2023
Wat vergeving schenken wel en niet inhoudt
Oktober 2023


‘Wat vergeving schenken wel en niet inhoudt’, Liahona, oktober 2023.

Wat vergeving schenken wel en niet inhoudt

Onszelf en anderen vergeving schenken is een goddelijke gave die ons innerlijke vrede geeft en ons dichter tot onze Heiland brengt.

Als psychotherapeut probeer ik veel mensen te helpen bij hun worsteling met hun moeilijke omstandigheden en problemen, waarbij ook vergeving komt kijken. Ze verlangen naar vergeving van anderen, van de samenleving, van de wet of van zichzelf. Maar helaas lijkt vergeving ongrijpbaar, en soms veroorzaakt dat stress, angst en zelfs paniek. Hoe komt dat?

Het is werkelijk een moeilijke taak om onszelf en anderen vergeving te schenken. Dat leidt vaak tot frustraties, waardoor het moeilijk is om de stem van de Heilige Geest te horen of te voelen, omdat we volledig door onze beangstigende gedachten in beslag worden genomen. De Geest ‘raakt ons zo zachtjes aan, dat als we met andere dingen bezig zijn, wij zijn aanraking misschien niet zullen voelen’.1

Als u de Schriften en de leringen van hedendaagse profeten bestudeert en overdenkt, zult u ontdekken hoe u de essentie van vergeving kunt kennen en voelen – en wat vergeving niet is. Als u die ideeën eenmaal hebt geleerd, zult u gaan beseffen dat wrok loslaten diepgaande genezing en vrede in uw vijandige hart kan brengen.2

President James E. Faust (1920–2007), die tweede raadgever in het Eerste Presidium is geweest, heeft gezegd: ‘Als wij in ons hart vergiffenis kunnen vinden voor hen die ons verdriet hebben aangedaan en schade hebben toegebracht, stijgen wij naar een hoger niveau van eigenwaarde en welzijn.’3

Joseph Smith praat met William W. Phelps

Joseph Smith en William W. Phelps, Robert Anderson Mckay

Vergeving schenken aan wie ons kwaad doen

In de beginjaren van de kerk steunde William W. Phelps Joseph Smith volledig. Hij was een van de eerste heiligen der laatste dagen die naar Jackson County (Missouri) werden gestuurd, waar de Heer hem als raadgever in het presidium riep.

Maar toen broeder Phelps begon af te dwalen, werd zijn gedrag zo ernstig dat de Heer aan Joseph Smith openbaarde dat broeder Phelps ‘verwijderd zou worden uit’ zijn post als hij zich niet zou bekeren.4 Hij bekeerde zich niet en werd op 10 maart 1838 geëxcommuniceerd.

Hoewel William zich liet herdopen, hielden zijn problemen met de kerk en kerkleiders aan. In oktober 1838 getuigde hij tegen de profeet en andere kerkleiders. Daardoor werd Joseph Smith in november 1838 gevangengezet.

De daaropvolgende vijf maanden zat de profeet in twee gevangenissen in Missouri, waaronder de gevangenis te Liberty.

In 1840 had William W. Phelps een grote verandering van hart ondergaan en schreef hij de profeet om hem om vergeving te vragen. Joseph schreef hem een brief terug en sloot die af met de volgende regels:

‘Kom, mijn broeder, de strijd is gestreden;

‘Vrienden in het verleden, zijn vrienden in het heden.’5

Joseph vergaf broeder Phelps volkomen en verwelkomde hem weer als volwaardig lid.

Toen broeder Phelps vier jaar later hoorde dat Joseph en Hyrum door een bende waren gedood, was hij er kapot van. Misschien werd broeder Phelps wel geïnspireerd door de manier waarop Joseph hem vergeving had geschonken toen hij de prachtige en ontroerende woorden van de lofzang ‘Ere de man’ schreef.6

Wat vergeving niet is

Om beter te begrijpen wat het inhoudt om anderen te vergeven, kan het nuttig zijn om te begrijpen wat vergeving niet inhoudt.

Ten eerste hoeft u de vergeven persoon na het vergevingsproces niet te vertrouwen. Laten we bijvoorbeeld zeggen dat u een mooi paar hardloopschoenen had die ik zo graag wilde hebben dat ik ze van u besloot te stelen. Korte tijd later voelde ik me schuldig wegens de diefstal, dus gaf ik de schoenen terug en smeekte ik om vergeving. U reageerde vergevensgezind en we gingen ieder ons weegs. Maar stel dat ik later naar u toekwam en vroeg of ik de schoenen mocht lenen. Aarzelend zou u zeggen dat u het me wel vergeven had, maar dat het een tijdje zou duren voordat u me weer zou vertrouwen. Er is vaak tijd nodig voor genezing en vertrouwen.

Ten tweede, u hoeft iemands ongepast gedrag niet door de vingers te zien wegens zijn of haar omstandigheden. In het voorbeeld van de gestolen schoenen is het belangrijk om niet tegen mij te zeggen: ‘Het geeft niet dat je mijn schoenen hebt gestolen. Ik weet dat je het moeilijk hebt.’ Als we iemands ongepaste gedrag accepteren, zou dat hem of haar het idee kunnen geven dat hij of zij niet verantwoordelijk is voor de daden die eerder al vergeving vergden.

Ten derde wil vergeving niet zeggen dat de andere persoon bepaalt hoe u zich voelt. Vergeving houdt in dat u beseft dat u bepaalt hoe u zich voelt door uw gedachten te beheersen en een ware discipel van Christus te zijn. We keren nogmaals terug naar het voorbeeld van de gestolen schoenen; als u me zou zeggen dat u het mij vergeven had, maar telkens als u me zag wrok voelde, dan is het duidelijk dat er nog iets schort aan uw vergevensgezindheid.

