Vertrouw op de Heer

Als vrienden en dierbaren met zorgen over hun geloof naar ons toe komen, kan onze eerste reactie bezorgdheid of zelfs paniek zijn. Hun zorgen kunnen tot moeilijke vragen leiden: ‘Wat betekent dit voor mijn gezin?’ ‘Heb ik iets verkeerds gedaan?’

Als een dierbare zijn of haar geloof in twijfel trekt, wil dat niet zeggen dat je gefaald hebt. De redenen voor zijn of haar zorgen zijn waarschijnlijk ingewikkeld. We moeten ons best doen om mensen te helpen, maar we moeten ook op onze hemelse Vader en Jezus Christus vertrouwen. Ze houden van mensen die vragen hebben. Hier zijn enkele dingen die je kunt doen om vrede in je hart en verstand te bewaren terwijl je anderen steunt:

Vertrouw erop dat God het weet. De Heer verlangt naar de groei en het geluk van ieder mens. Hij moedigt onze oprechte vragen aan. Hij kent onze moeilijkheden en huilt om ons lijden. Hij zal liefde en hulp blijven bieden aan mensen die het moeilijk hebben of afstand van de kerk nemen.
Nodig de Heer in het proces uit. Zelfs de beste informatiebronnen en zorgvuldig uitgedachte boodschappen kunnen nutteloos zijn als de timing of toon verkeerd is. Bid dat de Heer je zal helpen de ander te dienen. De Geest kan je helpen iemands specifieke behoeften te begrijpen en te weten wanneer je gewoon moet luisteren in plaats van te praten of onderwijzen. Zo kun je ook bepalen hoe en wanneer je je getuigenis kunt geven en de ander kunt uitnodigen stappen te zetten om dichter tot God te komen.
Kies voor een langetermijnperspectief. Iemands geloof en gevoelens over God veranderen vaak in de loop der jaren. En we zullen in het hiernamaals nog lang moeten leren en groeien. Je kunt hoop hebben als je de worstelingen van je dierbare vanuit dit bredere perspectief bekijkt. Blijf geduldig zaadjes zaaien en weet dat de timing van de oogst in Gods handen ligt.
Put hoop uit je kennis van Gods aard. Ons perspectief is in dit leven beperkt. We weten wel dat God wijs, geduldig en liefdevol is. Hij heeft ieder van ons keuzevrijheid gegeven. Hij wist dat we allemaal met moeilijkheden en beproevingen te maken zouden krijgen. En Hij voorzag in een Heiland die de macht heeft om ons tot Hem terug te brengen.

Relevante Schriftteksten: Spreuken 3:5–6; Jesaja 55:8–9; 2 Timotheüs 1:7–8; Alma 26:11–12