zodat we bij Hem kunnen terugkeren. Hij kent het begin en het einde, wat betekent dat we ons geloof kunnen oefenen en erop blijven vertrouwen dat Hij weet wat het beste voor ons is, zelfs als we met verleidingen te maken krijgen.
Als we onze hemelse Vader en Jezus Christus onze toewijding tonen door hun geboden en profeten te volgen, op Hen te vertrouwen en elke dag de Geest in ons leven uit te nodigen, kunnen we vol vertrouwen en veilig op het verbondspad naar onze eeuwige bestemming reizen.