Kinderen van God

De kenmerkende eigenschap van ieder mens op aarde

Stel je voor dat je iemand voor het eerst ontmoet en hij of zij zegt: ‘Vertel eens iets over jezelf.’ Wat zou je zeggen? Dat hangt uiteraard af van de situatie, maar de feiten die je over jezelf vertelt, kunnen veel zeggen over hoe je jezelf ziet – en hoe je wilt dat anderen je zien.

Er is één feit over jou dat belangrijker is dan alle andere. En hoewel je daar misschien niet over begint wanneer je je aan iemand voorstelt, is het een fundamenteler deel van je identiteit dan je naam, je woonplaats of je persoonlijke interesses. Dat is het feit dat je een kind van God bent. Hij is je Vader. Net zoals je hier op aarde ouders hebt van wie je lichamelijke eigenschappen hebt geërfd, ben je ook ‘een geliefde geestzoon of -dochter van hemelse Ouders, en als zodanig [heb je] een goddelijke aard en bestemming’. Hoe kan dit feit je zelfbeeld beïnvloeden? Hoe kan het je benadering van moeilijkheden en kansen veranderen?

Wat betekent het om een kind van God te zijn?

Alle mensen zijn zoons en dochters van een liefdevolle Vader in de hemel. Als letterlijk kind van God, geestelijk verwekt in het voorsterfelijk leven, heeft ieder mens een goddelijk, eeuwig potentieel (zie Romeinen 8:16–17).

Overzicht onderwerp: Geestkinderen van hemelse Ouders

Aanverwante evangeliestudiewijzers: God de Vader, Heilsplan, Voorsterfelijk leven

Sectie 1

God is niet alleen je Schepper; Hij is je Vader

Afbeelding

glimlachend gezin

Iedereen heeft een aardse vader, en geen van die vaders is volmaakt. Maar wat onze ervaringen met vaders en het vaderschap op aarde ook zijn, we hebben ook een hemelse Vader die alles is wat een vader behoort te zijn: liefdevol, ondersteunend, wijs, onzelfzuchtig en toegewijd aan je succes. Het machtigste en heerlijkste wezen in het heelal heeft jou als zijn dierbare kind lief. Hij begrijpt je volkomen en weet precies wat je nodig hebt om te groeien, vooruitgang te maken en eeuwige vreugde te vinden. Titels zoals ‘Opperwezen’, ‘Schepper’ en ‘almachtige Koning’ zijn zeker allemaal op Hem van toepassing. Maar bovenal wil Hij dat je Hem als ‘Vader’ kent.

Om over na te denken

Mozes kwam in een hemels visioen te weten dat hij een zoon van God was. Lees wat hij meemaakte in Mozes 1:1–11. Lees ook in vers 12–18 hoe die kennis Mozes hielp toen Satan hem probeerde te verleiden. Bedenk hoe het je in tijden van verleiding kan helpen om te weten dat je een kind van God bent.
Ouderling Brian K. Taylor heeft een verhaal verteld over een jongevrouw die zei: ‘Weten dat ik een kind van God ben, is de machtigste kennis die ik bezit!’ Lees over haar in ‘Ben ik een kind van God?’ om erachter te komen waarom ze dat zei. Waarom maakte de kennis dat God haar Vader is zo’n groot verschil voor haar? Hoe kan het een verschil voor jou maken?
Heb je weleens een knutselwerk of kunstwerk gemaakt? Of misschien heb je weleens een schema, een budget of een maaltijd gemaakt. Overweeg hoe je relatie met wat je hebt gemaakt anders is dan de relatie tussen een ouder en een kind. Denk hierover na terwijl je deze Schriftteksten overpeinst: Galaten 4:6–7; 1 Johannes 3:2. Waarom is het belangrijk dat je weet dat je een dochter of zoon – en niet alleen een schepping – van God bent?

Activiteit om samen met anderen te leren

Om te onderwijzen over ons potentieel als kinderen van God, kun je laten zien dat ouders en hun kinderen lichamelijk op elkaar lijken. Je kunt afbeeldingen van ouders en hun kinderen laten zien en naar overeenkomsten zoeken. Lees daarna enkele Schriftteksten over de eigenschappen van onze hemelse Vader, zoals:
Welk bewijs van die eigenschappen zien we bij elkaar? Hoe kunnen we ze verder ontwikkelen en meer zoals onze Vader in de hemel worden?

Meer weten

Galaten 4:6–7; Hebreeën 12:9.
Russell M. Nelson, ‘Kiezen voor de eeuwigheid’ (wereldwijde devotional voor jongvolwassenen, 15 mei 2022), Evangeliebibliotheek.
Donald L. Hallstrom, ‘Ik ben een kind van God’, Liahona, mei 2016, 26–28.
Rosemary M. Wixom, ‘Onze goddelijke aard ontdekken’, Liahona, november 2015, 6–8.

Sectie 2

Behandel iedereen als een kind van God

Afbeelding

vrouwen in gesprek

Leden van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen noemen elkaar vaak ‘broeder’ of ‘zuster’. Zoals president Henry B. Eyring heeft uitgelegd, zeggen we die woorden niet alleen ‘uit vriendschappelijke overwegingen. Ze geven uitdrukking aan een eeuwige waarheid: God is de letterlijke Vader van het hele mensdom. Wij maken allemaal deel uit van zijn eeuwige gezin.’ Deze eenvoudige waarheid heeft de kracht om de manier waarop we elkaar behandelen te veranderen. We verschillen misschien in onze gedachten, onze daden en ons uiterlijk, maar die verschillen zijn veel makkelijker te waarderen en te respecteren als we bedenken dat we in geestelijk opzicht allemaal familie zijn.

Om over na te denken

Het Boek van Mormon gaat over twee groepen mensen – de Nephieten en de Lamanieten – die generaties lang aartsvijanden waren. Maar er waren momenten waarop deze groepen hun haat overwonnen en elkaar als broeders en zusters behandelden. Lees over deze ervaringen in Mosiah 28:1–3; Alma 26:23–31; 27:20–24; 4 Nephi 1:1–3, 14–18. Bedenk onder het lezen wat je kunt doen om de Heiland te helpen vrede in Gods gezin te stichten.
De mensen die je tegenkomt, zullen zich waarschijnlijk niet als kind van God voorstellen, maar je kunt ze wel zo zien. Probeer het eens! En als je in de verleiding komt om slecht over iemand te denken, vervang die gedachte dan door het besef dat deze persoon een kind van God is. Let op het effect dat dat heeft op de manier waarop je over mensen denkt – en ze behandelt.

Activiteit om samen met anderen te leren

Laat foto’s zien van mensen van verschillende rassen, culturen en achtergronden. Bespreek de vele manieren waarop mensen op elkaar lijken. Bespreek waarom God wil dat we anderen altijd respecteren en vriendelijk behandelen.

Meer weten

Maleachi 2:10; Handelingen 17:24–29; Leer en Verbonden 18:10; 76:24.
Dallin H. Oaks, ‘Heb uw vijanden lief’, Liahona, november 2020, 26–29.