Ten vierde vergt vergeving geen nauwe band met de persoon die vergeving ontvangt. Vergeving is een innerlijk proces, dat ons ertoe brengt onze wrok los te laten. Het betekent niet noodzakelijkerwijs dat we de vergeven persoon in ons hart sluiten als een goede vriend of kennis. Bij sommige mensen die we op ons levenspad tegenkomen, is het gepast om ze van een afstandje lief te hebben.7

Ten vijfde, vergeving vereist niet dat de vergeven persoon zich verontschuldigt. Dat is de verantwoordelijkheid van die persoon. President Faust heeft gezegd: ‘De meesten van ons hebben tijd nodig om verdriet en verlies te verwerken. Wij kunnen allerlei redenen bedenken om het schenken van vergiffenis uit te stellen. Een daarvan is wachten met vergeven tot de boosdoeners zich bekeren. Maar dat uitstel leidt tot het verlies van de gemoedsrust en het geluk die wij zouden kunnen voelen. De dwaasheid om telkens oude koeien uit de sloot te halen, maakt niet gelukkig.’8

Uzelf vergeven

Het vermogen om anderen te vergeven, wordt op gang geholpen door ons vermogen om onszelf te vergeven. Maar sommigen vinden het moeilijk om zichzelf te vergeven. Als we onszelf blijven straffen met negatieve gedachten over zonden waarvan we ons al hebben bekeerd, staan we ongewild de kracht van de verzoening van de Heiland in de weg, die ons reinigt van de negatieve gevolgen van zelfbestraffing.

Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Velen van ons hebben er moeite mee om vroegere fouten in het leven – onze eigen fouten of die van anderen – te vergeven en te vergeten. Dat is niet goed. Dat is niet christelijk. Dat gaat lijnrecht in tegen de grootsheid en heerlijkheid van de verzoening van Christus. Gemaakte fouten oprakelen is de ergste vorm van in het verleden blijven hangen waarvan we ons moeten losmaken.’9

Een vaak gehoorde uitspraak is: ‘Als de duivel je aan je verleden herinnert, herinner hem dan aan zijn toekomst!’

In mijn therapiepraktijk vragen patiënten me vaak: ‘Maar wat moet ik doen om mezelf te vergeven?’

Ten eerste moeten we de waarheid aanvaarden dat de Heer Jezus Christus al voor onze zonden heeft geleden. In Alma 7:13 lezen we: ‘De Zoon van God [lijdt] naar het vlees om de zonden van zijn volk op Zich te nemen, om hun overtredingen uit te wissen volgens zijn macht ter bevrijding.’ Onszelf straffen is een onproductieve en zelfs vernietigende onderneming!

Ten tweede moeten we niet alleen in de Heiland geloven, maar ook Hem geloven. Met andere woorden, we kunnen echt geloven wat Hij heeft gezegd:

‘Want zie, Ik, God, heb deze dingen voor allen geleden, opdat zij niet behoeven te lijden als zij zich bekeren;

‘maar als zij zich niet bekeren, moeten zij lijden zoals Ik’ (Leer en Verbonden 19:16–17).

De Heiland heeft ons aangespoord om te vergeven (zie Leer en Verbonden 64:9), dus als we onszelf of anderen niet vergeven, denken we misschien dat ons lijden ons op de een of andere manier beter kan verlossen dan het lijden van de Heer. Dit hoogmoedige denkbeeld brengt het gevaar met zich mee dat we de tegenstander gaan volgen in plaats van op de genezende kracht van de verzoening van onze Heiland te vertrouwen.

We mogen niet verwachten dat we vergeten wat we verkeerd hebben gedaan, maar na verloop van tijd kunnen we wel de pijn van wrok en zelfbestraffing vergeten. We lezen in Alma 36:19 dat Alma de jonge zijn verleden achter zich kon laten: ‘Ik [kon] mij mijn pijnen niet meer herinneren; ja, ik werd niet meer verscheurd door de gedachte aan mijn zonden.’

Het vermogen om te vergeven is een goddelijke gave van onmetelijke waarde. De beloning ervan is een innerlijke vrede die ons uiteindelijk dichter bij onze Heiland brengt.

De auteur woont in Utah (VS).

Noten

  1. Boyd K. Packer, ‘De lamp des Heren’, De Ster, juli 1983, 30.

  2. Zie Kristin M. Yee, ‘Sieraad in plaats van as: het genezende pad van vergeving’, Liahona, november 2022, 36–39.

  3. James E. Faust, ‘De genezende kracht van vergiffenis’, Liahona, mei 2007, 68.

  4. History, 1838–1856 [Manuscript History of the Church], deel B-1, 781, JosephSmithPapers.org.

  5. Parafrase van een gedicht van Charles Wesley, ‘An Epistle to the Reverend Mr. George Whitefield’; zie Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith (2007), 430.

  6. Zie ‘Ere de man’, Lofzangen, nr. 24.

  7. ‘Ook zei Hij niet: “Om volledig te vergeven, moet u een schadelijke relatie weer toestaan of terugkeren naar een situatie waar u misbruikt wordt en kapot gaat.”’ (Jeffrey R. Holland, ‘Een bediening van verzoening’, Liahona, november 2018, 79.)

  8. James E. Faust, ‘De genezende kracht van vergiffenis’, 68.

  9. Jeffrey R. Holland, ‘Het beste moet nog komen’, Liahona, januari 2010, 19.